Te huur: een jeugd met toekomst

Column

Te huur: een jeugd met toekomst

Te huur: een jeugd met toekomst
Te huur: een jeugd met toekomst

De talloze jongeren die naar Syrië trekken om samen met de verschillende oppositiegroepen tegen het Assadregime te vechten, staan de laatste weken volop in de kijker. Birsen Taspinar mist echter de psychologische breedhoeklens in het debat en doet in deze mening op maandag een poging om dit fenomeen beter te begrijpen. ‘Als jongeren gaan vechten in Syrië, dan is dit het teken dat hun toekomstdromen hier en nu zijn verwond.’

Jong en niet gek!

Ik ben jong en zoek een toekomst, die mij omarmt als een moeder haar kind. Ik ben jong, ongeschoold, geschoold, donkere huidskleur, lichte huidskleur, arm, rijk,…

Mijn jeugd kreeg zeven kogels in het hart. Ontgoocheling, na ontgoocheling, na ontgoocheling. De schaduw die me steeds achtervolgt tot in het oneindige.

Ik ben het vergeten kind, waarvan de klok werd afgepakt. Ik voel me gevangen in een tijdloos vacuüm.

God weet dat ik vele signalen heb gestuurd om mijn ontgoocheling luid te roepen in dovemansoren.  Dezelfde liedjes werden herhaald, een dreun dat je steeds om de oren wordt geslagen. Het ritme, de woorden, de melodie, zijn een oud zeer geworden: paternalisme, uitsluiting en nihilisme. Een lied dat ik tevergeefs niet uit mijn hoofd krijg.

Ik ga op zoek naar mijn jeugd. Ik ga zoeken tot ik ze vind, ook al moet ik daarvoor de bergen oprijden, ook al laat ik ouders met verdriet achter. Ook al weet ik niet of ik ooit levend terug zal keren.

Mijn sociale wonde is groot en lijkt medicijnloos. Ik lijd aan honger in een sociale armoede. Massale machteloosheid heeft mijn buik doen zwellen.

De tijd van de eindeloze debatten is voorbij. Als ik het niet uitgelegd krijg met woorden, dan met daden… Liever sterven in een strijd tegen de onrechtvaardigheid, dan elke dag te sterven in een stille naamloosheid. Leven en sterven wil ik, met eer en geweten.

Zelfs de doden staan in de rij om hun rust op te eisen. Welke betekenis heeft een identiteitskaart dan nog?

Dromen zijn gezichtsbedrog!

Toekomstgevoel bestaat uit verschillende elementen. Naargelang de groep waartoe je behoort kan het meer positief en hoopvol worden voorgespiegeld door de omringende samenleving. ‘De hoop die je kan koesteren om dromen waar te maken’, is helaas niet voor iedereen bestemd. ‘Het vertrouwen dat het met je goed komt’ (ook als er iets misloopt) is een ander aspect dat ook kan aangetast worden. Vaak gebeurt dit via de voorbeelden die in de samenleving bestaan en voorgeschoteld worden, bijvoorbeeld via het nieuws. Wanneer die weinig aansluiten en onherkenbaar zijn voor de leefwereld waar jij deel van uitmaakt, spreekt dat boekdelen over de onmogelijkheid van dromen en een positief toekomstbeeld. Een derde aspect van een toekomstgevoel is ‘hoe hard je voor die toekomst moet vechten’, ofwel hoe dichtbij en concreet die toekomst wel of niet is.

Het hebben van dromen is dus geen evidentie, maar vooral een voorrecht. Wanneer je dit beseft terwijl je dit leest, is er een grote kans dat jij beschikt over dit privilege.  Als jongeren gaan vechten in Syrië, dan is dit het teken dat hun toekomstdromen hier en nu zijn verwond.

Een versplinterd toekomstbeeld

Zijn de jongeren die naar Syrië trekken geen spiegel voor de staten die oogluikend toekijken hoe een land en een volk van de kaart wordt geveegd en hoe de mensenrechten met de voeten worden betreden? Hoe een geschiedenis zoals een vlieg wordt platgedrukt? En juist daarin bestaat er mogelijk een gemeenschappelijk doel: als ik hier en nu geen invloed heb op mijn situatie, kan ik ginds en daar misschien wel een verschil betekenen.

