“‘Het witte paradijs’
Media en politiek moeten stoppen met de stereotiepe, racistische en goedkope framing van de islam en moslims als terroristen, schrijft Bleri Lleshi in zijn column. Het is tijd dat we een gesprek hebben over het probleem van wit extremisme.
© Brecht Goris
Als we de mainstream media en politici mogen geloven dan komen extremisme en terrorisme enkel voor bij mensen met migratieachtergrond en meer bepaald bij moslims. Daders met zulke achtergrond zijn extremistische terroristen. Terroristen die in naam van de islam een aanslag plegen kunnen geen psychische of andere problemen hebben. Die terrorist handelt volgens de media in naam van de islam en van alle moslims.
Voor een dader zonder migratieachtergrond geldt het tegenovergestelde. Eender waar de aanslag of extremistische daad plaatsvindt, over terrorisme wordt niet gesproken. Nu gaat het om ‘een enkeling’ die ‘mentale problemen’ heeft. Zijn daden stralen niet af op alle witte mensen of alle atheïsten bijvoorbeeld.
Wit extremisme
Daarmee wordt de waarheid heel veel geweld aangedaan want extremisme en terrorisme zijn niet aan één religie of groep mensen verbonden. Het is hoog tijd dat hierin verandering komt. Daarvoor zijn twee dingen noodzakelijk. Ten eerste moeten media en politiek stoppen met de stereotiepe, racistische en goedkope framing van islam en moslims als terroristen. Ten tweede is het tijd dat we een gesprek hebben over het probleem van wit extremisme.
Het valt op dat angst en extremisme vooral aan moslims worden gelinkt.
Extremisme is altijd en overal een probleem. Mensen die kiezen voor het extremisme zien enkel vijanden en in hun vijand zien ze niet meer de mens. Extremisme is een van de ergste vormen van ontmenselijking. Het is daarom dat extremisme angst creëert bij mensen. Die angst wordt bovendien uitvergroot door media en politiek. In deze tijden is inspelen op angst garantie voor electorale winst en hogere kijk- en verkoopcijfers voor de media. Een bijzondere verontrustende evolutie is dit. Zoals aangehaald, valt het op dat angst en extremisme vooral aan moslims worden gelinkt. Er bestaan echter ook andere vormen van extremisme zoals wit extremisme.
In de VS, Polen, Hongarije, Duitsland en vele andere westerse landen is het extremisme bij witte nationalistische groeperingen volop aan het toenemen. Het is een probleem dat veel minder aandacht krijgt dan het islamitisch extremisme, maar het valt niet te onderschatten als we kijken naar de vele aanslagen waar mensen, moskeeën, synagogen enzovoort worden aangevallen.
Christian Piccolini, die zelf ooit een leider was bij een neonazibeweging, trekt aan de alarmbel. Hij was maar 18 jaar oud toen hij aan het hoofd stond van een van de eerste Neonazibendes in de VS, de Chicago Area Skinhead, die volop leden tracht te rekruteren. Hij vertelt over de vele complottheorieën die hij en andere leden geloofden, zoals bijvoorbeeld dat alle media in de handen zijn van joden of dat veel Afro-Amerikanen in de gevangenis zitten omdat ze witte mensen aanvielen.[1]
‘Op mijn 19 jaar een kind krijgen en trouwen, was een krachtige katalysator voor mij. Eindelijk had ik iets om lief te hebben’, zegt Piccolini die in 2010 Life after Hate stichtte, een organisatie die het opneemt tegen racisme en gewelddadige extremisme. Twintig jaar later heeft hij nog steeds de handen vol met het bestrijden van de haat die hij zelf mee heeft gezaaid.
Piccolini, wiens ouders van Italiaanse origine zijn, zegt dat hij niet als een racist is opgevoed. En dat zelfs zijn ouders vaak met stereotypes werden geconfronteerd. Het was in zijn zoektocht naar identiteit dat het discours van Clark Martell, een neonazi leider, ervoor zorgde dat hij onder die extremistische invloed kwam. Piccolini zegt dat Martell hem leerde om mensen te haten. Mensen die hij niet kende of waarmee hij nooit contact had gehad. Hij werd gehersenspoeld door een wij-zij discours en was ervan overtuigd dat hij zijn ‘ras’ moest beschermen .
Niet enkel krijgt wit extremisme geen aandacht, maar wit extremisme noemen we zelfs geen terrorisme. Als de dader wit is dan spreken we over iemand met mentale problemen.
