Kan welvaart regeneratief zijn?
“‘Van ratrace naar wapenwedlopen’
© wsdot / Flickr (CC BY-NC-ND 2.0)
© wsdot / Flickr (CC BY-NC-ND 2.0)
Welvaart is al wat de klok slaat. Het politieke bedrijf, met de Wolf van Wall Street als menner, dendert voort naar steeds meer welvaart. Intussen trillen in de dorpsstraat de kasseien uit de grond. Het lijkt alsof welvaart alleen maar in gestrekte draf vooruit kan gaan. Maar gáát ze ook vooruit?, vraagt econoom Jonas Van der Slycken zich af.
Deze column is ook te beluisteren:
Als we het over welvaart hebben, gaat het vaak over materiële welvaart gemeten aan de hand van het bruto binnenlands product (bbp). Dat meet de hoeveelheid goederen en diensten die een land in een jaar tijd binnen de eigen grenzen produceert. Door het bbp te delen door het aantal inwoners, krijg je het bbp per capita. Dat gemiddelde bbp per hoofd van de bevolking wordt vaak gebruikt als maatstaf om de welvaart van een land te meten of internationaal te vergelijken.
Stilaan begint het te dagen dat het bbp niet zaligmakend is.
Toch weten we al langer dan vandaag dat de welvaart van een land niet afgeleid kan worden van een inkomens- of productiemaatstaf zoals het bruto nationaal inkomen of bruto binnenlands product. Nobellaureaat Simon Kuznets waarschuwde ons hier al voor in 1934. Het bbp is een schaduw die ons blijft achtervolgen.
Stilaan begint het te dagen dat het bbp niet zaligmakend is. Ook cd&v-voorzitter Sammy Mahdi had het erover in zijn nieuwjaarstoespraak: ‘Ons model is niet dat van Singapore, waar mensen gemiddeld 48 uur per week werken en er geen universele gezondheidszorg is. Waar mensen hun bestaan alleen wordt uitgedrukt in hun bruto binnenlands product. Waar kille rekenmodellen de maat der dingen worden. Is dat een deftig leven?’
In ons model mogen we volgens Mahdi – onze eigentijdse Robert Kennedy – niet alleen ‘economisch rendabel’, maar ook ‘gelukkig’ zijn. Gelukkig maar.
Ook Robert Kennedy zelf fileerde tijdens een gedenkwaardige speech in 1968 het bbp als volgt: ‘[…] Het brengt napalm en nucleaire kernkoppen en gewapende wagens voor de politie om de rellen in onze steden te bekampen in rekening. Het telt ook Whitmans geweer en Specks mes, en de televisieprogramma’s die geweld verheerlijken om speelgoed te verkopen aan onze kinderen erbij. Maar het bruto nationaal product houdt geen rekening met de gezondheid van onze kinderen, de kwaliteit van hun onderwijs. … Het meet kortom alles, behalve dat wat het leven de moeite waard maakt.’
Toch blijven we krampachtig vasthouden aan dat bbp. Waarom? Omdat onze huidige economie bij een groeiend bbp relatief stabiel is. Tot de volgende ingebakken crisis uitbreekt, natuurlijk. Mag het eens iets anders zijn? Wie zet de bbp-plaat af?
Dit is geen welzijn
Wat als we een breder welvaartsperspectief hanteren? Wat als we rekening houden met hoe inkomens verdeeld zijn? Met economische activiteiten die buiten de markt floreren? Of met de sociale en ecologische kosten die al dat geproduceer genereert?
Een verhoging van het gemiddelde inkomen zegt niets over hoe inkomens verdeeld zijn. Een euro extra betekent in welzijnstermen veel meer voor iemand onder de armoedegrens dan een extra euro kan betekenen voor pakweg Fernand Huts of Marc Coucke.
Wat chronisch aan het alziende oog van de almachtige markt ontsnapt, zijn niet-marktactiviteiten. Huishoudelijk werk, zorg voor familieleden, vrijwilligerswerk en het beheer van gedeelde hulpbronnen zoals gereedschapsbibliotheken, voedselbossen of waterbronnen blijven allemaal onder de radar. Terwijl ze van wezenlijk belang zijn voor onze welvaart en ons welbevinden.
