Van deze familiale boeren kunnen wij iets leren

Blog

Van deze familiale boeren kunnen wij iets leren

Van deze familiale boeren kunnen wij iets leren
Van deze familiale boeren kunnen wij iets leren

Deze namiddag werden we ontvangen door een coöperatie van landbouwers die samen gronden bewerken en hun producten vermarkten. Ik was aangenaam verrast hoe deze boeren en boerinnen heel open en respectvol met mekaar kunnen communiceren. Mannen en vrouwen werken samen in deze coöperatie en hebben dezelfde rechten. Verantwoordelijke functies worden ingenomen door zowel vrouwen als mannen. Door samen te werken kunnen ze het werk beter verdelen, kunnen ze de voordelen van een zekere grootschaligheid combineren met de voordelen van de kleinschaligheid van hun familiale landbouwbedrijfjes. Samen kunnen ze hun producten tegen een betere prijs vermarkten, kunnen ze tegen een lagere prijs noodzakelijke producten aankopen … Hier kunnen wij echt nog iets van leren!

Donderdag 6 december

Twee dagen op pad geweest. Gisterenavond gelogeerd in een dorpje bij Madame Patricy. Een genocide-weduwe van midden de dertig met 4 kinderen en drie kleinkinderen. Ze is één van de begunstigden van het programma van Dierenartsen zonder Grenzen en IMBARAGA. De begunstigden van dit project ontvangen 3 konijnen, 2 geiten en diverse vormen van ondersteuning. Dankzij de steun van dit project en van het Rwandese ministerie heeft ze zich op enkele jaren kunnen opwerken.  Er staan enkele koeien op stal, een varken met biggetjes, wat geiten en kippen en enkele konijnen. Achter haar huis heeft ze een grote groentetuin met een enorme avocadoboom en de gebruikelijke combinatieteelten van maïs, maniok, zoete aardappelen, aardappelen, bonen, erwten, enz. Ze heeft ook een kleine boomkwekerij waar ze kleine avocadoboompjes kweekt. Om het grote en kleine droogseizoen te overbruggen heeft ze een bassin aangelegd om water op te vangen tijdens het regenseizoen.

Ze is een echte dame in haar dorp geworden, de lokale verantwoordelijke van IMBARAGA. Maar ook voor alle andere belangrijke zaken kunnen ze bij haar terecht.  Het is hoopvol om te zien hoe als een olievlek deze verbetering van landbouwpraktijken zich verspreid over alle dorpen waar we op bezoek zijn geweest. Enkele konijnen, geiten, … gecombineerd met goede begeleiding en ondersteuning en hele gemeenschappen zetten een belangrijke stap voorwaarts.

Deze namiddag werden we ontvangen door een coöperatie van landbouwers die samen gronden bewerken en hun producten vermarkten. Ik was aangenaam verrast hoe deze boeren en boerinnen heel open en respectvol met mekaar kunnen communiceren. Ze hadden heel wat vragen over onze landbouw. Ik vroeg hen naar het geheim van hun goede manier van samenwerking. Een landbouwer uit de groep stond recht en vertelde heel duidelijk dat hiervoor drie cruciale voorwaarden zijn: goede afspraken die samen worden gemaakt en in een reglement zijn vastgelegd; iedereen draagt evenveel bij aan de coöperatie en tot slot een duidelijk sanctionering van wie zich niet aan de regels houdt. Mannen en vrouwen werken samen in deze coöperatie en hebben dezelfde rechten. Verantwoordelijke functies worden ingenomen door zowel vrouwen als mannen. Door samen te werken kunnen ze het werk beter verdelen, kunnen ze de voordelen van een zekere grootschaligheid combineren met de voordelen van de kleinschaligheid van hun familiale landbouwbedrijfjes. Samen kunnen ze hun producten tegen een betere prijs vermarkten, kunnen ze tegen een lagere prijs noodzakelijke producten aankopen … Hier kunnen wij echt nog iets van leren!

