Een paar dagen na de #Metoo-heisa popte het chatvenster van mijn Facebookaccount open. Een vriend wilde weten hoe het met mij was. Na wat bezorgd heen-en-weer gekeuvel over de heikele kwestie stond er plots. “Sorry”.

Ik wist meteen waar die “Sorry” over ging: een avond die laat eindigde met een glas wijn te veel en onvoorziene avances.  Avances die meteen zonder protest gestaakt werden toen ik de verdwaalde hand van mijn been haalde en teruglegde bij de bedremmelde eigenaar.

De “sorry” hoefde dus niet per se. Ik had de vriendschap niet herzien, laat staan eenzijdig opgezegd. Ik wilde “’t Is ok” tikken, maar mijn vingers wilden niet mee. Ik moest er eerst even over nadenken.

Dat het toch behoorlijk ingewikkeld werd tussen mannen en vrouwen, verzuchtte een andere vriend diezelfde week.

Ik wist meteen waar die “Sorry” over ging: een avond die laat eindigde met een glas wijn te veel en onvoorziene avances.

Of het dan ooit eenvoudig was geweest, vroeg ik me luidop af. We moesten allebei het antwoord schuldig blijven. We raakten het eens over het feit dat we het allebei niet wisten, maar dat de veelbesproken hashtag ons een pedagogische tik van jewelste had gegeven.

Ik wilde er niets meer over schrijven. Het was allemaal al gezegd, meermaals, in elke denkbare en ondenkbare bewoording. Een bloemlezing van ontluisterende reacties en commentaren had ik bij elkaar gesprokkeld. Van “ad hoc profiteuses en post hoc klaagfemi’s”, over “mensen zijn nu eenmaal dieren” tot “de grootste hoeren worden de vroomste nonnen.” Hier en daar uitten mannen hun schuldgevoelens.

Maar wie kan daar wat mee? Ikzelf alvast niets, op treurig hoofdschudden na. Met schelden en schuld valt er weinig fraais te knutselen.

Misschien moest het maar eens over de liefde gaan, in deze tijden van seksuele verwarring. De onhandigheid van talloze klungelige pogingen; de bedroevende misverstanden; de babylonische spraakverwarring waarmee we de liefde en de lust najagen als een nachtblinde in het donker, struikelend en op de tast; de verlammende schrik voor de ontgoocheling; de sorry’s. Gelukkig ook de sorry’s.

Signalen interpreteren

Het rommelt tussen mannen en vrouwen, schreef de hoofdredacteur van de grootste krant van Vlaanderen deze week in haar editoriaal.

Welnee, dacht ik. Het rommelt niet, althans niet luider dan vroeger. Het rommelt niet meer tussen mannen en vrouwen dan tussen mijn bedremmelde vriend en mij. De liefde was, is en blijft een rommeltje. Au fond willen wij allemaal min of meer hetzelfde: graag zien en graag gezien worden, op straat, in de keuken, op het werk en in bed. Hoe moeilijk kan dat eigenlijk zijn?

Ontmoedigend moeilijk, zo leek het deze week. Mokkende mannen opperden dat ze geen compliment meer durfden geven. Gekrenkte vrouwen wierpen tegen dat mannen maar moeten leren signalen interpreteren. Her en der sluikstortte een rancuneuze enkeling wat scheldwoorden in het verkrampte debat. Een en ander bleek de schuld van de feministen, die gefrustreerde mannenhaatsters met weinig meer om handen dan het vakkundig uitroeien van het mannelijke geslacht. Ik lachte eens schamper en las mijn twee zonen onverstoorbaar voor uit Harry Potter, een zoon in elke liefdevolle arm.

Het feminisme als dooddoener van de liefde, het is één van die hardnekkige mythes waarvan niemand goed lijkt te weten waar ze vandaan komt.

Het feminisme als dooddoener van de liefde, het is één van die hardnekkige mythes waarvan niemand goed lijkt te weten waar ze vandaan komt. Welja, er zijn lelijke woorden gevallen in de battle of the sexes. Vrouwen hadden een en ander in te halen. Vriendelijk verzoeken resulteerde helaas niet vanzelf in stemrecht en economische onafhankelijkheid. Er moest her en der wat druk op de ketel worden gezet.

Natuurlijk heeft die strijd voor gendergelijkheid de verhouding tussen mannen en vrouwen beïnvloed. Traditionele sekserollen werden kritisch geëvalueerd en onderuit gehaald. Goddank. Mijn moeder mocht niet gaan studeren. Haar jongere broer wel. Ik ken weinig mensen met heimwee naar de tijd dat vrouwen te weinig rationeel werden bevonden om deel te nemen aan de politieke besluitvorming of om zelf een bankrekening te openen.

Die trage verschuiving is verre van voltooid en blijft vragen om nieuwe omgangsvormen, daar waar de oude niet langer voldoen. Een handleiding is helaas niet voorhanden.

We gaan dus blijven struikelen, met alle blauwe plekken en kwetsuren vandien.

Meestal volstaat een oprechte “sorry” en kunnen we gewoon samen verder. In ieder geval gaan we elkaar hardnekkig, stuntelend en rommelig blijven liefhebben. Sorry.