Welvaart kan stijgen als we inkomens beter verdelen of als we herverdelen van de rijksten naar de armsten.
Stijgende uitgaven voor defensie of een omschakeling naar een oorlogseconomie zeggen weinig over ons welvaartsniveau. Evenmin weten ze in peis en vree samenleven met onze buren naar waarde te peilen. Ze dragen evenmin bij aan onze collectieve veiligheid, wanneer actie en reactie uitmonden in wapenwedlopen.
Wat wél duidelijk is, is dat wapenwedlopen en -exporten het militair industrieel complex spijzen.
In het bredere welvaartsonderzoek van Brent Bleys en mezelf, vonden we dan ook dat de welvaart voor de gemiddelde Europeaan bekeken van 1995 tot 2018 sinds de eeuwwisseling stagneert.
Dit is ongetwijfeld koren op de molen van extreemrechts. De welvaartsstagnatie valt grotendeels te verklaren door dalende opbrengsten van extra consumptie boven een bepaalde drempel. Nochtans zou welvaart kunnen stijgen als we inkomens beter verdelen of als we herverdelen van de rijksten naar de armsten. Of door de inkomens van de laagste verdieners op te tillen.
Helaas blijven zulke maatregelen die sociale afbraak moeten tegengaan taboe voor rechtser dan centrumrechts. Want wie stemden in 2022 als enige Belgische partijen tegen een verhoging van het Europese minimumloon tot boven de armoedegrens? Dat waren N-VA en Vlaams Belang. Welvaart is belangrijk, maar mag het ook inclusieve welvaart zijn?
Enkel Vlaams Belang en N-VA zijn tegen een verhoging van belastingen voor mensen met een groot vermogen.
Ook wat een vermogensbelasting betreft, blijft het opvallend stil in sommige politieke families. Nochtans zijn maar liefst 4 op de 5 Vlamingen voorstander van een jaarlijkse belasting van minstens 1% op vermogens boven 1 miljoen euro, zo blijkt uit een bevraging bij 1000 Vlamingen door iVOX in opdracht van Visie.
Voor 71% van de Vlamingen is een eerlijke rijkentaks een absolute prioriteit bij de komende verkiezingen om de overheidsfinanciën gezonder te maken.
Goed nieuws, want ook politiek gezien zijn de geesten stilaan aan het rijpen voor een langverwachte vermogensbijdrage. Uit de stemtest van De Standaard blijkt dat cd&v, PVDA, Groen, Vooruit maar ook Open Vld het eens zijn over de volgende stelling: ‘Mensen met een groot vermogen moeten meer belastingen betalen.’ Dat is opvallend, omdat de liberalen in hun partijprogramma er met geen woord over reppen.
Liggen andermaal dwars? Jazeker, Vlaams Belang en N-VA. Waarom zouden we de sterkste schouders ontzien om een grotere maatschappelijke bijdrage te leveren?
Ter plaatse in galop
Een betere verdeling van inkomens en consumptie helpt om welvaart inclusiever te maken. Maar los daarvan zitten we nog steeds vast in consumptiewedlopen. Onze economie is gebaseerd op een tredmolen van doorgedreven produceren en consumeren.
Samen hollen. Naar waar? Van hot naar her. Maar natuurlijk vooral vooruit. Zodat jij je buren kan bijbenen en liefst en vooral voor kan blijven.
Het probleem van deze wedlopen is niet dat er geen ontsnappen aan is of dat er door al dat gewedijver binnenkort geen boom meer overeind staat om tegen uit te hijgen. Maar wel dat er sociale grenzen zijn aan wat al dat consumeren ons kan opleveren.
Je moet blijven rennen om op dezelfde plek te blijven.
Een degelijke materiële grondslag vormt de basis voor een goed leven. Maar geld maakt niet blijvend gelukkig. Na verloop van tijd wennen we aan levensstandaardstijgingen, waardoor hun welzijnsverhogende effecten wegebben.
