Wie is Corona?

De ontwikkelaars

Mensachtig, met een eigen wil, en met gevoelens voor anderen?

Wie is Corona?

Wie is Corona?
Wie is Corona?

Vanuit middeninkomenslanden bekeken is COVID-19 een welvaartsziekte die we onszelf hebben aangedaan, schrijft MO*ontwikkelaar Tom De Herdt. Het wordt hoog tijd om te weten te komen wat voor hij/zij/x corona precies is, en wat hem/haar/het drijft. Want dát is wel de eerste stap naar inzicht in hoe het nu verder moet.

Clement Falize / Unsplash (CC0)

Clement Falize / Unsplash (CC0)

Vanuit middeninkomenslanden bekeken is COVID-19 een welvaartsziekte die we onszelf hebben aangedaan, schrijft MO*ontwikkelaar Tom De Herdt. Het wordt hoog tijd om te weten te komen wat voor hij/zij/x corona precies is, en wat hem/haar/het drijft. Want dát is wel de eerste stap naar inzicht in hoe het nu verder moet.

Niet-ik

Tussen de regels door, op de dagelijkse nieuwsbulletins en vooral tijdens de commentaren erop, komen we wel wat te weten over corona. Steven Van Gucht bijvoorbeeld, liet eind maart al optekenen dat ‘we het virus bij het nekvel hebben’.

Ik heb veel respect voor Van Gucht, en voor dierenartsen roept deze uitspraak wellicht een huiselijk tafereel op dat niet eens ongezellig hoeft te zijn, maar in het geval van corona doemt bij mij toch een beeld op van een donker stekelig monstertje dat je maar best, ja, desnoods met stevige handschoenen, bij het nekvel kan pakken voor het jou te grazen neemt.

In een minder metaforische bui stellen we ons het coronavirus, ontiegelijk maal vergroot, voor als een planeet, zo geplukt uit De Kleine Prins.

Pierre Van Damme laat dan weer vallen dat ‘het virus niets liever heeft dan dat groepjes van 20 jongeren samen staand een pintje drinken’. Corona wordt een mensachtige, niet alleen met een eigen wil, maar ook met gevoelens voor anderen, ware het niet dat uit deze houding niet zozeer liefde spreekt, als wel een kwelgeesterig truukje om, na de nodige incubatietijd, zonder meer dood en verderf te zaaien.

Op de iets langere termijn komt het wel goed hoor, dit virus wil ons geen pijn doen, maar dat is toch alleen maar als we alweer een paar mutaties verder zijn en Covid-19 is verveld tot een stevige verkoudheid.

In een minder metaforische bui stellen we ons het coronavirus, ontiegelijk maal vergroot, voor als een planeet, zo geplukt uit De Kleine Prins, met, zo lijkt het van ver, palmboompjes, op regelmatige afstand van elkaar, maar, van dichterbij bekeken, kroontjes.

Maar ik begrijp het wel, communicatief is het niet zo makkelijk om een oorlog te voeren tegen een onzichtbaar kleine vijand, een stukje DNA dat zich naar verluidt tot 72 uur lang kan ophouden op een deurklink, waarna het ons alsnog onverhoeds kan overvallen en, misschien, verstikken (en indien niet is er alvast het lijden veroorzaakt door de spanning, opgebouwd door “misschien”). Wie, van ons allen die de Spaanse griep niet meer hebben meegemaakt, kan dat begrijpen?

Dus kunnen we die vijand toch maar beter wat oppompen tot dierlijke of menselijke proporties, met een nekvel en een sardonisch willetje dat er plezier in schept onze dagelijkse, en vooral onze dagdagelijkse, en meer in het bijzonder onze onschuldige dagdagelijkse pleziertjes op genadeloze wijze af te straffen: Een hand geven.

Of een etentje met goede buren, verre vrienden of een verloren neef: wie had vorig jaar kunnen vermoeden dat zo’n simpele gebaren van wederzijdse medemenselijkheid 2021 niet zouden overleven? Wie toch is die gluiperd van een corona die zoiets bedenkt?