Als jongeren gaan vechten in Syrië, dan is dit het teken dat hun toekomstdromen hier en nu zijn verwond.

Dat vervreemding en uitsluiting twee kanten van dezelfde medaille vormen, hoeft geen verdere verklaring. Vervreemding is eerder wanneer men zich niet meer eigen voelt omdat men het idee heeft geen invloed te kunnen uitoefenen op de ontwikkelingen. Alle psychologie van deze jongeren wijst in de richting van het niemandsland, het land waar kwetsbaarheid en vatbaarheid voor nog meer isolement en bedreiging zorgen. Dat merk je aan het feit dat alles hen ontnomen wordt bij aankomst en hun leven niet meer gegarandeerd kan worden. Als de jongeren zeggen: ‘wat hebben we nog te verliezen’, welke politieke programma’s kunnen die leegte dan vullen?

Enkele ‘fouten’ in het debat

Door enkele foute redeneringen, wordt er naast de kwestie gegrepen:

“Deze jongeren zullen een bedreiging zijn voor de samenleving wanneer ze terugkeren uit Syrië”

Waarom keren we het niet om? Deze jongeren staan aan de rand van de samenleving. Hoe kunnen we hen terugwinnen en hen een toekomst garanderen?

“Het is de keuze van deze jongeren om te gaan strijden in het buitenland”

Hoe kunnen we hen beter beschermen en meer veilige manieren van engagement in de wereld bieden?

“De identiteitskaart afnemen, zodanig dat ze niet spoorloos kunnen verdwijnen in de radicaliteit”

Dit duwt hen alleen maar meer naar de marge van de samenleving. Bovendien zijn er meer en meer jongeren en volwassenen die hun identiteitskaart zelf inleveren om elders een toekomst te bouwen

“Hen tegenhouden om niet verder te radicalisering en het voeren van een jihadstrijd”

Door deze jongeren enkel als radicale jongeren af te schilderen doet men onrecht aan de vrijheidsstrijd die in Syrië aan de gang is en de schending van de mensenrechten door het Assadregime. Dit is geen heilige oorlog. Dit gaat om een land in oorlog met zichzelf. Het gaat hier om een groep jongeren die zich verbinden met een context, waar onrechtvaardigheid plaatsvindt.

“België is een draaischijf voor extremisme”

Jongeren uit Duitsland, Frankrijk, Nederland en andere Europese landen bleken hetzelfde lot beschoren.

“België vraagt Turkije om aandachtig te zijn aan de grenspost”

Dat de internationale gemeenschap schaamteloos met de handen in de zakken naar een oorlogsschandaal toekijkt, wordt als een bijzaak gezien.

Je Belgische identiteitskaart inleveren? Graag!

De Turkse regering reist vaker naar Europa om haar burgers in bescherming te nemen, vooral in zaken waar  het Belgische gerecht tekortschiet of waar de burgers extra ondersteuning nodig hebben. De familie Aygün is slechts één van de dossiers, die tot in de rechtszalen op de voet worden opgevolgd door Turkse gezanten van het Ministerie voor Buitenlandse Turken. Vorige week leverden de ouders van de twee overleden Turkse broers uit Meulebeke (die pas na 2,5 jaar op een waardige wijze konden worden begraven) hun Belgische identiteitskaart voorgoed in (!). Ook hier zien we een ontgoocheling in de rechtstaat, deze keer van ouders van twee vermoorde broers, waarvan de zielen pas na 2,5 jaar rust konden vinden.

Niet enkel jongeren, maar ook volwassenen stellen zich terecht vragen rond de relativiteit van concepten als land, natie, nationaliteit, migratie, toekomst, herzien van gemaakte keuzes,… Dit is een ontwikkeling die zich op wereldvlak voordoet. België mist de bal wanneer men keer op keer de analyses met dezelfde dreuntjes herkauwt.

Birsen Taspinar is psychologe en systeemtherapeute.