“‘‘Heeft Vlaanderen dan de slechte allochtonen gekregen?’’
Er gaat geen dag voorbij zonder dat iemand het heeft over integratie, allochtonen en alle andere minderheden die je je kan bedenken. Onlangs was Unia de kop van jut voor de N-VA, wat bij MO*columniste Nozizwe Dube de vraag deed rijzen waarom Vlaams minister Liesbeth Homans geen beleid uitstippelt om institutioneel racisme tegen te gaan.
Onlangs bij het opruimen van één van mijn schuiflades kwam ik mijn oude paspoort terug tegen. Het was onopgemerkt gevallen en bij het oprapen merkte ik dat het was opengeslagen op de pagina met de stempel gemaakt door de controleur aan de luchthaven van Zaventem. Ik herinnerde mij toen dat de lange en strenge controle mij niets kon schelen. Ik was welgeteld 10 minuten van de hereniging met mijn moeder: dat is het enige waar ik aan kon denken.
‘23 december 2009’ las ik op de stempel. Zeven jaar. Net iets meer dan zeven jaar is Vlaanderen mijn nieuwe thuis. Ik dacht even aan alle eerste keren die ik de afgelopen zeven jaar heb meegemaakt: de eerste sneeuw, de eerste busrit op een bus van De Lijn, de eerste dag in een Onthaalklas voor Anderstalige Nieuwkomers, de innerlijke vreugde toen ik voor de eerste keer met succes en veel gemak een Nederlandstalige roman uitlas. Ik merkte ook op hoeveel ik veranderd ben de voorbije zeven jaar.
Maar niet alleen ik ben veranderd: Vlaanderen heeft ook wat veranderingen meegemaakt de afgelopen zeven jaar dat ik haar ken.
Segregatie in het onderwijs
Zeven jaar geleden sprak niemand in Vlaanderen over integratie bijvoorbeeld. In de nasleep van de crisis van 2008 kan ik mij voorstellen dat de krantenkoppen heel anders luidden. Politieke debatten waren waarschijnlijk even hevig als vandaag, maar ze hadden een andere inhoud.
Nu gaat er geen dag voorbij zonder dat iemand het heeft over integratie, allochtonen en alle andere minderheden die je je kan bedenken. Van de Dorpsstraat tot in de Wetstraat bepalen dezelfde thema’s het maatschappelijk debat. De Dorpsstraat en de Wetstraat zijn communicerende vaten. Het eindigt vaak in pijnlijke en ongenuanceerde oneliners die mij de ogen doen rollen tijdens het scrollen van mijn twitterfeed of bij het openslaan van een krant.
‘Allochtone ouders moeten meer betrokken zijn bij de schoolloopbaan van hun kinderen’, zei onze minister van onderwijs onlangs. Meteen schoot het beeld van mijn studerende en alleenstaande moeder die nooit een oudercontact miste door mijn hoofd. Het beeld van mijn moeder die met veel aandacht mijn rapport bestudeerde doorheen mijn secundair onderwijs carrière blijft voor altijd op mijn netvlies gebrand.
Wie het PISA-onderzoek leest, zal snel merken dat Vlaanderen het slecht doet in vergelijking met andere Europese landen.
Vanaf mijn allereerste dag in een Onthaalklas voor Anderstalige Nieuwkomers tot de dag van mijn diploma uitreiking in het zesde jaar secundair onderwijs: van gebrek aan betrokkenheid bij haar kan ik niet spreken. En ik weet dat ze als allochtone ouder niet een uitzondering op de regel is. Onderzoek wijst dat uit.
Inderdaad, wie het PISA-onderzoek leest, zal snel merken dat Vlaanderen het slecht doet in vergelijking met andere Europese landen wat de schoolresultaten van leerlingen met een andere etnisch-culturele achtergrond betreft. Maar dat de minister van Onderwijs dit de laatste tijd enkel de ouders met allochtone roots verwijt, is fout. Uiteraard is ouderbetrokkenheid cruciaal, en niemand spreekt mevrouw Crevits tegen als ze zegt dat het beheersen van de Nederlandse taal belangrijk is voor een succesvolle loopbaan.
Maar waarom wordt er met geen woord gerept over de impact van de socio-economische achtergrond? Onderzoek wijst uit dat dit juist het meest bepalend factor is, zowel bij ouders van allochtone en autochtone origine. Waarom wordt er niet gesproken over het feit dat jongeren met een migratieachtergrond oververtegenwoordigd zijn in het beroepsonderwijs?
De segregatie in Vlaamse scholen is soms schrijnend. Is dat allemaal enkel en alleen te wijten aan allochtone ouders?
De segregatie in Vlaamse scholen is soms schrijnend. Is dat allemaal enkel en alleen te wijten aan allochtone ouders? Dit is toch een werk van lange adem dat ook inspanningen vraagt van leerkrachten?
Wanneer zal het lerarenkorps ook diverser worden zodat ik iemand met mijn huidskleur les kan zien geven? Als ik het gebrek aan diversiteit in de hogescholen en universiteiten zie, dan denk ik dat het niet voor de nabije toekomst zal zijn.
Om Wouter Van Bellingen’s vraag opnieuw te stellen: heeft Vlaanderen dan de slechte migranten gekregen, mevrouw Crevits?
Allochtoon wordt opgezet tegen andere minderheden
Als het niet over de allochtonen gaat, dan gaat het over de allochtoon tegen andere minderheden. Onze minister van onder andere Inburgering, Integratie en Gelijke Kansen Liesbeth Homans vond het niet kunnen dat allochtonen hun weg naar Unia, het Interfederaal Gelijkekansencentrum, vinden.
Waarom stippelt Liesbeth Homans geen beleid uit om institutioneel racisme tegen te gaan?
Maar waarom stippelt zij dan geen beleid uit om institutioneel racisme tegen te gaan? En dat men zich inzet om discriminatie op basis van etnisch-culturele afkomst tegen te gaan betekent niet dat men zich ook niet tegelijkertijd kan inzetten om discriminatie op basis van leeftijd, een handicap of seksuele oriëntatie de kop in te drukken.
Het nodeloze opzetten van minderheden tegen elkaar is misselijkmakend. Het is niet het een of het andere. Er is nood aan een integraal beleid op vlak van gelijke kansen. Als het ons lukt om oplossingen te zoeken voor de discriminatie van vrouwen zonder aan victim blaming te doen, dan kunnen we dat toch ook doen voor institutioneel racisme, nietwaar Mevrouw Homans?
Jullie uitspraken raken mij als jongere
Als allochtoon raken die verschillende uitspraken van onze leiders mij en mijn dierbaren. En soms komen die ongenuanceerde uitspraken heel hard aan. Als jongere en jongerenvertegenwoordiger raken die uitspraken mij ook. Mijn leeftijdsgenoten en ik willen dat problemen benoemd worden waar en wanneer die er zijn. Maar we willen dat die problemen gestaafd worden met onderzoeken en dat er effectief beleid aan gekoppeld wordt.
Buikgevoel-politiek is schadelijk. Wij, als jongeren krijgen daar last van en we vinden het jammer dat het er zo aan toe gaat. Als er mensen zijn die de sleutel hebben tot de oplossingen voor de verschillende uitdagingen die onze maatschappij ons voorschotelt dan zijn het onze ministers.
Dames en heren politici, wij rekenen op jullie.