De wachtgevel in een rij

Column

De wachtgevel in een rij

De wachtgevel in een rij
De wachtgevel in een rij

Naar aanleiding van het arbeidsongeval van een Genkse arbeider vorige week, schreef MO*columniste Birsen Taspinar een kreet voor meer zorg en aandacht voor de bijdrage die migratie levert aan de samenleveing. Ze betuigt haar innige deelneming aan alle familieleden die ooit iemand hebben verloren, werkend in de zwaarste jobs en tot in de vroegste uren.

Ik ben de wachtgevel van het onbestaande huis dat migratie heet. Nu reeds wachtte ik 50 jaar om mijn plaats te kunnen verwerven.

De onbeschreven blanco muren, waarmee ik een deel van de geschiedenis wilde bekleden van dit nieuwe land, lijken nog steeds leeg. We zijn nu enkele generaties verder en ik wacht geduldig af wanneer ik het licht in de ogen van de kinderen weer kan zien.

Wachtend om gehoord te worden

Ik ben een wachtgevel die geduldig wacht. Mijn hart klopt meer en meer werkloosheid, kansarmoede en onzekere toekomstdromen. Er tekenen zich de schaduwen af van mensen wier competenties onbenut blijven, die zich vervelen en verloren lopen. Wanneer mag mijn zielshuis eindelijk bestaan in een ander land?

Door het lange wachten voel ik barsten in de muur komen. Hoezeer ik ook bijdraag aan de samenleving toch zal eerst mijn overlast gezien worden. Elke dag ben ik bang dat er geen huis aan mijn zijde zal verschijnen, omdat ik als een bedreigende soort wordt gezien…

Elke dag ben ik bang om gesloopt te worden. Elke dag vrees ik voor de toekomst van de jongeren die zich hier komen schuilen.

Elke dag hoor ik de geluiden van mensen die in stilte vergaan door arbeidsongevallen, die wachten op een erkenning voor hun jarenlange zwoegen. De vergeten bouwstenen van deze samenleving.

Wachtend op een plek

Ik ben een wachtgevel en ik wacht geduldig. Hoeveel jaar zal ik nog wachten voor ik in de klas ook dezelfde plaats kan bekleden als mijn klasgenoten, in de bus niet vreemd zal worden aangekeken, bij een sollicitatie mijn anonimiteit onnodig lijkt, mijn wijken en scholen segregatie-vrij zijn?

Want van alle wachten is de segregatie de meest vermoeiende: het ontneemt me mijn zicht op een toekomst. Het is wachten op een wereld waar iedereen een eigen droom kan hebben, een wachtgevel tot een huis kan worden.

Wachtend op een taal

Ik ben een wachtgevel en ik ben de onbeschreven pagina van de taal die zich nog moet aanpassen aan de superdiversiteit die heerst. Ik wacht geduldig, tot de taal ook de ander kan omhelzen en in zich kan opnemen. De taal die de diversiteit kan verwoorden en dragen.

Elke taal is zoals een huis, waarin je kan thuiskomen en waarmee je hoop kan koesteren. Elk woord kan een medicijn zijn om uit deze verwarrende wereld ons te redden.

Een huis in de rij

Gelukkig zijn er soms mensen die geloven in de meerwaarde van mijn aanwezigheid in dit land. Die geloven dat ik een deel van de geschiedenis ben en de steden fraaier maak. Die mensen die zich dag en nacht inzetten voor een betere samenleving. Die alles doen wat ze kunnen. Die mijn bestaan hier verlichten. De leerkracht, de dokter, de pastoor, de sociale werker, allemaal kleine schakels, die mijn wereld vergroten.

Want ik wil net zoals iedereen, een huis in de rij zijn, omgeven met andere huizen, ieder met dezelfde zorgen. Ik wil geen wachtgevel meer zijn.