Voor de lieve vrede

Column

De maand van Michael De Cock

Voor de lieve vrede

Michael De Cock: ‘Een lans breken voor vrede is niet laf, maar misschien het moedigste wat vandaag mogelijk is.’
Michael De Cock: ‘Een lans breken voor vrede is niet laf, maar misschien het moedigste wat vandaag mogelijk is.’

Een lans breken voor vrede is niet laf, maar misschien het moedigste wat vandaag mogelijk is, schrijft MO*columnist Michael De Cock. Het lijkt wel alsof we vandaag in het beste geval oorlog voorbereiden om vrede te bewaren. ‘Wie vrede als doel heeft, maar geweld als middel inzet, bevindt zich op het gevaarlijke pad van de escalatie.’

Het gaat niet zo goed met de wereld, om met een open deur te beginnen. Je kan natuurlijk met de kop in het zand maar met statistieken in de hand blijven beweren dat we erop vooruitgaan, een beetje naar de school van Maarten Boudry. Of je kan zoals zovelen vaststellen dat de wereld koorts heeft.

Van Congo tot Gaza en Oekraïne, er zijn oorlogen die de wereld in brand zetten met geen gering gevaar voor escalatie. Zet daar een paar roekeloze en populistische politici bij en de cocktail wordt explosief.

Ik moet de laatste tijd veel aan de Oostenrijkse auteur Stefan Zweig denken. Voor een monoloog die ik ga spelen, leen ik een stuk uit zijn Wereld van GisterenHerinneringen van een Europeaan, zijn autobiografisch werk dat je verbijsterd achterlaat als je écht de moeite neemt om het te lezen.

Stefan Zweig was een vurig pacifist zoals we er vandaag veel meer nodig hebben.

Zweig beschrijft daarin hoe hij in zijn geliefde Europa het fascisme ziet oprukken en twee wereldoorlogen de wereld voorgoed veranderen. En hoe naïef ze wel niet waren dat ze dat niet allemaal zagen aankomen.

Zweig was een vurig pacifist zoals we er vandaag veel meer nodig hebben. Hij schrijft met een felle, erudiete pen in een prachtige literaire taal zoals het vandaag haast niet meer zou kunnen. Tenzij je als hopeloos elitair en geprivilegieerd wil weggezet worden.

In die wereld van gisteren beschrijft hij prachtige ontmoetingen die hij had met al die illustere tijdgenoten die vandaag nog steeds tot de verbeelding spreken. Van Rilke tot Rodin, van Strauss tot James Ensor, tot en met de bewonderde Franstalige Vlaamse dichter Emiel Verhaeren en zo veel meer. Wat kon Zweig prachtig bewonderen.

Een haast eindeloze plejade kunstenaars en een ode aan de schoonheid is het boek. Zijn liefde voor de kunsten was groot. Zo groot dat de verbittering bij de akelige tijden die op komst waren ondraaglijk was voor deze bijzonder gevoelige en hoopvolle ziel.

Zweig gelooft in kunst en dialoog, maar al gauw ziet hij dat in gevallen van extreme polarisatie echt praten en luisteren niet meer mogelijk is. Hij vertelt hoe hij op een dag in een bioscoop in Tours ziet hoe de hele zaal Keizer Wilhelm II, met wie ze nochtans niet écht iets te maken hebben, beginnen uit te jouwen. ‘Ik schrok tot diep in mijn hart. Het was maar een seconde, maar een die liet zien hoe makkelijk het zou zijn, de mensen aan beide kanten op te hitsen.’

Oorlog voor de vrede?

Met Zweig liep het slecht af. Hij vluchtte naar Brazilië waar hij in 1942, samen met zijn vrouw, zelfmoord pleegde. Hoe laf, vertelde iemand me onlangs. Ik schrok van die opmerking.

