Zomerbibliotheek
Antisemitisme is onaanvaardbaar, maar het moet goed gedefinieerd worden
Een boek schrijven over antisemitisme is geen veilige keuze. Het thema is de inzet van een mondiale strijd. Niet om de waardigheid en rechten van Joden te beschermen, maar om de staat Israël van kritiek te vrijwaren. “Ik weiger te haten”, de nieuwe zomerboekentip van Gie Goris, is een moedig boek.
Leerlingen bezoeken de Dossin-kazerne, het Mechelse museum over de Holocaust. ‘Geen enkele definitie van antisemitisme ontsnapt aan de politieke strijd om het bestaansrecht en de handelingen van de staat Israël.’
ID/ Katrijn Van Giel
Een boek schrijven over antisemitisme was twintig jaar geleden een veilige keuze: iedereen was tegen, en wie durfde te twijfelen, werd met de Holocaust om de oren gekletst tot hij bijdraaide. Dat is vandaag anders. Antisemitisme is de inzet geworden van een mondiale strijd. Niet zozeer om de waardigheid en de rechten van Joden te beschermen, wel om de staat Israël van kritiek te vrijwaren. De nieuwe zomerboekentip van Gie Goris: “Ik weiger te haten”.
De Zomerbibliotheek
Vakantie betekent ook: eindelijk tijd om een goed boek te lezen. Om u te helpen kiezen uit het overvloedige aanbod, vroegen we ex-hoofdredacteur Gie Goris om tips. Elke week neemt hij een boek van zijn leesplank om er een korte recensie over te schrijven. Doe er uw voordeel mee.
Het is een grote verdienste van Geert Vervaele, licentiaat Godsdienstwetenschappen, dat hij het aangedurfd heeft om een stevige en hedendaagse studie te schrijven over dit intussen bijzonder controversiële en politiek gevaarlijke onderwerp.
Ik weiger te haten is geen zondagmiddaglectuur. Het boek voldoet niet aan de vereisten van narratieve literatuur of andere nieuwe wetten van de uitgeverij. Het is een studieboek dat je niet in één ruk uitleest. Maar het zit zo volgepakt met kennis en inzichten, argumenten en analyses dat het toch noodzakelijke lectuur is voor iedereen die zich wil uitspreken over antisemitisme. Hetzij in het kader van de Israëlische staat, in verband met een bepaalde politieke islam, of vanuit de bedreiging die uitgaat van een opnieuw sterk groeiende extreemrechtse beweging.
Wat is antisemitisme?
Cruciaal in het hedendaagse debat over antisemitisme, en dus ook centraal in het onderzoek van Vervaele, staat de definitie van antisemitisme. Of beter: de definities, want er zijn er meerdere – volgens filosoof en publicist Ludo Abicht zeker veertien.
De definitie die momenteel het breedst gebruikt wordt, en tegelijk voor de meeste controverse zorgt, is die van de International Holocaust Remembrance Alliance (IHRA). Die definitie is aan de ene kant erg vaag. Maar in de toegevoegde lijst met voorbeelden wordt anderzijds wel duidelijk dat kritiek op de staat Israël al snel gelezen kan worden als ‘haat jegens Joden’.
Vervaele is dan ook meer gewonnen voor de Jeruzalemverklaring uit 2021, die antisemitisme kort en duidelijk omschrijft als: ‘discriminatie, vooringenomenheid, vijandigheid of geweld tegen Joden als Joden (of Joodse instellingen als Joods).’
Religie en politiek
Toch concludeert Vervaele dat geen enkele definitie ontsnapt aan de politieke strijd om het bestaansrecht van de staat Israël, en vooral het concrete handelen ervan – met name het nederzettingenbeleid, de bezetting van Palestijnse gebieden, de discriminerende behandeling van niet-Joodse burgers en noem maar op. Hij citeert de Britse schrijver Antony Lerman: ‘We can and must make every effort to take antisemitism out of politics. But we’ll never take the politics out of antisemitism.’
Vervaele onderzoekt hoe en waarom antizionisme gelijkgesteld wordt met antisemitisme, en waarom de staat Israël zo zwaar onder vuur is komen te liggen, ook in Europa. Hij wijdt telkens een hoofdstuk aan links antisemitisme, rechts antisemitisme en islamistisch antisemitisme.
Hij heeft aandacht voor de complexe verhouding tussen religie en politiek in deze kwestie en houdt een helder pleidooi voor een benadering die vertrekt vanuit mensenrechten. En hij eindigt zijn “cursus” over antisemitisme met een eigen poging om een alternatieve definitie op te stellen.
Vredesbeweging
Het tekent de auteur dat hij daar meteen bij noteert: ‘Om racisme, in casu antisemitisme, te bestrijden, is meer nodig dan enkel een goede definitie. Goede formuleringen en wetgeving zullen nooit volstaan. Mensenrechten en internationaal recht zijn amper afdwingbaar. De feiten tonen aan dat men ze gemakkelijk naast zich neerlegt. Respect voor het anders-zijn en weigeren te haten vereisen evenzeer een ethisch gefundeerde spiritualiteit.’
Dat is het perfecte bruggetje naar de bijdrage van professor Roger Burggraeve, die het thema benadert vanuit de ethiek van de Frans-joodse filosoof Levinas. Annemarie Gielen van Pax Christi voegde een bijdrage toe over de rol en de positie van deze nationale vredesorganisatie.
Die bijdragen zijn belangrijk, want Vervaele zelf is actief binnen de christelijke vredesbeweging. En het feit dat Pax Christi, en met name toenmalig medewerkster Brigitte Herremans als ‘Ambassadeur voor Vrede’, in 2019 de toegang tot de Dossinkazerne in Mechelen geweigerd werd wegens vermeend antisemitisme, was de ultieme aanleiding om dit boek te schrijven.
Verontwaardiging en ontroering blijken eens te meer een uitstekende drijfveer voor gedegen onderzoek en evenwichtige analyse.
Ik weiger te haten. De mechanismen die het antisemitisme veroorzaken en in stand houden door Geert Vervaele, met bijdragen van Annemarie Gielen en Roger Burggraeve. Uitgegeven door Kritak, 2022. 280 blz. ISBN 9789401481236.