De maand van Layla El-Dekmak
“‘Dit is geen opvangcrisis maar een democratie die ziek is’
© Konstantinos Tsanakas
© Konstantinos Tsanakas
Waarom zouden wij de rechtsstaat respecteren als de Belgische staat dat niet eens zelf doet, vraagt radio- en podcastmaakster, journaliste en kersvers MO*columniste Layla El-Dekmak zich af. Ze ziet met lede ogen aan hoe vluchtelingen het recht op bed, bad en brood keer op keer wordt ontzegd. En dat terwijl de staat daarvoor al meermaals op de vingers werd getikt. ‘Dit raakt aan de fundamenten van onze democratie.’
Het is weer voorbij, kerst. De kerststronken zijn verorberd, de pakjes uitgewisseld, de ballen mogen weer uit de bomen en de stallen opgeborgen. Het is de hoogmis van de christenen. Ik beeld me in dat cd&v’ers nu stilaan uit hun warme familienest komen gekropen. Voldaan, stralend en uitgerust. De partij van en voor het volk. Dat zeg ik niet, dat zegt ze zelf op haar website.
Op dezelfde website lees ik ook: ‘We willen dat elke mens zich veilig en thuis voelt in onze veranderende samenleving’. Het zijn mooie, hartverwarmende woorden. Maar ook: woorden die in schril contrast staan met de huidige opvangcrisis. Mag ik ze bovendien een tikkeltje hypocriet vinden, aangezien die crisis net de verantwoordelijkheid is van de cd&v? Asiel en Migratie is tenslotte haar portefeuille.
Helemaal te gek wordt het als je weet dat naastenliefde een van de kernwaarden is van de partij. De christelijke naastenliefde is per definitie volstrekt onbaatzuchtig. Het achterliggende idee is dat we de ander niet liefhebben op basis van bepaalde eigenschappen of verdiensten, maar omdat die ander een mens is.
Bed, bad en brood
Een voordeel van een mens te zijn in onze samenleving is, zo dacht ik tot voor kort, dat je mensenrechten hebt. Maar is dat wel zo? Momenteel leven in België zo’n 2000 mensen op straat. Mensen die recht hebben op opvang. Families, zwangere vrouwen, mannen én kinderen die op straat slapen. In de vrieskou. Levensgevaarlijk is dat.
Dit gaat over kinderen.
Kin-de-ren!
Als je de cijfers bekijkt, kan het niet anders dan dat je een beetje begint te duizelen. Tot eind december hadden jongeren van wie de leeftijd in twijfel werd getrokken geen toegang meer tot leeftijdstesten en belandden ze zo op straat. Dit gaat over kinderen. Kin-de-ren! Toch tot het tegendeel is bewezen. Of is dat ook zo’n ethisch principe dat we bij het grofvuil hebben gezet?
Voorts zitten momenteel ongeveer 1000 mensen in zeer penibele omstandigheden. Ziektes zoals tbc, difterie of schurft doen de ronde. Deze mensen hebben recht op bed, bad en brood. Ik herhaal: het is hun recht. Dat staat zo gebeiteld in de Conventie van Genève, de Europese richtlijnen én in onze eigen Belgische wet. Gebeiteld, zodat niemand hieraan zou kunnen, of zelfs mogen, twijfelen.
Fundamenten
Ik dacht – ook tot voor kort – dat we ervan mochten uitgaan dat de staat zich wel aan deze plicht zou houden. Net zoals ze zich houdt aan de scheiding der machten, de rechtspraak en de fundamenten van de democratie. Maar kerstsurprise: dat doet ze niet. Vraag dat maar aan de Liga voor Mensenrechten of het collectief van advocaten dat zich momenteel inzet voor de rechten van deze mensen.
Begin december gaf Sibylle Gioe, de vicepresidente van de Franstalige Liga voor Mensenrechten, tijdens een opmerkelijke actie een speech. Bij de actie werd de rechtsstaat op symbolische wijze begraven voor het kantoor van Vincent Van Quickenborne (Open Vld), onze minister van Justitie. Haar woorden: ‘Ons verdriet en onze bezorgdheid over de verdediging van de democratie en rechtsstaat zijn enorm. De rechtsstaat stierf geen natuurlijke dood. Het is een zeer verdachte dood. Een politieke moord.’
Waarom zou ik in godsnaam de rechtsstaat moeten respecteren als de staat dat zelf niet doet?
Waarom Gioe deze krachtige woorden uitsprak? Deze advocaten brengen de zaken van vluchtelingen voor de rechtbank. In bijna alle gevallen geeft de rechter hen gelijk en stelt hij de Belgische staat in gebreke. Zo werd de staat intussen al 7000 keer veroordeeld door de arbeidsrechtbanken.