Wij

Misschien is er overigens wel iets te zeggen voor een voorstelling van corona als een “iemand”: corona is tenminste een influencer, hij/zij/x inspireert tot gedragsverandering, noopt overheden om in te grijpen en hem/haar/het de oorlog te verklaren. Maar er is ook meer: het lijden, en zelfs de doodslag, soms zo kil en eenzaam in een onrust- en onverzorgingstehuis dat het ook moord zou kunnen zijn.

Corona ageert, dat staat wel vast. Het is weliswaar geen “gewone” actor, met intenties en strategieën, die doelgericht tewerkgaat, en rationeel middelen aan doelen koppelt. Corona is in elk geval ook geen “beest” of mensachtig wezen, een niet-ik, tegenvoeter van alles waarvoor wij (zouden willen) staan en waartegen we dus ten strijde moeten trekken.

De slechtere gezondheidszorg is maar één van de vele variabelen in een veel complexer geheel.

Nee, net omgekeerd: corona, dat zijn wij allemaal, dat is immers hoe wij met zijn allen leven en werken. Onderstaande tabel vertelt daar wat over: het virus mag dan een “natuurlijk” uiterlijk hebben en vooral microbiologen, virologen, infectiologen en immunologen mobiliseren, de variatie in het aantal doden COVID-19 doden per miljoen inwoners geeft aan hoe die “natuur” varieert met het sociaal-economische materiaal waarin het vegeteert.

Je zou denken: lage inkomenslanden, minder investeringen in gezondheidszorg, meer slachtoffers. Dat kan helemaal correct gedacht zijn, maar die slechtere gezondheidszorg is maar één van de vele variabelen in een veel complexer geheel. Het micro-biologische elementje wordt maar een ernstige plaag als het kan resoneren met een aantal andere factoren: de demografische structuur van de bevolking, de mate waarin ons immuunsysteem werd aangescherpt – of, integendeel, afgestompt – door de cleane omgeving van woningen in geïndustrialiseerde landen of de supermobiliteit die we ons hebben aangemeten.

Vanuit lage inkomenslanden bekeken is COVID-19 een welvaartsziekte die we onszelf hebben aangedaan.

Komt daar uiteraard nog bij, maar buiten het gezichtsveld van deze tabel, de manier waarop we allen reageren op het virus: De minder of meer virale wijze waarop informatie en desinformatie gedeeld wordt en op basis waarvan we ons gedrag aanpassen, al dan niet voorzichtheidshalve of eerder in paniek, beslissen om zorg of bezoek aan de grootouders uit te stellen, om kinderen thuis te houden, om thuis te blijven, werk aan te passen, enzovoort.

En verder is er uiteraard ook nog die factor “beleid”, de manier waarop verschillende overheden reageren op de situatie, hun verantwoordelijkheid opnemen of afschuiven, al dan niet met de gepaste snelheid en standvastigheid.

Het is dus niet tegen die streng DNA waartegen we ten strijde trekken, het is eerder deze cocktail van “natuur” en “cultuur” die het virus maakt tot wat het aanricht. We voeren oorlog tegen een stukje uit de hand gelopen natuur, maar evengoed voeren we oorlog tegen een stukje uit de hand gelopen cultuur. Vanuit lage inkomenslanden bekeken is COVID-19 een welvaartsziekte die we onszelf hebben aangedaan.

Het is wat het is? Net niet: het is wat we ervan gemaakt hebben. En dus ook: het zal zijn wat we er van zullen maken. En dus ook: dat zal voor elke samenleving anders zijn.

Dat is misschien de grootste les die we kunnen trekken uit dit avontuur: Het heeft niet veel zin om, temidden de diversiteit aan ervaringen, op zoek te gaan naar de “juiste maatregelen” of “best practices”: Wat “best” is op één plaats is wellicht niet zo praktisch op een andere, aangezien de natuur/cultuur-cocktail overal anders is. Ik kan me voorstellen dat deze les nog nuttig kan zijn in andere oorlogen, dichtbij of veraf, in ruimte en tijd.