Over Paul van Ostaijen en de Brusselse aanslagen

Blog

Over Paul van Ostaijen en de Brusselse aanslagen

Over Paul van Ostaijen en de Brusselse aanslagen
Over Paul van Ostaijen en de Brusselse aanslagen

Het is een vreemd gevoel, het leven in een ander land, zeker op een dag zoals deze. Je wil je ervaringen zo veel mogelijk delen met het thuisfront, maar je wil hen ook niet overladen met informatie.

Je wil ook niet al te veel pochen (want wat doen we anders op Facebook?) en al bij al is het eigenlijk ook best wel moeilijk om de alledaagse ontzettende hoeveelheid aan indrukken, gedachten en gevoelens te delen met mensen die je door het tijdsverschil amper spreekt. Voeg daar dan nog eens een ongezonde portie geweld en terrorisme aan toe en het wordt één grote brok vervreemding.

Gisteren werd het nieuwe ‘Magritte’ vliegtuig van SN Brussels Airlines overigens nog voorgesteld, vandaag ontploft er een bom in hun luchthaven. België, een surrealistisch land, en toch denk ik niet dat Magritte of Delvaux hier blij om zouden zijn.

Voor één keer zal ik jullie niet met de politieke macht van kunst vervelen (hoewel absurd surrealisme me een aardig wapen tegen terrorisme lijkt). Of toch wel, want ik kan het weer niet laten!

Vandaag had ik net een les over Paul van Ostaijens ‘BOEM PAUKESLAG’ gepland, een gedicht uit Bezette Stad (1921). De bundel gaat over het bezette Antwerpen tussen 1914 en 1918. Vandaag, 100 jaar na die zogenaamde Eerste Wereldoorlog, is het gedicht nog steeds brandend actueel.

Deze keer zijn het echter geen Duitsers - en tot grote spijt van heel wat demagogen zelfs geen Syriërs - maar hoogstwaarschijnlijk Belgen zelf die vanochtend het land en de hoofdstad bezetten.

BOEM! De eerste knal luidt. PAUKESLAG! Ik lees het nieuws eerst op Facebook (waar anders?).

Ik zie wat foto’s: “Alles ligt [inderdaad] plat”.

De berichten komen alsmaar sneller binnen: “weer razen violen celli bassen koperen triangel”.

Razen en rennen is het inderdaad. In een vreemde mix van lesvoorbereidingen, paniek, woede en angst klik ik steeds weer op de ‘refresh’ knop van mijn browser. ‘Drama in volle slag’ is het inderdaad, maar of het ‘hoeren’ en ‘slangen’ zijn die mijn thuisstad aanvallen wil ik niet beamen en dat de slachtoffers ‘eerlijke mannen’ zijn evenmin. De slangen, hoeren en de eerlijke mensen zijn immers allemaal Belgen. De werkelijkheid is grijs, niet zwart-wit en ik heb het niet over de smog in Delhi.

Laten we niet oog om oog, tand om tand reageren en laten we in deze heilige week ook niet gewoon de andere wang toekeren. Laten we rustig blijven en laten we vooral het gerecht zijn werk doen.

‘De fabrieken en eer wankelen’ zegt de dichter, ze liggen daar maar. Dat klopt ook. Maar wiens eer? In de paniek van de vlucht lijkt het op de foto’s van de slachtoffers soms immers ook ieder voor zich. Dat is een volstrekt normale reactie natuurlijk maar het demoniseren van de vijand is dat niet.

‘Alle begrippen vallen’.

Weer juist!

Je kan in taal niet vatten hoe het voelt om zo machteloos te zijn en te moeten toekijken hoe je naasten lijden. Daarom gebruikt van Ostaijen immers zoveel onomatopees. Die woorden hebben geen inhoudelijke betekenis, ze bootsen enkel na. Woorden schieten immers iedereen tekort en dat is zo voor alle Belgen die het nieuws lezen, horen of zien en dat is het zeker voor al diegenen die honderden of duizenden kilometers ver zijn. Paul van Ostaijen schreef het gedicht niet toevallig toen hij in ballingschap was in Berlijn. Ik ben in New Delhi. Ook hier weer een parallel.

In het wiel van Paul van Ostaijen kwam die overigens andere belangrijke schrijver van het Vlaams modernisme: Louis Paul Boon. Aan het einde van Mijn Kleine Oorlog - Boons kronieken over die andere ‘Wereldoorlog’- schrijft hij: ‘schop de mensen tot ze een geweten krijgen’. Dat zal weldra de reactie van velen zijn maar laten we niet ‘oog om oog, tand om tand’ reageren. Laten we in deze heilige week ook niet gewoon de andere wang toekeren, maar laten we rustig blijven zodat het gerecht zijn werk kan doen.

Ons juridisch stelsel is immers één van de pilaren van onze democratie en is dat niet juist waar we voor vechten?