Een voltooid leven?

Column

Laten we het ook eens hebben over asociale maatregelen

Een voltooid leven?

Het euthanasiedebat draait weer op volle toeren. Deze keer door de uitspraken van CM-voorzitter Luc Van Gorp over ‘een voltooid leven’. Voor Bieke Purnelle is de essentie niet zozeer de vraag óf mensen echt levensmoe zijn, maar waarom.

Deze column is ook te beluisteren:

In een interview met Het Nieuwsblad stelde CM-voorzitter Luc Van Gorp dat mensen op het einde van hun leven moeten kunnen aangeven dat hun leven voltooid is. Ook wanneer er geen sprake is van ondraaglijk lijden.

Zoals te voorzien viel resulteerde die uitspraak in een stroom van verontwaardiging. Er is nu eenmaal geen rustig debat mogelijk over ethische levenskwesties, of die nu het prille begin of het einde van een mensenleven betreffen.

Nochtans zei Van Gorp iets dat het horen en lezen waard was en onze collectieve aandacht verdient. Hij zei namelijk dat we veel te weinig aandacht hebben voor de levenskwaliteit van onze ouderen. Een standpunt dat allesbehalve nieuw is, maar tot nader order bitter weinig doet bewegen.

De essentie is niet zozeer de vraag of mensen echt levensmoe zijn, maar waarom. En vooral: hoe geven we mensen weer zin in dat leven dat hen zo is gaan tegenstaan?

Daarover bestaan meningen genoeg, maar het is blijkbaar te veel gevraagd om het aan de betrokkenen zelf te vragen. We debatteren erover met experten en opiniemakers, maar eens aan de mensen zelf vragen wat ze nodig hebben? Ho maar.

Het is ronduit cynisch om politici verontwaardigd te zien reageren op de uitspraken van Van Gorp terwijl zij zelf de zorgsector al decennia in het rood duwen.

Knack-journaliste Ann Peuteman deed wel die moeite. Ze ging uitgebreid in gesprek met tachtigplussers en schreef het boek Grijsgedraaid over hoe zij zich voelen.

Toen ik de drukproef las werd ik wat wee in de maag. ‘Ik word er depressief van, Ann’, mailde ik haar. Dat bleek enigszins de bedoeling.

De rode draad doorheen het boek was autonomie, of liever het gebrek eraan. Van zodra mensen oud worden, nemen we hun levens over, behandelen we hen als planten die je water en voedingsstoffen geeft en die je zet waar je ze hebben wil, waar ze niet in de weg staan. Alsof je tanende fysieke vaardigheden je elk recht op inspraak en respect ontnemen.

‘Mevrouw, wijs mij een WZC waar ik tot 1 uur ’s nachts kan lezen zoals ik hier doe, waar ik kan uitslapen, waar ik douche als ik daar zin in heb…’, liet een van de senioren die ze sprak zich zuchtend ontvallen.

Tegenover de goedbedoelde betutteling in veel woonzorgcentra, waar ook mensen werken die het echt wel anders willen, staat de thuiszorg. Die moet evengoed altijd sneller en efficiënter, want tijd is geld.

Het is ronduit cynisch om politici verontwaardigd te zien reageren op de uitspraken van Van Gorp terwijl zij zelf de zorgsector al decennia in het rood duwen. Als er geen tijd meer is om geduldig en in alle rust bezig te zijn met onze ouderen, en hen een omgeving te bieden waarbinnen ze zich geborgen en gerespecteerd voelen, dan valt dat in de eerste plaats het beleid te verwijten. Wie kosten/baten en efficiëntie in de zorg predikt moet niet verbaasd zijn wanneer de kwaliteit van die zorg ondermaats blijkt en mensen zich allesbehalve verzorgd en ronduit verwaarloosd voelen.

