De maand van Virginie Platteau
“‘Wat mogen onze kersverse afgestudeerde jongeren zijn: wakkere burgers of brave consumenten?’
Alles is er, schrijft MO*columniste Virginie Platteau, om onze hedendaagse universele uitdagingen aan te pakken. Maar dan moet wel het hele systeem op de schop. 'Het kapitalisme loslaten betekent een existentiële crisis.'
(Illustratie © Konstantinos Tsanakas)
Juni, rapportentijd. Mijn nieuwsfeed op sociale media toont veel filmpjes van proclamaties, foto’s van trotse ouders en jongeren met afstudeerhoedje. Flarden van emotionele speeches vol goede adviezen, waardering en liefdevolle bezorgdheid. Het ontroert en raakt me toch altijd wat, want er is geen ontkomen aan.
Hoe trots en vol vertrouwen ze ook de camera en de wereld inkijken, de toekomst waar deze jongeren voor staan is niet rooskleurig. Als ik even verder scrol wisselt de grootste bagger zich alweer af met doembeelden en verontrustend nieuws uit alle hoeken. Het stemt me machteloos.
Met welke gespleten en totaal tegenstrijdige boodschap sturen we jongeren de wereld in? School en familiale kring proberen hen op te voeden tot zelfstandige, wakkere burgers met zelfvertrouwen en een zeker moreel kompas.
Een goede burger is een brave consument die geen vragen stelt.
Maar daarbuiten wijst haast alles op het tegendeel. Een goede burger is een brave consument die geen vragen stelt. Een succesvol leider is een meedogenloos competitieve goalgetter die grenzeloos rijkdom vergaart.
Egoïsme, afleiding en narcistische obsessie maken ons tot makkelijk te sturen, half verdoofde gebruikers met weinig interesse in actief burgerschap. Tegen politici die te gevoelig blijken voor de harde stiel wordt smalend gezegd ‘If you can’t stand the heat, stay out of the kitchen!’
Móét het op die verhitte manier? Kan er nergens een raam open?
In ronkende speeches moedigen we de afstudeerders aan. We prijzen hen om hun onafhankelijkheid, hun engagement en doorzettingsvermogen. Alle media tonen voortdurend het tegendeel en de dubbele standaard die gehanteerd wordt. Zangeres Merol wordt op zomerfestivals uitbundig toegejuicht, en even later gearresteerd bij een vreedzaam protest van Extinction Rebellion.
Iedereen gelijk voor de wet?
‘Iedereen gelijk voor de wet’, luidt het. De grondwet die de vrijheid van democratisch protest moet garanderen? Zoals in Londen waar uit solidariteit geprotesteerd wordt tegen de aanleg van een gigantische ruwe olieleiding in Oeganda. Honderdduizenden mensen zijn er verjaagd van hun land en woning, voor een fossiele pijpleiding die het land op geen enkele manier ten goede komt, integendeel. De manifestanten die vreedzaam protesteren worden opgepakt met politievertoon als waren ze gevaarlijke terroristen.
Terwijl bosbranden razen, overstromingen, hittegolven en mislukte oogsten stilaan “normaal” worden, willen regeringen liever protest in de kiem smoren en mensen in de gevangenis gooien die actievoeren om levens te redden. Zodat in de boardrooms van Total-Shell-BP-Exxon-Tata en consoorten in nette pakken indirect massamoord en extinctie ongestoord kunnen verder gaan. Met subsidies van dezelfde regeringen die burgers aanmanen om wat meer te fietsen en ons afval te sorteren, ‘voor het klimaat’.
Ach, je hoort het zo vaak. ‘Pas op, naar moraalridders luistert niemand! Doemdenken werkt verlammend! Belerende vingertjes zijn contraproductief!’
Daar zit je dan in je eentje, een burgerlijk min of meer geprivilegieerd hoopje ellende dat hoop probeert te houden.
Dus lijkt het een categorische imperatief om positief te blijven, mordicus te blijven volhouden dat technologie en het feit dat we het tot nu hebben uitgehouden, ons wel zullen redden. ‘Het zal onze tijd wel duren’ is een van de meest cynische en bedroevende uitspraken. Hoelang duurt onze tijd nog?
We moeten hoop houden, er actief aan werken. Daar zit je dan in je eentje, een burgerlijk min of meer geprivilegieerd hoopje ellende dat hoop probeert te houden, een hoopje los zand eerder.
Onder controle
Word maar eens groot, een stabiele levenslustige jongere in deze omstandigheden. Is het daarom dat zoveel jongeren de controle over het enige wat hen echt toebehoort, hun lichaam, zo fel opdrijven? Meisjes met eetstoornissen, anorexia als vorm van controle en macht in een absurde, verwarrende wereld waarop ze erg weinig impact hebben.