Terwijl wit extremisme nog nooit dergelijke grote proporties heeft gekend, zien we dat politici het probleem doodzwijgen en zelfs normaliseren. De Amerikaanse Donald Trump focust enkel op islamitisch extremisme en heeft wit extremisme van de agenda gehaald in zijn beleid. Deze maatregel van Trump is typerend voor het politieke en mediadiscours dat er een is van twee maten en twee gewichten. Niet enkel krijgt wit extremisme geen aandacht, maar wit extremisme noemen we zelfs geen terrorisme. Tuurlijk niet, want als de dader wit is dan spreken we over iemand met mentale problemen of over een lone wolf. Wit extremisme is een probleem dat diep in onze samenleving ingebakken zit. Willen we het bestrijden, dan moeten we het ook bij de naam durven noemen.
Pakken en dassen
Omdat het thema van wit extremisme straal wordt genegeerd hebben we ook minder inzicht in dit probleem. We zien bijvoorbeeld bepaalde verschuivingen in hoe witte extremisten zoals neonazis zich organiseren en identificeren. Vroeger waren dat skinheads met veel tattoos. Van de neonazi’s in de VS tot de fascisten van CasaPound in Italië, zien we hoe deze mensen vandaag rondlopen mooi in het pak, met das en modieus kapsel.
Pas als ze beginnen praten, besef je dat je een neonazi voor je hebt. Dit is geen toeval of louter een modetrend. Allesbehalve, meent ook Piccolini: ‘Het was een bewuste keuze, want we zagen in dat we mensen afschrikten die eventueel aan onze kant konden staan. En nu zien we de pakken en de dassen. We zien hoe mensen naar de universiteit gaan en hun boodschap verspreiden op de campus. En we zien hoe mensen zich aansluiten bij de politie en meedoen aan de verkiezingen.’
De witte extremisten viseren allerlei minderheden, maar momenteel zijn het vooral de moslims die als de grote vijand worden gezien. Deze extremisten hebben geen moslims ontmoet of er een gesprek mee gehad. Ze baseren zich op de propaganda die intern wordt verspreid of via media zoals de populaire website Breitbart. Piccolini zegt dat ‘witte nationalisten, net als eender elke extremistische groep, het paradijs beloven. Ze beloven dat misdaad en problemen van witte genocide opgelost zullen worden. En dat je opkomt voor een nobele zaak en dat je cultuur het waard is om te beschermen’.
Er is geen verschil met terroristen die in naam van de islam aanslagen plegen in de hoop in het paradijs te belanden. Het enige verschil is dat ze twee verschillende paradijzen voor ogen hebben.
Er is geen verschil met terroristen die in naam van de islam aanslagen plegen in de hoop in het paradijs te belanden. Het enige verschil is dat ze twee verschillende paradijzen voor ogen hebben. Het paradijs van de islamitisch extremisme en de befaamde 72 maagden kennen we intussen uit de persverhalen. Over het witte paradijs lezen we niets.
Bovendien er is niemand die de Belgische of Westerse cultuur van witte mensen tracht af te pakken. Maar door het vijandige discours dat niet enkel bij extremistische groepen bestaat, maar ook bij mainstream politieke partijen, zijn steeds meer mensen gaan geloven dat minderheden ‘onze cultuur willen afpakken’. Er zijn veel onwaarheden en complottheorieën die de ronde doen via interne propaganda en kettingemails. Piccolini waarschuwt ons hiervoor: ‘Het zijn allemaal complottheorieën; er zit geen enkele grond van waarheid in. Ik weet dit, want ik heb van bij het begin zelf bijgedragen tot het creëren van zulke leugens. Ik hielp ze te verspreiden en ben ze uiteindelijk zelf ook beginnen geloven. En ik besmette andere, onschuldige mensen met deze leugens.’
Daarom een oproep aan alle lezers en vooral aan de journalisten en politici onder hen, om te stoppen met dat discours van twee maten en twee gewichten en eindelijk te praten over het groeiend probleem van wit extremisme. We kunnen er pas over spreken pas als we het probleem benoemen voor wat het is, namelijk extremisme en terrorisme.
Bleri Lleshi is politiek filosoof en auteur van de bestsellers ‘Liefde in tijden van angst’ en ‘Inaya. Brief aan mijn kind’. Zijn nieuw boek ‘De kracht van hoop’ verschijnt op 15 mei. Zijn blog vind je hier en je kan hem volgen op Facebook en Twitter
[1] I’m a former neo-Nazi. Don’t ignore the threat of white extremism”, VOX, 27 februari 2017