Stinkende drek verpest vakantie op parelwitte Mexicaanse stranden

Blog

Wat hebben Braziliaanse landbouw en vernietiging van Mexicaanse kusttoerisme met elkaar te maken?

Stinkende drek verpest vakantie op parelwitte Mexicaanse stranden

Stinkende drek verpest vakantie op parelwitte Mexicaanse stranden
Stinkende drek verpest vakantie op parelwitte Mexicaanse stranden

Aanspoelende macroalgen hebben een groeiende negatieve impact op kustgebieden. Ze blokkeren zonlicht, waardoor koraalriffen, zeegras en ander zeeleven het moeilijk krijgen. Boosdoener zijn de tonnen landbouwmeststoffen die geloosd worden in rivieren als de Mississippi en de Amazone.

Alejandro Díaz (CC0)

Een dode zone van algen voor de kust van San Diego in California

Alejandro Díaz (CC0)

Luc Vankrunkelsven is medewerker van Wervel en ambassadeur van de ‘Grootouders voor het klimaat’.

Badplaatsen in de Golf van Mexico en de Caraïbische Zee worden sinds 2018 geplaagd door een nieuwe dreiging. Woekerend bruin zeewier overspoelt bij het begin van het hoogseizoen de parelwitte stranden en vormt donkere schaduwen in de anders zo azuurblauwe kustwateren. Eens aan land, verspreiden de algen een penetrante rotte eierengeur.

De Britse BBC meldde onlangs dat aan de Mexicaanse kust alleen al meer dan duizend kilometer strand is besmeurd. Bekende badplaatsen lopen leeg. Zonder de zestien miljoen bezoekers die jaarlijks komen, is de Mexicaanse staat Quintana Roo verloren. Van waar komt die plaag, die het toerisme en de Mexicaanse economie bedreigt?

Dode zones in de oceanen

In 2004 al meldde De Tijd: 'Het tekort aan zuurstof in de zee verdringt de overbevissing als grootste probleem voor het visbestand. Er zijn in de oceanen nu bijna 150 onleefbare gebieden waar amper zuurstof voorkomt. Die ‘dode zones’ zijn vooral een gevolg van een teveel aan stikstof. Dat zegt het milieuprogramma van de Verenigde Naties (UNEP) in zijn eerste jaarboek.

'Het lage zuurstofgehalte hangt nauw samen met het gebruik van meststoffen in de landbouw, de emissies van verkeer en fabrieken en afval'

Sinds de jaren zestig is het aantal zuurstofarme regio’s elk decennium verdubbeld. Sommige van deze gebieden zijn minder dan een vierkante kilometer groot, maar andere halen gemakkelijk tweemaal de oppervlakte van België. De eerste ‘dode zones’ werden opgetekend in de Baltische Zee, de Zwarte Zee en het noorden van de Adriatische Zee. Maar ook in de Scandinavische fjorden treft men er nu aan. Het best gekende zuurstofarme gebied ligt in de Golf van Mexico en is het gevolg van de meststoffen die de Mississippi aanvoert.'

En wie Mississippi zegt, zegt monocultuur van soja, maïs en tarwe. Intensieve veehouderij en visteelt hebben dus twee keer met het uitsterven van de oceanen te maken:

  • door overbevissing (inputkant van de intensieve veehouderij en aquacultuur onder de vorm van vismeel)

  • door overbemesting (deels inputkant veehouderij met kunstmest of dierlijke mest voor veevoer; deels outputkant van de intensieve veehouderij met het mestprobleem van vooral grondloze bedrijven)

De Tijd gaat verder: 'Het lage zuurstofgehalte hangt nauw samen met het gebruik van meststoffen in de landbouw, de emissies van verkeer en fabrieken en afval, zegt UNEP. Dat brengt nitraten en dus stikstof in de bodem, in waterlopen en uiteindelijk in zee en dat is gunstig voor algen. Hun explosieve groei en hun ontbinding verbruiken alle zuurstof in het water en verstikken de vissen.'

Kweekbed van algen

We zijn nu vijftien jaar verder en wat blijkt? Niet alleen de Mississippi bemest de Golf van Mexico, ook de Amazonerivier dumpt heel wat meststoffen van de explosief groeiende agrobusiness in het zuidelijker gelegen Brazilië.

Sinds 2018 is er die opstoot van een proces dat al jaren bezig is. Volgens de auteurs van een _Science-_paper ontstond de Atlantische algengordel rond 2011. De kraamkamer van het wier ligt in de West-Atlantische Sargassozee, die haar naam ontleent aan het bewuste algengeslacht Sargassum. De Sargassozee is ons bekend als broedgebied van palingen, maar het wordt Sargasso beroemder als kweekbed van algen.

In januari ontspruit het bruinwier er uit sporen, waarna de algen zich verder ontwikkelen, om uiteindelijk in april tot bloei te komen en te ‘exploderen’. Tijdens de late lente drijven zeestromingen het wier naar het westen, de Caribische Zee en de Golf van Mexico. Iets later vertrekt er ook een stroming naar het oosten, richting Afrika.

In open zee is het drijvende zeewier zo geen probleem, al eist de massa dus wel veel zuurstof op. Het vormt er voedseleilanden die zeevogels en vissen aantrekken. Maar in kustgebieden heeft Sargassum een groeiende, negatieve ecologische impact. Aanspoelende macroalgen blokkeren het zonlicht, waardoor koraalriffen, zeegras en ander zeeleven het moeilijk krijgen. Als ze afsterven, kan het microbiële rottingsproces de omgeving verstikken.

Op dit moment is een “megavlek met een diameter van 550 kilometer” op weg naar de Caraïben. Die zal binnenkort aanspoelen, pal in het toeristisch hoogseizoen

De stranden schoonmaken is onbegonnen werk. We moeten daarom naar de bron kijken: een landbouwmodel dat miljoenen tonnen meststoffen meebrengt. Meststoffen die goed gedijen in de oceaan tussen Brazilië en West-Afrika, waar het water anderhalve graad is toegenomen. Opwarming van de aarde?! Hebben Greta Thunberg en de ‘Grootouders voor het klimaat’ dan toch gelijk?

Het einde is nog niet in zicht. Volgens het Sargassum Monitor Netwerk is op dit moment een ‘megavlek met een diameter van 550 kilometer’ op weg naar de Caraïben. Die zal binnenkort aanspoelen, pal in het toeristisch hoogseizoen.

Hoge vleesconsumptie

Sargassum is niet het enige zeewier dat aan een opmars bezig is. Een andere alg die steeds vaker in kustgebieden opduikt, is het groenwier Ulva. Deze “zeesla” hypothekeerde in 2008 bijna de zeilwedstrijden tijdens de Olympische Spelen in Peking. De helft van de wereldwijde varkensvleesconsumptie bevindt zich dan ook in China…

Dichter bij huis kennen wij een gelijkaardig fenomeen met doodvallende everzwijnen aan de kust van Bretagne. Hier is de bron van het wier de intensieve veehouderij. Bretagne huisvest namelijk de helft van alle Franse varkens en kippen. Het gaat om grote “vleesbelangen”, gestoeld op overzeese soja en maïs uit de regio.

Zouden de barbecue’ers aan de kusten van Mexico en Frankrijk het verband bevatten tussen rottend wier en hoge vleesconsumptie?