Wanneer cultuur de inzet van de politiek wordt
“‘Niets met sperma: de echte kracht van cultuur’
Zouden onze politici voldoende beseffen dat onze dans- en toneelscène internationaal zo wordt bewierookt, vraagt Michaël De Cock zich af. ‘Het zou wat zijn, mochten ze begrijpen dat al deze kunstenaars, van schrijver tot danser, van choreograaf tot toneelspeler, op zoek zijn naar kwetsbaarheid en authenticiteit die ons allemaal tot mensen maakt.’
© Brecht Goris
Vorige week was Chris Janssens (Vlaams Belang) te gast in De Afspraak om over cultuur te praten. Het was de eerste keer dat hij werd uitgenodigd in het duidingsprogramma op Canvas, zo liet hij ietwat droevig weten. Janssens heeft zijn entrée niet gemist. Er waren een paar onfrisse oneliners over vrouwenquota’s en alibi-ali’s te rapen. Niet dat die er bij de VRT waren – daar zijn ze allemaal top, gaf hij toe – maar mocht het er ooit toch van komen: Janssens is radicaal tegen. Na het horen van Chris Janssens besef je eens te meer dat de vraag of Vlaams Belang racistisch is dan misschien wel juridisch interessant kan zijn. In de praktijk heb je het nauwelijks nodig om te weten dat hun betoog stinkt.
Hij had ook een paar gratuite sneren bij de hand voor theatermaker Chokri Ben Chikha. Die was een paar dagen eerder te gast in De Afspraak en had daar toen een paar kilo spijkers met koppen geslagen. De Vlaming, zo wist Ben Chikha na de laatste verkiezingsuitslag, vindt het heus niet zo erg dat er een ranzig kantje aan het Vlaams Belang zit, en maalt niet om een racistische onder- of boventoon in het discours. Dus laat ons vooral niet doén alsof al die Vlaams Belangstemmers dat niet weten. Ben Chikha is overigens lang niet de eerste die deze open deur intrapt. Janssens vond dat – uiteraard — niet kunnen. Als die… ‘hoe heet hij ook weer’, dreunde hij met een ingestudeerd misprijzen een doorzichtig lesje op – ‘Chokri Ben Chikha’ dan toch vindt dat 18 procent van de Vlamingen racisten zijn, dan moest hij zijn subsidie maar teruggeven.
Zo vies klonk het, en zo groot was de verontwaardiging van Janssens, dat ik me even afvroeg waarover hij het had, hij had het wel degelijk over sperma
Het causale verband tussen beide redeneringen, daar hadden we het raden naar. Maar het klonk wel stoer. Janssens zelf zei er niets over, en niemand stelde er zich vragen bij. Die – hoe heet hij ook weer – Ben Chikha, had trouwens een ‘vzw’tje’, wist Janssens, — het woord gesubsidieerd theatergezelschap kreeg hij vermoedelijk niet over zijn lippen, — en onlangs hadden ze iets gedaan met ‘sperma’. Hij sprak het woord uit alsof het het allervieste was dat hij zich kon verbeelden. Zo vies klonk het, en zo groot zijn verontwaardiging, dat ik me even afvroeg waarover hij het had.
Maar hij had het wel degelijk over sperma, het zaad dat uit het geslacht van elke volwassen man komt. Waar moest dat heen, leek Janssens zich af te vragen. Het begint met geklieder met sperma, straks gaan ze dat nog live op de scène uit het mannelijk lid lanceren. En wie weet wel zonder handen. En dat allemaal met het subsidiegeld van onze mensen? Volgens het VB mag het nochtans wat vaker over de Vlaamse identiteit gaan. Dan lijkt me die sperma nog niet zo’n kwaad begin.
Culturele ontdekking
Vlaams Belang heeft de cultuur ontdekt. En wat nog meer is, de media hebben ontdekt dat Vlaams Belang cultuur heeft ontdekt. Ik ken geen collega in de cultuursector die de nakende toetreding van VB tot de raden van bestuur — meestal over een paar jaar — niet schouderophalend onthaalde. Toch buitelden de persjongens en meisjes over elkaar heen op zoek naar sappige quotes. De grote cultuurclash 2.0.