Natuurlijk kunnen we zelfmoord moeilijk romantiseren. Maar toch had ik het nooit zo bekeken. Hij had moeten wachten tot de menselijkheid het weer zou halen. En zoals Hannah Arendt meer moeten leren houden van deze wereld en de maakbaarheid ervan, ondanks al zijn gebreken. Maar daarvoor was hij in zijn denken te radicaal. Hij zag in beide oorlogen de absolute overwinning van het kwaad, en het einde van elke mogelijk vorm van schoonheid.

Soms denk ik dat we vandaag in gelijkaardige tijden van polarisatie zitten als de tijden die Zweig beschrijft. De klip richting een impasse van polarisatie lijkt genomen. We moeten in het beste geval oorlog voorbereiden om vrede te bewaren, dat lijkt voor velen het hoogst haalbare. ‘Si vis pacem, para bellum, de school van Jonathan Holslag, zeg maar.

Uitermate trieste tijden, moet ik u somber laten weten. En hoe eruit geraken?

Privileges

Er is een vraag die me de laatste tijd bezighoudt. Is pacifisme een privilege dat alleen het “witte” Westen zich zou kunnen permitteren?

In zijn prachtige monoloog Monos is het dat wat de Braziliaanse theatermaker Clayton Nascimento het publiek letterlijk voor de voeten gooit. Zeven jaar na de première zal deze voorstelling ook in Europa furore maken, hou dat maar in de gaten. Nascimento zegt het vanuit het standpunt van de zwarte Brazilianen die onder het juk van de slavernij proberen uit te komen.

Als we met te veel geloven dat geweld de enige uitweg is, dan zitten we met z’n allen in de provinciale bioscoop die Stefan Zweig beschrijft.

Ook Martha Balthazar suggereerde niet zo lang geleden in een stukje voor Knack hetzelfde. Pacifisme? Allemaal goed en wel, maar soms breekt nood wet en lijken de wapens te moeten spreken.

Natuurlijk begrijp ik dat het verzet van minderheden vaak met geweld gepaard moet gaan om échte verandering te krijgen. En dat landen die worden bedreigd zich verdedigen. Maar dat wil nog niet zeggen dat het altijd aan te moedigen is, laat staan dat het de beste weg naar duurzame vrede en gelijkwaardigheid zou zijn.

Ik breek er, ik geef het toe, een beetje mijn geprivilegieerde hoofd over. Hier, mijn théorie à cinq balles: als we met te veel, ook redelijke, vredelievende mensen, écht geloven dat geweld de enige uitweg is, dan zitten we met z’n allen in de provinciale bioscoop die Stefan Zweig beschrijft.

Ik wil me bewust zijn van mijn privileges. Maar ook blijven geloven dat vrede tegelijkertijd doel én middel is, en dat moet zijn. Is het niet om ethische en humane redenen? Laat ons dan pragmatisch zijn. Want wie vrede als doel heeft, maar geweld als middel inzet, bevindt zich op het gevaarlijke pad van de escalatie.

Een lans breken voor vrede is niet laf, maar misschien het moedigste wat vandaag mogelijk is.

Word proMO*

Vind je MO* waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.

Je helpt ons groeien en zorgt ervoor dat we al onze verhalen gratis kunnen verspreiden. Je ontvangt vier keer per jaar MO*magazine én extra edities.

Je bent gratis welkom op onze evenementen en maakt kans op gratis tickets voor concerten, films, festivals en tentoonstellingen.

Je kan in dialoog gaan met onze journalisten via een aparte Facebookgroep.

Je ontvangt elke maand een exclusieve proMO*nieuwsbrief

Je volgt de auteurs en onderwerpen die jou interesseren en kan de beste artikels voor later bewaren.

Per maand

€4,60

Betaal maandelijks via domiciliëring.

Meest gekozen

Per jaar

€60

Betaal jaarlijks via domiciliëring.

Voor één jaar

€65

Betaal voor één jaar.

Ben je al proMO*

Log dan hier in