Met Bioforum zou ik graag ook een nauwere samenwerking tussen bioboeren promoten. De voordelen van grootschaligheid combineren met de voordelen van klein en onafhankelijk blijven. Onlangs had ik in onze Vlaamse Strategische Landbouwadviesraad een discussie met Piet Vanthemsche, voorzitter van de Boerenbond. De kabinetschef van minister-president Peeters kwam er het landbouwbeleidsplan voor 2013 voorstellen. Ik maakte de opmerking waarom heel wat instrumenten een verdere sterke schaalvergroting blijven stimuleren, wetende dat elke landbouwbedrijf dat groter wordt onherroepelijk het verdwijnen van heel wat ander landbouwbedrijven betekent. Op 20 jaar tijd is het aantal boeren in ons land gehalveerd. Nu zijn er nog slechts 28.000 boeren in Vlaanderen. Aan dit tempo zijn er binnen 25 jaar nog nauwelijks familiale boeren. Bioforum wil duidelijk kiezen om zoveel mogelijk boeren boer te laten zijn op een economisch verantwoorde manier. De voorzitter van de Boerenbond was het hier helemaal niet mee eens. Vanthemsche stelt dat het aantal boeren al decennialang aan dit tempo achteruitgaat en dat dit altijd zo zal blijven. Boerenbond kiest voor een economisch leefbare landbouwsector stelde hij.  Blijkbaar dus ook als dit ten koste gaat van de familiale landbouwers.

Ik zit hier al enkel dagen aan te denken. Enkele dagen terug vernam ik dat in Rwanda 95 % van de bevolking actief is in de landbouw. In België zijn we op een eeuw tijd van 80 % naar nog slechts enkele percenten gegaan. Uit het boek ‘Paarden, zwaarden en ziektekiemen’ van Jarred Diamond onthield ik ondermeer dat de ontwikkeling van culturen ondermeer maar mogelijk is naarmate in een populatie meer en meer mensen zich niet meer moeten bezig houden met voedselvergaring en –productie. Hierdoor komen handen en intelligentia vrij om andere zaken te ontwikkelen zoals wetenschap, cultuur, diensten … Als boer is dit toch wel even iets om bij stil te zijn. In de tijd van mijn grootouders was boer zijn, voor velen niet echt een positieve keuze. Wie kon koos voor een ander beroep. Momenteel is dit anders. Wie boer is, kan vandaag de dag toch niet anders dan hier vanuit een sterke motivatie voor kiezen? Hoe anders kan je verklaren dat we kiezen voor een job waarbij we harder moeten werken tegen een lager loon dan gemiddeld met zulke risico’s? Maar toch zou het aantal boeren moeten dalen om ontwikkeling mogelijk te maken. Wat betekent dit voor de boeren in Rwanda en voor de boeren bij ons? Hoeveel boeren is ideaal in een maatschappij?

In ons land wordt de landbouw steeds maar grootschaliger. Vergelijkbaar met hetgeen bijvoorbeeld is gebeurd met de kleine kruidenierszaken of de dorpsbrouwerijen. Een eeuw terug was er in elk dorp of stad wel één of meerder brouwerijen. Nu is er nog Inbev, actief over de hele wereld, en daarnaast wat kleinere onafhankeijke en artisanale brouwerijen. Is dit ook de weg waar we naar toe gaan met de landbouw in onze regio? Maar is dit steeds maar grootschaliger worden wel een verstandige keuze voor het recht op gezond voedsel voor iedereen? Kijk wat er met onze banken is gebeurd. Banken zijn steeds maar groter en meer geïnternationaliseerd geworden maar hebben ons ook in een enorme financiële crisis gestort. Ik pleit voor een agro-ecologische landbouw die gezond voedsel produceert voor iedereen op een milieu- natuur en mensvriendelijke manier. Ook in Rwanda zien we dat deze vorm van landbouw hier nog enorm veel potentie heeft om te zorgen voor een sterke verhoging van de voedselproductie, haalbaar en toegankelijk voor alle boeren. Voedselvoorziening hoort niet dezelfde weg op te gaan als de andere economische sectoren. Boeren en consumenten zouden hier over de hele wereld meer en meer van bewust moeten worden.

Foto: Dierenartsen Zonder Grenzen