Cultuur als inzet voor de politiek. Het is een keer wat anders. Alles is politiek, dus zeker ook cultuur. Karl Marx wist het al. Cultuur als machtsuiting en ontplooiing van de heersende klasse. Helemaal onwaar is het overigens niet. U hoeft er mij alvast niet van te overtuigen. Het verbaast me wel hoe vaak nationalistische partijen een marxistisch discours hanteren om de ‘linkse culturele elite’ — die overigens niet bestaat want in de praktijk komen mensen van allerlei slag naar theater — te framen.
Cultuur als champ de bataille voor mensen die niet of nauwelijks komen kijken. En nauwelijks benul hebben van de grenzeloze kwaliteit die er op onze podia wordt geproduceerd
Het is een keer wat anders: cultuur als champ de bataille voor mensen die niet of nauwelijks komen kijken. En nauwelijks benul hebben van de grenzeloze kwaliteit die er op onze podia wordt geproduceerd. Misschien zeggen we het niet genoeg: hoe fier en trots we mogen zijn op de artiesten die we met onder andere Vlaamse middelen méé mogen ondersteunen?
Zo mocht ik vorige week in de Antwerpse Permeke-bibliotheek zien hoe Bart Moeyaert gelauwerd werd door de literaire organisatie De Dagen. Hij had zomaar even de Astrid Lindgren prijs gewonnen en werd na uitvoerig gehuldigd te zijn in Stockholm, en bij uitbreiding over heel de wereld, ook in zijn thuisstad in de bloemetjes gezet.
Samen met Charlotte Van Den Broeck, Gerda Dendooven en Eva Devos mocht ik er het publiek toespreken over zijn werk en het belang van de kinder- en jeugdliteratuur, die in Vlaanderen op bijzonder hoog niveau staat. Een dag later, in KVS, ontvingen we voor les lundis en coulisses – een initiatief van onze Franstalige theatercollega’s — het publiek om kennis te maken met drie nieuwe theaterteksten. Ik mocht naast KVS-gezicht Sukina Douglas, die haar eerste toneelstuk schrijft, de in Brussel residerende Grazyny Plebanek voordragen. Haar laatste roman – eerder gelauwerd in Polen – werd zo pas ook in het Frans uitgegeven. Alleen maar een kwestie van tijd voor haar werk ook in het Nederlands verschijnt. Tot slot was er Pascal St Onge, auteur uit Montreal die een maand in Brussel, op onze uitnodiging, een schrijfresidentie kreeg. Ondertussen was van onze kant de Vlaamse auteur Fikry El Azzouzi uitgezonden om in Montreal aan een nieuwe toneeltekst te schrijven en zijn werk voor te stellen.
De benijdenswaardige Brusselse dans- en toneelscène
Nog een dag later mocht ik meekijken naar de audities van Peeping Tom. Voor wie Peeping Tom, sinds jaar en dag partner van KVS, niet kent: het gezelschap toert met haar stukken de wereld rond en wordt zowat als het strafste beschouwd van wat de hedendaagse dans te bieden heeft. Brussel heeft overigens een dans- en toneelscène die de wereld ons benijdt. Dat merken we hier in Brussel, aan alle buitenlandse gezelschappen die hier langskomen of willen staan. Dat horen we in alle buitenlanden die onze artiesten bewieroken en uitnodigen op hun festivals en in hun schouwburgen. Zouden onze politici dat voldoende beseffen?
Zouden onze politici voldoende beseffen dat onze dans- en toneelscène internationaal zo wordt bewierookt?
Maar het is geen sinecure, danser zijn vandaag. Van auditie naar auditie, de wereld rond. Voor deze auditie van Peeping Tom schreven 2400 jonge dansers van over heel de wereld het gezelschap aan. 450 werden er naar Brussel uitgenodigd, om in KVS auditie af te leggen. Jonge dansers uit Australië, Canada, Amerika, Mexico, Hongarije, Frankrijk, …. De lijst landen is haast eindeloos. Allemaal kwamen ze naar Brussel op zoek naar een antwoord op hun droom. Aan het eind van de week worden van die vierhonderd dansers 25 mensen overgehouden om mee te doen aan een workshop met Frank Chartier en Gabriella Carizzo, bezielers van Peeping Tom. Uiteindelijk worden er van die 25, 8 mensen overgehouden om de voorstelling volgend jaar te gaan spelen. Vast werk. Werk tout court. Het is wat voor een danser die tracht zich een leven bij elkaar te scharrelen.