En dat is nog maar het voorlopige aantal. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens legt voorlopige maatregelen op voor 700 zaken waarin het België opdraagt om opvang te verlenen. Maar weet je wat er dan is gebeurd? Nadat deze vonnissen zijn uitgesproken door onze rechterlijke macht? Niets. Nada. Noppes. Nougatbollen.
De staat weigert ronduit het vonnis te volgen en de boetes en dwangsommen te betalen. Denk je eens in wat er zou gebeuren als wij – het plebs, zeg maar – dat zouden doen? Stel dat wij het vonnis van een rechter naast ons zouden neerleggen en onze boetes of dwangsommen niet zouden betalen. Ik denk dat ik wel weet wat er zou gebeuren: een ticketje richting de gevangenis. Zonder twijfel.
Waarom zou ik in godsnaam de rechtsstaat moeten respecteren als de staat dat zelf niet doet? Dit raakt aan de fundamenten van onze democratie, de scheiding der machten en het respecteren van dat evenwicht. Onze staat vindt blijkbaar dat ze boven alles staat. Of toch zeker boven de pijler van de rechterlijke macht.
Stokpaardjes
Deze situatie is compleet onhoudbaar en volstrekt onverdedigbaar. Dit is geen opvangcrisis, maar een democratie die structureel ziek is. Het is geen week na kerst en daarom tijd voor lieve, zoete koorgezangen. Neen, het is tijd om verontwaardigd te zijn en een standpunt in te nemen. Dit moet stoppen, en wel nu. Of ik stel voor dat geen enkele politicus het ooit nog mag hebben over ‘waarden’ en ‘normen’. Je weet wel, hun favoriete stokpaardjes als het ze uitkomt.
Om een bruggetje te maken naar de olijke periode die we net achter de rug hebben: dit staat zo belachelijk ver af van wat de kern is van de christelijke identiteit. Want mocht Jezus vandaag herrijzen, hij zou meteen naar Klein Kasteeltje of Palais des Droits snellen, zijn kleding en schoenen weggeven en tussen hen gaan zitten. Dat hij brood kan vermenigvuldigen zou bovendien mooi meegenomen zijn, want deze mensen lijden honger, in de kou.
Als de Belgische staat niet meer luistert naar de rechtspraak, zorg dan tenminste dat ze luistert naar ons.
Als ik elke dag de cijfers zie, moet ik terugdenken aan een speech die Theresa May gaf toen ze nog premier van het Verenigd Koninkrijk was. Het is een schrijnende anekdote die voor mij symbool staat voor wat zich vandaag overal in Europa afspeelt.
In haar speech herdacht May een held die tijdens de Tweede Wereldoorlog ontelbare Joodse kinderen had gered. Ze had het over – jawel, hier gaan we weer – ‘waarden en normen’ én ‘de moed om te doen wat juist is in een klimaat dat vijandig was’.
Maar haar woorden waren nog niet koud of niet veel later gaf haar kabinet een statement vrij. Het was de nasleep van de oorlog in Syrië. Europese landen hadden onderling een deal gemaakt dat elk land een bepaald aantal Syrische gezinnen zou opvangen, families mét kinderen. Het statement: het Verenigd Koninkrijk zag af van die deal, het zou deze vluchtelingen niet opvangen.
Mijn mond viel open van verbazing. Exact dát is exemplarisch voor wat momenteel aan het gebeuren is. Het is heel gemakkelijk om naar het verleden te kijken en te zien wat juist is: een held uit de Tweede Wereldoorlog of de man die over water liep. Maar voor sommigen, en dan vooral in de politiek, is het blijkbaar onmogelijk om er middenin te staan en datzelfde glasheldere vizier te blijven houden.
Nochtans is de situatie werkelijk glashelder: ieder mens die hier om internationale bescherming vraagt verdient opvang, met respect voor diens menselijke waardigheid. Ik acht deze regering verantwoordelijk, ik acht ons als samenleving verantwoordelijk. Deze politici verdienen hun brood bij gratie van ons. Het is tijd dat wij – en zij – dat opnieuw beseffen.
Dus spreek je uit, kom op. Want als de Belgische staat al niet meer luistert naar de rechter of de rechtspraak, zorg dan tenminste dat ze luistert naar ons. En zorg ervoor dat al deze mensen eindelijk krijgen waar ze recht op hebben: bed, bad, brood en een correcte asielprocedure. In plaats van deze vernederende ontkenning van hun menselijke waardigheid.
Wat deze mensen meemaken is willekeur van de ergste soort. We moeten dringend de moed hebben om te doen wat juist is. Ook, en misschien precies dan, als het klimaat vijandig is.