Daarnaast zijn mensen sociale wezens die zich met elkaar vergelijken. In een consumptiemaatschappij zijn statusgoederen een toegangsticket naar maatschappelijk aanzien, omdat ze etaleren welke positie je bekleedt. Deze positionele of statusgoederen zijn vooral nuttig voor hun bezitter naarmate ze uniek zijn en schaarser voor anderen. Maar deze consumptieroes is doorgaans van korte duur.
Wanneer samenlevingen in het algemeen rijker worden en meer mensen zich deze goederen kunnen veroorloven, sijpelen de welzijnsbaten voor de eerste bezitters weg. Daardoor moeten zij op zoek naar extravagantere goederen voor een volgend consumptieshot. Het is zoals de Rode Koningin zei tegen Alice in Wonderland: je moet blijven rennen om op dezelfde plek te blijven.
Knagend onbehagen
Consumptiewedlopen zijn vanuit welzijnsoogpunt nutteloze oefeningen die tal van grondstoffen verspillen voor privéconsumptie die anders gebruikt konden worden. Bijvoorbeeld om in publieke diensten te voorzien waar iedereen baat bij heeft.
Het schrijnende hiervan is dat we meer en meer van onze tijd en energie aan consumptiewedlopen besteden, terwijl niet-geldelijke doelen nastreven, zoals meer tijd besteden aan je familie, vrienden of meer vrije tijd, ons welzijn zou stimuleren.
We hebben steeds meer spullen en steeds minder tijd voor menselijk en sociaal contact. Geen tijd te verliezen, want time is money. Geen wonder dat het sociale weefsel ontrafelt. Geen wonder dat eenzaamheid en isolement zo pieken. Geen wonder dat een existentiële leegte ons aangaapt, ook al proberen we die te ontvluchten.
Is het geen tijd om consumptiewedlopen een halt toe te roepen en te praten over wat ons in de weg staat om goed te leven?
Misschien dat we geen nood hebben aan marktvermeerdering maar eerder aan het smeden van menselijke verbindingen en relaties? Misschien dat daar net de crux zit om het groeiende maatschappelijke onbehagen weg te masseren, beter voor elkaar te zorgen en diepe genoegens te reproduceren?
Wat als we de op hol geslagen markt voorbijwandelen en een parallelle, onzichtbare economie uitbouwen wars van consumptiewedlopen?
Wapenwedlopen
Consumptiewedlopen zijn bovendien niet langer onze enige zorg, omdat ze uitmonden in een andere wedloop. Wapenwedlopen hangen ons als een zwaard van Damocles boven het hoofd, omdat de Koude Oorlogskapiteins van de NAVO in 2006 afspraken om 2% van het bbp aan defensie te besteden.
Open Vld wil al in 2029 aan 2% zitten, dus sneller dan 2035, zoals eerder afgesproken. Om deze norm te halen, wil N-VA leeflonen bevriezen en snijden in de gezondheidszorg, asiel en migratie en ontwikkelingssamenwerking. Snoeien om te bloeden. Natuurlijk is veiligheid essentieel, maar is militarisering daartoe het beste middel?
Elke extra euro bbp betekent dus een extra bewapening van 2 eurocent. In een groeiharnas met bbp-oogkleppen op, tuimelen we dus linea recta in wapenwedlopen. Van een bijzonder beperkt perspectief gesproken!
Het bbp en de NAVO-norm loslaten, is dus niet alleen goed voor een florerende welzijnssamenleving maar ook om wapenwedlopen te doen sneuvelen.
Is het geen tijd om consumptiewedlopen een halt toe te roepen en te praten over wat ons in de weg staat om goed te leven? En diplomatieke betrekkingen op te voeren in plaats van ons blind te staren op hardvochtige normen en te verzeilen in wapenwedlopen?
Vertragen kan ontwapenend werken om onszelf te bevrijden van al dat eindeloze gewedijver.
Trap niet in de welvaartsval, want voor je het weet verzand je in wapenwedlopen.
Peace out.