Black Lives Matter: ook in Afrika?

Column

In Congo komen dagelijks mensen bij bosjes gewelddadig om het leven

Black Lives Matter: ook in Afrika?

Black Lives Matter: ook in Afrika?
Black Lives Matter: ook in Afrika?

Walter Zinzen heeft het moeilijk met de – schijnbare? – onverschilligheid voor wat zich in Afrika afspeelt. Dat onze BLM'ers zich laten inspireren door de niet aflatende strijd van Amerikaanse zwarten is begrijpelijk. Maar waarom vergeten ze het continent van hun voorouders?

© Brecht Goris

Walter Zinzen

© Brecht Goris

Walter Zinzen heeft het moeilijk met de – schijnbare? – onverschilligheid voor wat zich in het Congo van vandaag en de rest van Afrika afspeelt. Dat onze BLM-ers zich laten inspireren door de niet aflatende strijd van Amerikaanse zwarten is begrijpelijk. Maar waarom vergeten ze het continent van hun voorouders?

Dat de moord op George Floyd wereldwijd en dus ook bij ons grote verontwaardiging uitlokte is niet alleen begrijpelijk maar vooral bemoedigend. Solidariteit heet dat. De protestbeweging in Europa nam ook de naam over van die in de Verenigde Staten: Black Lives Matter, een organisatie die zeven jaar geleden werd opgericht nadat, toen ook al, een zwarte man door politieagenten was gedood.

Alweer: mooi zo. Zwarte levens doen er toe. Zowel in Amerika als bij ons. Minder mooi is dat niet iedereen dit principe deelt. Zo schreef een boze meneer op de Vlaams-nationale website Doorbraak dat alle levens er toe doen, niet alleen zwarte. Die meneer was kennelijk “vergeten” dat de politie in de VS haast uitsluitend zwarten dood schiet.

Ik zie hoe sommige mensen BLM een terreurbeweging noemen. Een klassieke reactie van blanken die de zwarte medemens niet al te zeer beminnen, een reactie die zo oud is als de zwarte emancipatiebewegingen. In het Zuid-Afrika van de apartheid heeft Nelson Mandela 23 jaar in de cel gezeten omdat hij een “terrorist” was. In het door de blanke minderheid geregeerde Rhodesië van Ian Smith werden de bevrijdingsbewegingen ook systematisch als terreurbewegingen weg gezet.

En nu dus BLM.

Niet te verwonderen dat de activisten van het Belgisch Black Lives Matter al snel de link legden met ons eigen koloniaal verleden. Vooral de standbeelden van Leopold II moesten het ontgelden. Maar het koloniale denken is niet dood, zo vinden de BLM'ers. Dat racisme, discriminatie en uitsluiting van gekleurde mensen nog altijd bestaan zijn er volgens hen het bewijs van.

Bij die stelling passen toch een paar kanttekeningen. Dat het kolonialisme een uiting was van racisme, van misprijzen voor de “inlanders”: geen twijfel mogelijk. Maar racisme is, helaas, een kwaal die overal ter wereld voorkomt. Waar komt de vervolging van de Oigoeren in China vandaan, de genocide tegen de Rohingya in Myanmar, de vreemdelingenhaat in Polen, Hongarije, ex-Joegoslavië en andere Oost-Europese landen, die nooit kolonies hebben gehad?

In het onafhankelijke Congo zijn zwarte levens maar al te vaak al evenmin een knip voor de neus waard.

Racisme heeft overduidelijk geen koloniaal verleden nodig om tot grote wreedheden te inspireren. Anderzijds: dat ons land eindelijk probeert met zijn koloniaal verleden in het reine te komen is voor een groot deel de verdienste van de BLM-activisten. De brief, die koning Filip aan de Congolese president schreef om zijn spijt te betuigen over de gruweldaden en vernederingen in de koloniale tijd, is duidelijk door de BLM-activisten geïnspireerd.

Over de wonden uit het verleden zegt de koning letterlijk: ‘Wonden die tegenwoordig weer pijnlijk voelbaar worden door daden van discriminatie, nog te sterk aanwezig in onze samenleving. Ik zal blijven strijden tegen alle vormen van racisme’. Ook de Kamercommissie die het koloniale tijdperk analyseert en probeert het aangedane onrecht wieder gut zu machen zoals de Duitsers dat noemen, zou er waarschijnlijk nooit zijn gekomen zonder de moord op George Floyd en de daarop volgende verontwaardiging.

Waar ik het moeilijk mee heb is de – schijnbare? – onverschilligheid voor wat zich in het Congo van vandaag en de rest van Afrika afspeelt.

In het onafhankelijke Congo zijn zwarte levens maar al te vaak al evenmin een knip voor de neus waard.

Wereldblogger Ivan Godfroid meldde in dit eigenste blad dat in de provincie Noord-Kivu in de eindejaarsperiode 30 boeren zijn vermoord, waarschijnlijk door een militie die ADF wordt genoemd en al jaren de streek rond de steden Beni en Butembo onveilig maakt. En Ivan voegde er aan toe: ‘Zoals gebruikelijk is er geen enkel officieel communiqué rond gepubliceerd, laat staan dat de president zijn leedwezen zou hebben uitgedrukt. Mensen sterven in bosjes zonder dat Kinshasa daarvan opkijkt’.

