'The Sari Soldiers'

Nick Meynen

13 december 2007
Blog

'The Sari Soldiers'

De positie van de vrouw in Nepal is complexer dan het beeld van een onderdrukte en ongeletterde huisvrouw die de zwaarste taken doet. Hoewel de meerderheid nog steeds zo leeft toont de film ‘The Sari Soldiers’ (Julie Brigham) ook een andere zijde. De vrouwelijke revolutie in zes aangrijpende portretten.

In de film maakt de kijker kennis met de ongelooflijke moed, kracht en het verdriet van heel verschillende vrouwen. Een populaire studentenactiviste, een commandante van het Maoïstisch leger, een soldate in het Nepalese leger, een dorpsvrouw die een revolte tegen de Maoïsten leidde en een mensenrechtenactiviste die een moeder helpt in haar zoektocht naar haar door het leger ontvoerde 15 jarige dochter.

Die laatste werd op een nacht thuis weggehaald, verkracht en vermoord in het jaar dat Nepal de wereldranglijst van verdwijningen aanvoerde (2005). Sinds haar moeder Devi de internationale pers haalt met haar verhaal wordt ze gezocht door het leger, maar ze geeft de moed niet op. Samen met een mensenrechtenactiviste slaagt ze er in om het eerste proces in Nepal tegen militairen teweeg te brengen. Na een intern onderzoek geeft het leger de moord toe, maar buiten een 6 maanden schorsing volgen geen straffen.

Honderden tot duizend andere gevallen worden door organisaties als Human Rights Watch aangeklaagd, maar er gebeurd niets mee. Gerechtigheid is in Nepal quasi onbestaande en geeft aanleiding tot een verdere stijging van het aantal mensenrechtenschendingen, ondanks de zogezegde vrede. Toch geeft de strijd van elk van deze vrouwen moed en hoop dat er toch iets aan het veranderen is. Dat de tijden waarin niet zo zeer de vrouwen op zich maar de massa ongestraft onderdrukt kon worden gedaan zijn.

Een tweede reden waarom de film zo pakkend was, naast de soms schokkerende, emotionele en frustrerende beelden en boodschap, waren de reacties in de volgepakte zaal. Deze sneak preview was de eerste vertoning ooit en bovendien heeft men in Nepal de gewoonte om tijdens de film hardop mee te leven. Als de koning in beeld komt is het boegeroep oorverdovend, net als het applaus wanneer de straatprotesten van april 2006 getoond worden. Het zegt veel over de atmosfeer die er in Kathmandu nog steeds heerst.

Als de vader van de door het leger weggehaalde dochter klaagt dat ‘God haar van hen weggenomen heeft’ reageert de moeder kordaat dat het niet god was, maar mensen. Mensen die ze gestraft wil zien. Gefluit en applaus over heel de zaal. Met de koning is ook het fatalisme dat alles door God bepaald wordt uit de geest van veel Nepalezen verdwenen. De staande ovatie op het einde van de film, als de hoofdrolspelers één voor één naar voor worden geroepen, zegt evenveel over de film als over het niveau waarop men de betutteling, mishandeling en het onrecht beu is.

Hoewel het verhaal van de film meer over oorlog en onrecht als over de positie van vrouwen in de maatschappij gaat, kan het geheel niet losgekoppeld worden van het feit dat er een vrouwelijke revolutie plaats vindt. Ongeacht hun gewelddadige methodes en motieven moeten de Maoïsten een deel van het krediet krijgen. Pas nadat de ze 40% van hun leger uit vrouwen lieten bestaan begon ook het Nepalese leger met vrouwelijke rekruten. Hetzelfde gebeurt nu in het parlement, waar de Maoïsten een nooit geziene hoeveelheid vrouwen geïntroduceerd hebben. In de periode waarin ze mee in de regering zaten hadden ze de eerste vrouwelijke minister. Maar de vrouwelijke revolutie is niet enkel aan de Maoïsten te danken.

In de betogingen van april 2006 liepen opvallende veel vrouwen mee, zoals in de film duidelijk werd vaak ook als aanvoerders. Op het IT bedrijf waar ik een tijdje heb gewerkt was er een vrouwelijke manager met een heel team mannen onder haar, iets wat zelfs 10 jaar geleden onmogelijk was. Het blijven uitzonderingen, maar het eeuwenoude rolpatroon wordt zowel in Kathmandu als op het platteland steeds vaker doorbroken.

Weduwes die levend op de brandstapel worden gegooid behoren tot het verleden. Het aantal vrouwen dat het water moet opdrinken waarmee ze ‘s ochtends de voeten van hun man wassen slinkt. In groep zijn ze in staat om met bamboestokken maoïsten uit hun dorp te verjagen. De weg naar gelijke rechten voor vrouwen of gerechtigheid in het algemeen is nog erg lang, maar de eerste stappen zijn gezet.