Je geld of je leven

Column

Wie kijkt nog op van corruptie?

Je geld of je leven

Je geld of je leven
Je geld of je leven

We kijken er amper nog van op: corruptie, misbruik, desinformatie, grensoverschrijdend gedrag of flagrante schendingen van mensenrechten, schrijft MO*columniste Bieke Purnelle. ‘Wij verwachten meer eerlijkheid en ethiek van de gemiddelde twaalfjarige dan van mensen op besluitvormende posities.’

© Brecht Goris

Bieke Purnelle

© Brecht Goris

Schandalen zijn als het weer. Er valt geen peil op te trekken, zelfs niet door Frank en Sabine, en ze zijn onverstoorbaar onontkoombaar. Het allerinteressantst aan politieke en andere schandalen vind ik persoonlijk niet de inzet of het opzet van de schandalige feiten zelf, maar de simpele gedachte dat iemand iets schandaligs deed omdat het kon; of nee: omdat men dacht dat het kon; omdat men dacht er vlot mee weg te komen. Dat laatste is niet zo gek, vermits heel veel mensen wegkomen met schandalige acties.

Corruptie, misbruik, desinformatie, grensoverschrijdend gedrag of flagrante schendingen van mensenrechten; we kijken er amper nog van op. Elk schandaal bevestigt wat we al lang wisten. Je zou dat cynisme kunnen noemen, maar persoonlijk vind ik realistisch een geschikter adjectief. Wij verwachten meer eerlijkheid en ethiek van de gemiddelde twaalfjarige dan van mensen op besluitvormende posities.

In de politiek is luid schreeuwen de norm, of men nu gelijk heeft of niet.

Het tweede interessantste aan politieke schandalen is hoe hoe ideologische tegenstanders moord en brand schreeuwen over het schandaal van de ander, maar stoïcijns hun eigen schandalen negeren. Het gevolg is dat niemand er nog enig belang aan hecht en uitgaat van de cynische veronderstelling dat ze au fond allemaal in het zelfde bedje ziek zijn. Alsof het schandaal van de ene dat van de andere neutraliseert.

Persoonlijk zou ik wijselijk m’n mond houden over de geluidsoverlast van de buren nadat ik zelf een rumoerig feestje heb gegeven, maar zo werkt het niet in de politiek, waar luid schreeuwen de norm is, of men nu gelijk heeft of niet.

Het derde boeiende facet van de schandaalcultuur is wat schandalig mag heten en waar we schouderophalend aan voorbij gaan. De ergste schandalen, van het genre waarvoor mensen moeten boeten of opstappen, gaan vrijwel altijd over geld.

Vluchtelingen op straat laten liggen, verhandelen of laten folteren; schimmige dealtjes sluiten met projectontwikkelaars, het patrimonium uitverkopen, de zorgsector uitknijpen, eender welk wanbeleid slikken we door als levertraan. Maar oh wee als er verkeerd wordt gerekend of erger nog, met geld wordt gesjoemeld. Sjoemelen en sjacheren mag met mensen, niet met centen.

Wat we als sjacheren beschouwen is overigens subjectief. Wild speculeren op de rug van miljoenen mensen mag. Als politicus een zak geld aannemen van een oliesjeik niet. Behalve als je een lobbyist bent, dan heet het geen corruptie maar lobbywerk.

Geld maakt dingen mogelijk. Het gevolg is dat bijna niets ons meer bezig houdt dan geld. Alles lijkt over geld te gaan. Zelf lig ik al weken woelend wakker van loonindexeringen en een begroting die maar niet in evenwicht raakt. Van pandemieën meten wij de economische impact.

Wanneer ergens een oorlog woedt wordt in geen tijd onderzocht wat de consequenties zijn voor onze portemonnee. Een winterprik wordt onmiddellijk in verband gebracht met stijgende energiekosten. ‘Wie gaat dat betalen?’, klinkt het bij elk geopperd idee. Vzw’s en middenveldorganisaties zien hun werkingsmiddelen inkrimpen en krijgen nul op het rekest wanneer ze wanhopig om extra middelen vragen. Want het is crisis en er is geen geld.

‘Een kind minder per begeleider kost 97 miljoen’, las ik vanochtend in mijn krant. Wat dat kind minder per uitgeputte begeleider ongeveer oplevert aan welzijn was geen krantenkop waard.

Ik dacht onwillekeurig aan het boek ‘Money makes the world go round’ van Barbara Garson. Garson ging als een soort detective op zoek naar de wegen en omzwervingen van haar geld door een kleine som te beleggen bij haar bank, en vervolgens dat geld achterna te reizen, de wereld rond. Als een argeloze observator onderzocht Garson hoe haar geld de vorm aannam van leningen, investeringen en speculaties en welke impact, hoe klein ook, het had op mensen, gemeenschappen, de economie.

‘Het meest verrassende in mijn onderzoek was de unanieme klacht van banken én bedrijven dat ze niet wisten waar ze naartoe moesten met hun overtollige geld.’
Barbara Garson

Door met iedereen op haar pad in gesprek te gaan, van de rijke bankier tot de haveloze landarbeider, kregen alle actoren en betrokkenen een naam en een gezicht. Ze belandde bij het IMF, olieraffinaderijen, garnalenkwekers, straatverkopers, staalarbeiders, vakbondlui en investeerders.

Tot haar grote verrassing bleek er helemaal geen sprake te zijn van een tekort aan geld. ‘Het meest verrassende in mijn onderzoek was de unanieme klacht van banken én bedrijven dat ze niet wisten waar ze naartoe moesten met hun overtollige geld.’ Geld mag immers niet rusten, maar moet rollen om zich te vermenigvuldigen.

Haar queeste leest als een reisverhaal en een avonturenroman, en toont op inzichtelijke en laagdrempelige wijze hoe geld levens en mensen verandert, soms ten goede, verbijsterend vaak ten kwade. Hoe meer geld er in het spel is, hoe nefaster de gevolgen voor mensen onderaan de maatschappelijke ladder.

Vier jaar na het verschijnen van haar boek klapte de financiële wereld in elkaar. Ironie slaat soms toe met vertraging.

Peter Schiff, de econoom die beroemd werd omdat hij de bankencrisis van 2008 wist te voorspellen, waarschuwde onlangs voor een nieuwe crash. Het gaat immers niet goed met de aandelenmarkten. Financieel en economisch experten waarschuwen voor een “volatiele periode”. ‘Zelfs wanneer een recessie wordt vermeden, zien we een neerwaarts risico op de beurzen.’

Ik vraag me af of deze experten beseffen dat ze klinken als Frank en Sabine die een lagedrukgebied aankondigen. Alsof economie zoals het weer is: volstrekt onbeïnvloedbaar en enkel aangestuurd door de wetmatigheden van de natuur in plaats van door mensen van vlees en bloed in Wall Street.