Worden de mensenrechten in Chili geschaad?

Blog

Worden de mensenrechten in Chili geschaad?

Worden de mensenrechten in Chili geschaad?
Worden de mensenrechten in Chili geschaad?

De Chileense studenten zitten niet stil. Vorige week betoogden leerlingen van de privé universiteiten in Santiago en afgelopen weekend vond nog een betoging voor de decriminalisering van marihuana plaats. Gisteren vulden de straten zich opnieuw, ditmaal naar aanleiding van de 21 mei toespraak van de president.

Op 21 mei, de dag van de zeeslag bij Iquique, geeft de Chileense president een eerste State of the Union. In september spreekt hij het Congres een tweede maal toe. Naar aanleiding van deze toespraak gisteren hadden de studentenbewegingen aangegeven de straat op te gaan als Piñera geen toegevingen deed voor aan gratis en kwaliteitsvol onderwijs. Het viel te verwachten dat de president hier niet op in ging gaan, en dus nam ik gisterenochtend de bus naar Valparaíso waar het Congres gevestigd is. Deze decentralisatie is overigens nog een overblijfsel van de dictatuur.

Onderwijs

In zijn twee uur durende speech, die live op de nationale televisie te volgen was, erkende de president dat het Chileense onderwijssysteem te wensen overlaat. Hij benadrukte dat de overheid sinds zijn aantreden de financiële middelen voor onderwijs verdubbeld had. Het hervormingspakket voor onderwijs kreeg de naam ‘tres-por-tres’ en wijst op de kinder, het secundair en hoger onderwijs. Het verwijst evenals naar de drie problemen waar het onderwijssysteem volgens hem mee kampt; de kwaliteit, financiële middelen en toegang. In zijn speech kondigde hij bovendien de creatie van een subsecretariaat voor hoger onderwijs aan en voortaan zou kleuteronderwijs verplicht worden. Dit vinden de studentenvertegenwoordigers echter geen structurele oplossing.

Geweld en mensenrechten

In zijn toespraak had de president het ook nog over een samenlevingsprotocol voor homoseksuelen, het werk maken van het stemrecht voor Chilenen in het buitenland (ook nog een erfenis van de dictatuur) en strengere maatregelen voor verbale of fysieke aanvallen op de PDI, de Chileense politie. Zo’n wet bestaat al, de Hinzpeter wet, die sterk bekritiseerd wordt door Amnesty International. Piñera’s betoog was vooral bedoeld op de ‘encapuchados’ gemaskerde rellenschoppers die vaak op betogingen publiek eigendom in brand steken of de politie en omstanders aanvallen. Deze vormen een ware hinderpaal omdat ze geen deel uitmaken van de studentenbeweging maar er toch in slagen om een negatief beeld te geven aan de protestmarsen.

Maar het geweld vormt ook andersom een probleem. Zo ketenden secundaire schoolstudenten zich vorige week nog vast aan de hekken van het PDI hoofdkantoor in Santiago. In de betoging van 8 mei waren namelijk enkele minderjarige studenten hardhandig opgepakt. Volgens hen schendt de Chileense politie de mensenrechten door bijvoorbeeld minderjarigen agressief toe te takelen, op te sluiten zonder enig nieuws te verschaffen aan familie of de advocaat. Bovendien werd een leerling gevraagd zijn facebook account te openen en medebetogers aan te wijzen op foto’s en hun namen te verstrekken.

Onder de opgepakte bevond zich ook een mensenrechten activiste. Zij zijn aanwezig op elke betoging om te overzien of de mensenrechten niet overtreed worden, zowel langs de politie’s kant als langs de betoger’s kant. Ze dragen vestjes met ‘DDHH’ (derechos humanos) initialen en zijn duidelijk herkenbaar.

Volgende week trekken de secundaire studenten de straat weer op. Ik heb ondertussen al een voorraad citroen op de markt gekocht, een verwittigd man is er twee waard.