De treurige waarheid is dat er in Congo dagelijks mensen bij bosjes gewelddadig om het leven komen. Een paar feitjes, geplukt uit verschillende Congolese media de afgelopen weken en dagen:

  • In Goma vielen niet geïdentificeerde mannen een kapperszaak binnen. Ze doodden er acht mensen.

  • In het dorp Ntoma doodde ADF één man en twee vrouwen.

  • In het dorp Nzenga vermoordde ADF 21 mensen.

  • In de dorpen Matadi en Mboa doodde ADF zes mensen.

Daar komt nog bij dat er geen dag in Congo voorbij gaat zonder ongevallen met tientallen doden. Radio Okapi meldde bijvoorbeeld op Kerstdag dat 41 lijken werden opgevist uit het Albertmeer. Hun bootje was vergaan. Een week later: schipbreuk op het Kivu-meer: twee doden geborgen, 20 vermisten. Vrijwel dagelijks vallen tientallen doden bij verkeersongevallen met vrachtwagens die boven op hun vracht mensen vervoeren. Het lijstje is eindeloos, we zouden er makkelijk een hele MO* mee kunnen vullen.

Allemaal Black Lives. Maar die doen er blijkbaar niet toe. De hele wereld hult zich in stilzwijgen en onwetendheid.

Het gaat hier wel degelijk om slachtoffers van slecht beleid. De scheepjes zijn gammel, op het vasteland zijn de wegen amper of helemaal niet berijdbaar en dus gevaarlijk, over de vliegtuigen bijgenaamd “vliegende doodskisten” hebben we het dan niet eens. Net zo min als over de vijf miljoen interne vluchtelingen, die door milities uit hun dorpen zijn verjaagd en aan hun lot over gelaten. Of over de duizenden vrouwen die op gruwelijke wijze worden verkracht.

Allemaal Black Lives. Maar die doen er blijkbaar niet toe. De hele wereld hult zich in stilzwijgen en onwetendheid. De politiek zwijgt, de media zwijgen. En de BLM-activisten laten ook niet van zich horen.

Elk jaar vallen er in de Verenigde Staten ongeveer 1.000 dodelijke slachtoffers bij politie-interventies. Dat is veel en het rechtvaardigt alle verontwaardigde reacties. Maar het is een fractie van het aantal doden dat in Congo valt onder het geweld van leger en politie, milities allerhande, banditisme en verwaarlozing van de infrastructuur.

Alleen krijgen we van al dat geweld nooit iets te zien. Nooit zijn er gsm’s in de buurt.

In de Verenigde Staten daarentegen zijn die er wel. Eric Garner in 2014, George Floyd hebben we vorig jaar op televisie ‘I can’t breathe’ horen kreunen en vervolgens zien doodgaan.

Volstaat dat als verklaring voor het, toch heel merkwaardige, stilzwijgen van de Belgische BLM'ers over de ellende in de ex-kolonie Congo?

Ik denk het niet. De oorzaak ligt dieper.

Dat onze BLM'ers zich laten inspireren door de niet aflatende strijd van Amerikaanse zwarten is begrijpelijk. Maar waarom vergeten ze het continent van hun voorouders?

De Belgische Black Lives Matter is een Amerikaans importproduct. Afrikanist Kris Berwouts wees er in een interview in De Standaard al op dat hun helden louter Amerikanen zijn, Malcolm X voorop. Ook verbaast hij zich over de afwezigheid van Afrikaanse ideeën en inspirerende figuren in de denkwereld van de BLM-activisten. Hij noemt Julius Nyerere, de oud-president van Tanzania en de vrijheidsstrijder Amilcar Cabral als voorbeelden van in het debat afwezige namen.

We kunnen er nog een paar aan toe voegen: Léopold Senghor, de eerste president van het onafhankelijke Senegal en de filosoof van het begrip Négritude, een concept dat hij samen met o.m. Aimé Césaire ontwikkelde. Senghor was, net zoals Nyerere, een aanhanger van een socialisme op zijn Afrikaans.

Een andere socialist, maar dan een revolutionaire, was Thomas Sankara, de man die van Opper-Volta Burkina Faso maakte, wat “land van de eerlijke mensen” betekent. Sankara is, net als Lumumba, vermoord, maar heeft wel gedurende vier jaar als president zijn ideeën in de praktijk kunnen omzetten.

Dat onze BLM'ers zich laten inspireren door de niet aflatende strijd van Amerikaanse zwarten is begrijpelijk. Maar waarom vergeten ze het continent van hun voorouders?, vraagt een oude blanke man zich af.

Oude blanke (witte) mannen moeten de jonge BLM-activisten niet bekritiseren, zegt ook Kris Berwouts. Maar is het geen goede Afrikaanse gewoonte dat de ouderen, de mzee’s zoals ze in het Swahili worden genoemd, het jonge volkje bijstaan met raad in de hoop dat die raad ook wijs is? En dat het daarbij niet uitmaakt of de mzee zwart, wit, groen of rood is?

PS: Schrijver dezes wordt op zijn wenken bediend. Omar Ba geeft op 18 januari, via Zoom, een lezing over 'Panafrikanisme en de invloed van Afrikaanse baanbre.e.k.st.ers op het debat over racisme in Europa'. Een initiatief van Hand in Hand vzw. Vooraf inschrijven verplicht via www.dekoloniseer.be