Cybergeweld
“‘“Gewoon” digitale haat’
Cybergeweld; een groot en futuristisch woord voor wat in feite gewoon digitale haat is. De haat was er altijd al, schrijft MO*columniste Bieke Purnelle. Alleen neemt ze tegenwoordig de virtuele snelweg in plaats van het wandelpad.
Bieke Purnelle
© Brecht Goris
Deze column is ook te beluisteren:
Zuchtend legde ik het rapport weg. Niet dat er iets nieuws in stond, iets wat ik nog niet wist. Maar ook bevestiging van slecht nieuws kan een mens bezwaren.
Ik word fatsoenlijk betaald om rapporten en onderzoeken te lezen. Niemand heeft me beloofd dat ik er ook vrolijk van zou worden. Rapporten, onderzoeken en statistieken zijn abstract. Het is pas wanneer je de praktijken waarover ze gaan toegepast ziet worden door echte mensen dat ze je ontredderen.
Het rapport dat ik weglegde ging over cybergeweld; een groot en futuristisch woord voor wat in feite gewoon digitale haat is. De haat was er altijd al. Alleen neemt ze tegenwoordg de virtuele snelweg in plaats van het wandelpad.
Vrouwen die een publieke rol vertolken, opiniemakers zijn of zich identificeren als feminist, vormen de grootste risicogroep op vlak van online intimidatie en cybergeweld.
Vrouwen – niet-witte vrouwen in het bijzonder – krijgen disproportioneel vaak te maken met (online) seksistische en/of racistische haatboodschappen. Het European Institute for Gender Equality (EIGE) stelt dat cybergeweld vooral gericht is op vrouwen. In 60% van de gevallen van online intimidatiepraktijken gaat het om een mannelijke dader en een vrouwelijk slachtoffer. Ook de aard van cybergeweld verschilt: onderzoek toont aan dat mannen doorgaans met mildere vormen van online intimidatie geconfronteerd worden terwijl vrouwen agressievere en vaak fysieke en seksuele bedreigingen ontvangen.
Verschillende studies bevestigen dat vrouwen die een publieke rol vertolken, zich als opiniemaker in het publieke debat mengen of zich expliciet identificeren als feminist de grootste risicogroep vormen op vlak van online intimidatie en cybergeweld.
Naast de functie of de inhoudelijke boodschap spelen voornamelijk identitaire kenmerken een rol: vrouwen van kleur en jonge vrouwen worden vaker en harder lastiggevallen op het internet.
Anonieme klavierhelden
Ik heb het rapport niet nodig om het te weten. Ik zie het zo ook wel, soms subtiel en eerder verdoken. Veel te vaak ronduit ranzig en rauw. Wanneer een vrouw een mening uit, hoe beleefd ook, staat er een legioen – vaak anonieme – klavierhelden klaar om haar te zeggen dat ze niet weet waarover ze praat. Dat ze dom en lelijk is, een frigide trut, een gefrustreerd of labiel wijf. Dat ze een beurt moet krijgen.
Ik vraag me af waar mensen dat soort onbeschoftheid leren, of er speciale gratis cursussen voor bestaan.
Niet dat je liever beleefd aangevallen wordt. Misschien is zo’n scheldpartij van een meute schuimbekkende haters wel minder erg dan het geraffineerde vernietigen dat men hanteert in sommige politieke middens. Je geloofwaardigheid aanvreten, je neerzetten als ongeschikt, graven in je verleden tot men ergens een jeugdige faux-pas, een onachtzaamheid, een domme fout of een krasse uitspraak vindt, om je vervolgens achteloos voor de leeuwen te gooien zodat zij kwijlend je werk kunnen afronden en jij je handen, noch je tanden vuil hoeft te maken.
De ultieme belediging
Veel mensen geloven in toeval. Dat het toeval is dat vrouwelijke politici sneller en vaker moeten opstappen na een fout of schandaal. Ze zijn wellicht gewoon minder bekwaam en maken vaker fouten. Dat het toeval is dat er op vrouwen van kleur geen revolver, maar een machinegeweer wordt gericht wanneer ze hun hoofd boven het maaiveld steken. Ze zijn wellicht nog minder bekwaam dan de witte vrouwen. Daar moeten we verder niets achter zoeken.
De stelling lokte het soort woede uit die ik enkel zou begrijpen als ik live op tv een schattige puppy had vermoord.
Ik vermoed dat deze mensen geen rapporten of onderzoeken over genderbias lezen. Of misschien geloven ze er niet in, zoals sommige mensen niet in vaccins of de klimaatopwarming geloven.
Ik zwijg tegenwoordig vaker dan vroeger over dat soort dingen.
Een tijdje geleden kwam ik tegen mijn zin eens op tv. Dat kostte niet alleen tijd die ik beter anders had besteed, maar vooral dagenlang digitaal getreiter. Ik had namelijk beweerd dat er nog geen gendergelijkheid is bereikt, een stelling die gestaafd wordt door meters onderzoek. Deze stelling bleek hoogst controversieel en lokte het soort woede uit die ik enkel zou begrijpen als ik live op tv een schattige puppy had vermoord. Dat ik lelijk was, zo werd met aandrang herhaald. Ik had geen idee op welke manier deze mening relevant kon zijn in eender welk maatschappelijk debat.
Lelijk zijn is een soort van ultieme belediging aan het adres van vrouwen, zo menen de schreeuwers. Vermoedelijk denken zij dat mooi zijn ons ultieme doel en onze voornaamste betrachting is. Voorts was ik ook dom en gestoord, een gevaarlijke heks en nog vanalles dat ik u wil besparen.
Benieuwd of er iemand zal durven roepen dat er van de huidige wereldleiders 300 mannen zijn en 25 vrouwen.
Vervolgens vragen mensen die op redacties werken zich af waarom vrouwen zo vaak nee zeggen wanneer ze gevraagd worden voor een debat of een gastrol in een duidingsprogramma. Ja, waarom eigenlijk?
Deze week spreekt psycholoog Jordan Peterson 4000 mensen toe in Vorst Nationaal. Een ticket kost 49 tot 115 euro. Jordan zegt dat orde mannelijk is en chaos vrouwelijk. Een overdosis aan vrouwelijkheid stort de wereld in chaos, vindt Jordan. Benieuwd of er iemand van de 4000 toehoorders zal durven roepen dat er van de huidige wereldleiders 300 mannen zijn en 25 vrouwen. Of dat Poetin, Assad en hun vrienden mannen zijn bijvoorbeeld. Voor 115 euro mag je vast wel iets roepen toch?
Jordan is van mening dat geweld tegen vrouwen voortkomt uit onvrijwillig celibaat. Daarom moeten we mensen structureel in monogame relaties dwingen, want anders kiezen vrouwen alleen voor de mannen met status, en dat is niet eerlijk voor alle andere mannen. Logisch.
Onlangs bracht iemand me een boek terug dat hij van me had geleend. Ik was het vergeten. Zowel dat ik het uitgeleend had als het boek zelf. ‘De meeste mensen deugen’ luidt de titel. Het boek in kwestie is vlot en slim geschreven en je zou er overmatig optimistisch van kunnen worden als de werkelijkheid niet zo luid en lelijk aanwezig was. Misschien moet ik het eens herlezen. Of er zo hard als ik kan mee gooien.