Een uur lang zie ik hoe de dansers zich in het zweet werken op onder andere Dixit Dominus van Haendel. Eerst mogen de dansers vrij improviseren, daarna wordt er gevraagd een dansfrase – die wordt eerst bekeken uit een voorstelling – te interpreteren. Het is verbluffend de intensiteit en concentratie te bekijken, die de ene danser ertoe brengt de hele ruimte te bespelen, de andere om op een halve meter te blijven staan. Het mooist – ronduit ontroerend – zijn de partneroefeningen. Al die mensen die zich, zonder enige gêne en zonder elkaar te kennen, aan elkaar vol vertrouwen overgeven. Tussen elke dans worden de dansers uitvoerig bedankt. Aan het eind mogen ze vrij dansen op Kozmic Blues van Janis Joplin. Doe wat je wilt, dans jezelf helemaal vrij, luidt de opdracht. Dan, na een uur uiterst intense concentratie, zit de auditie erop.
Vijf minuten later valt het verdict al. Vijf mensen mogen naar de volgende ronde. Voor de rest is het voorbij. Ze nemen de tijd zich op te frissen en te douchen, contacten uit te wisselen… en dan gaat iedereen weer zijn weg. Ze vindt het niet zo erg, zegt Andrea uit Costa Rica. Ook al betaalde ze 900 euro om hier te geraken. Het is deel van het spel. Ze drinkt een biertje om te bekomen. Ze danste eerder bij choreografe Sasha Waltz en heeft een gezelschap dat Lasafeuras heet. The outsiders. Ik knik, zij zucht. En ze wilde zo graag eens met Peeping Tom werken.
Straks belt Andrea haar man om te zeggen dat de Europese dansdroom voorbij is. ‘Tell me that it’s okay,’ zegt ze. Ik glimlacht en zeg: ‘Het is helemaal oké’
Voor de rest houdt ze niet zo van audities. ‘Toch iets te competitief voor mij.’ Ze draait een paar keer met haar schouders. ‘Heel mijn lijf doet pijn.’ ‘Pijn?’ Ze knikt. ‘Best wel, ik ben veruit de oudste. 41 al…’ ‘Was dit je grote droom?’ Ze schudt het hoofd. ‘No i’m living my dream. I have a great daughter and I live on an island with my husband near Vancouver.’ Ze toont me op haar telefoon een paar foto’s van het eiland Galiano, haar nieuwe thuis. Straks gaat ze haar man bellen dat de Europese dansdroom voorbij is. ‘Tell me that it’s okay’, zegt ze wanneer we na een half uur afscheid nemen. Ik glimlacht en zeg: ‘Het is helemaal oké.’
Carina uit Mexico is al lang fan van Peeping Tom, al zag ze het werk nooit live. ‘Ik ken het van het internet. De taal die ze hanteren is zo anders dan bij ons. Daar is het allemaal wat klassieker.’ Ze blijft nog tot het einde van de maand in België… beetje rondtrekken. Brussel verkennen.En een paar steden in de buurt. Het is mijn eerste keer in Europa. Het zou gek zijn om nu meteen terug te keren. ’Ik wil vooral nog veel bijleren’, zegt ze. ‘Hoe je voorstellingen maakt, hoe je kan produceren. En daarvoor zijn zulke audities heel interessant. En op een dag’, zegt ze dromend, ‘mijn eigen gezelschap en mijn eigen werk’.
Het zou wat zijn, mochten alle politici vechten voor deze mensen. Er een lans voor breken. Het menselijke, politieke en economische belang ervan zouden erkennen. Het zou wat zijn, mochten politici begrijpen dat al deze kunstenaars, van schrijver tot danser, van choreograaf tot toneelspeler, op zoek zijn naar kwetsbaarheid en authenticiteit die ons allemaal tot mensen maakt. … Het zou wat zijn, mocht daar wat vaker over gaan, in een debat op televisie.
Tegenwoordig heet iedereen Sorry, Bart Moeyaert is uitgegeven bij Querido.
De beloning van Fikry El Azzouzi is uitgegeven bij De Geus
Peeping Tom speelt Kind in KVS vanaf 17 oktober in KVS
Meer werk van Chokri Ben Chikha via Action Zoo Humain