Maar laten we het ook eens hebben over de asociale maatregelen en tendenzen die senioren bij uitstek treffen. Zoals het sluiten van trein- en bankloketten; het afschaffen van bushaltes; het wegduwen van buurtwinkels die niet kunnen concurreren met de hypermarkten langs steenwegen waar je alleen met de auto geraakt.

Senioren raken niet alleen geïsoleerd omdat niemand naar hen omkijkt, maar omdat hun bewegingsruimte ernstig wordt ingeperkt door marktdenken en een nietsontziende hang naar efficiëntie.

Wat alle senioren gemeen hebben is dat ze zelf willen kiezen wat ze doen, wanneer en met wie; dat ze deel willen uitmaken van de samenleving, zoals iedereen.

Voor De Lijn is een driekwart lege bus pure verspilling. Voor veel mensen is die bus hun reddingslijn tot de wereld, tot familie en vrienden.

Als je niet langer zelfstandig boodschappen kan doen op wandelafstand, dan valt een groot deel van je zelfstandigheid weg. Als je er niet in slaagt de trein te nemen omdat er geen loketten meer zijn en je de ticketautomaat niet begrijpt, dan blijf je thuis.

Terug naar de hamvraag. Wat maakt het leven het leven waard?

Autonomie. Zingeving. Verbinding. Anders gezegd: zelfbeschikking, het gevoel met iets zinvols bezig te zijn en sociale contacten. Veel ingewikkelder is het niet.

Als mensen hun leven als voltooid beschouwen, dan heeft dat niet enkel met fysieke factoren te maken, maar ook met de context waarin ze leven en de mogelijkheden die die context hen biedt.

Ik heb de afgelopen dagen veel simplistische theorieën gelezen over hoe we dan wel vrolijk oud kunnen worden. Dat we terug naar een cultuur moeten waarin het normaal is om je ouders in huis te nemen, bijvoorbeeld. Oprecht een mooie gedachte, maar men vergeet er wel bij te vertellen dat de zorg in dat geval op de schouders van vrouwen terechtkomt.

Vrouwen die daarnaast veelal zelf nog een job hebben. Een job die nodig is om rond te komen en omdat ze anders niet voldoende pensioenrechten opbouwen. Vrouwen die al het grootste deel van de zorg voor hun kinderen opnemen. Vrouwen die gestraft worden met een karig pensioen omdat ze in de loop van hun leven tijd hebben gemaakt om te zorgen.

Daarnaast zitten heel veel senioren helemaal niet te wachten op een kamer in het huis van één van hun kinderen. In een dorp of stad waar ze niemand kennen, waar ze zich te gast voelen en er net zo goed over hun hoofd heen wordt beslist. Over senioren zonder kinderen hebben we het al helemaal niet.

Mensen van een bepaalde leeftijd zijn even divers als alle andere leeftijdscategorieën in de samenleving, met hoogst uiteenlopende achtergronden, behoeften, wensen en interesses. Terwijl de ene misschien oprecht gelukkig wordt van een schlageravond of een partijtje bingo willen anderen musea bezoeken, naar het theater gaan of tuinieren.

Voor elke tachtigplusser die nog vrijwilligerswerk doet en tomaten teelt is er eentje die niet meer zelfstandig de trap op geraakt. Sommige senioren hebben warme familiebanden, anderen niet.

Wat ze gemeen hebben is dat ze zelf willen kiezen wat ze doen, wanneer en met wie. Dat ze graag gezien en gerespecteerd willen worden. Dat ze deel willen uitmaken van de samenleving, zoals iedereen.

Dat is bijzonder lastig in een samenleving die compleet niet op hun maat is getekend. Die geen rekening houdt met verschillen. Die zorg in de verdomhoek plaatst. Die enkel werkt voor gezonde, zelfredzame, performante, productieve burgers die mee zijn met elke innovatie.

Deze kwestie valt niet op te lossen met wat extra budget hier en wat bijkomend initiatief daar. Ze vraagt om een fundamenteel andere kijk op de hele samenleving en haar economie. Aan het discours te horen zal de oplossing niet voor morgen zijn.