De verinnerlijkte prestatie- en controledwang, dat opgedrongen ideaalbeeld en onderliggend misschien het idee geen plaats te mogen innemen, niet gezien te worden. Alleen macht te hebben over je eigen gewicht en de volgende maaltijd – of de weigering daarvan.
En zoveel jongens in de gym, fanatiek aan het trainen voor … waarvoor eigenlijk? Om zware fysieke arbeid te doen, te bouwen aan grootse projecten? Om indruk te maken op een mogelijke partner? Om voorbereid te zijn op de fysieke uitdagingen die eraan komen?
Vooral om “vooruitgang” te maken, zeggen ze zelf; te laten zien dat ze het onder controle hebben. Met zelfdiscipline en trainen en proteïneshakes en spierversterkende middelen.
Alle energie die hier wordt opgedaan aan spierkracht en trainingstoestellen – het kan prachtig zijn maar met een gezonde geest in een ditto lichaam heeft het niet veel meer te maken. Het opgebouwde potentieel in bolle biceps en strakke sixpacks dient puur voor bewonderend en benijdend vergelijken. Niet bedoeld om effectief in de buitenwereld te gebruiken voor fysieke voldoening.
Een andersoortige regimeshift
Alles wringt en schuurt, we zitten vast in oude maatschappijmodellen en manieren van denken en leven die niet meer passen bij de realiteit, die de razendsnelle verandering niet kunnen bijbenen. Het uit zich in crisissen op alle domeinen, van onderwijs tot juridische kwesties, zorg, AI, klimaatbeleid, landbouw, voedselvoorziening, wat al niet.
De organisatie van onze samenleving is grotendeels gebaseerd op een werkelijkheid van meer dan vijftig jaar geleden. Zoals de veertig-urenwerkweek die stamt uit de tijd dat tweeverdieners geen standaard waren, maar een van de partners (veelal V) thuis de boel runde. Zoals het pleiten voor ‘iedereen aan het werk’ zonder er rekening mee te houden dat zinvol werk in veel sectoren schaarser wordt door automatisering en AI. Zoals blijven pleiten voor ‘groei-economie’ terwijl de brokstukken aan nevenschade van die obsessieve mantra overal om ons heen neerstorten.
Hoe meer we het systeem onder druk zetten, hoe sneller we afstevenen op een regimeshift. Zo wordt het genoemd wanneer ecosystemen een kantelpunt bereiken en omslaan in hun tegendeel: regimeshift. Het Braziliaanse regenwoud bijvoorbeeld, dat savanne wordt en CO2 gaat uitstoten in plaats van het nog langer te capteren.
Wat we nodig hebben is een andersoortige regimeshift. Alle retoriek van optimisme en greenwashing zal niets aan de toestand verbeteren, integendeel. Afleiding met onbenulligheden om geen paniek te zaaien, biedt geen hoop.
Afleiding met onbenulligheden om geen paniek te zaaien, biedt geen hoop.
Kapitalisme voedt zich in wezen op doodsdrift, daar wijst econoom en antropoloog Jason Hickel op. Niemand creëert moedwillig alle problemen die met het kapitalistisch systeem gepaard gaan, niemand wil dat ze blijven duren.
Trouwens, alles is er. We hebben alle kennis, alle onderzoeken, alle technische mogelijkheden om het aan te pakken. Om een eind te maken aan honger, oorlog, armoede, instabiliteit, zelfs aan de klimaatcrisis. Maar daarvoor zal het hele systeem, het regime van binnenuit moeten veranderen, want de systeemfouten die er inherent aan zijn, laten de geoliede machine vastlopen.
Hoe dan? Hoe zorgen we voor die systeemverandering, die regimeshift? Het kapitalisme loslaten betekent een existentiële crisis. Voor veel mensen inclusief politici is dat een shock die gelijkaardig is aan afvallen van een religieuze gemeenschap of breken uit de strikte ideologie waarin je bent grootgebracht. De oplopende emoties en harde repressie bevestigen hoezeer dit een open zenuw is en alles op losse schroeven zet.
Voor een systeemverandering is innerlijke kracht nodig, verbeelding en taal. Liefde voor het leven, ‘amor mundi’, dat vooral. Om aandacht te hebben voor herstel en regeneratie, voor de komende generaties.
En ook die liefde en positieve kracht is al zeer aanwezig, laten we daar niet aan twijfelen. Een volgend filmpje bij het scrollen geeft weer wat moed, hoop en een zachte krop in de keel. Het zijn de mooi in beeld gebrachte getuigenissen van de genomineerde ‘leerkrachten van het jaar’ door Klasse.
Laat de achttienjarigen die hun hoedje in de lucht gooien niet het gevoel hebben dat ze een radertje zijn in een goed geoliede machine. Laat ze hun plek vinden om te bloeien in een vitaal ecosysteem.