Een bezeten familie in de oorlog
Maarten Visscher
15 februari 2016
De Nederlandse journalist Alexander Münninghoff had vijftien jaar nodig voor zijn tweede boek, het op feiten en familieverhalen gebaseerde en autobiografische “De Stamhouder”. Voor zijn eerste boek, Tropenjaren in Moskou, over zijn tijd als correspondent in Moskou, kreeg hij de Libris Literatuurprijs. Met deze feiten in het achterhoofd zijn de verwachtingen al snel hoog.
Op gang als een diesel
Het verhaal dat Münninghof vertelt, is boeiend en zeker de moeite waard. De oorlogsherinneringen van zijn familie, aangevuld met de gegevens die Münninghof zelf heeft weten te achterhalen laten de historie zien van zijn vader en grootvader. Münninghoff probeert de geschiedenis tot leven te wekken maar slaagt daar helaas niet altijd in.
Het verhaal zelf is beter dan de manier waarop het wordt verteld. Zinnen zijn soms onnodig lang en worden daardoor gecompliceerd en lastig te begrijpen. De combinatie van de toon die Münninghoff gebruikt en de ingewikkelde zinnen, zorgt ervoor dat de lezer op afstand wordt gehouden.
Vooral in het eerste gedeelte van het boek gebeurt dit, langzaam wordt het beter en vanaf het midden begint het boek op gang te komen. Het is alsof Münninghoff schrijvenderwijs de juiste toon vindt, twijfelend tussen de keuze voor een roman en een feitelijke familiegeschiedenis. Maar wie de moeite neemt om door te lezen, leest een geweldig verhaal.
Oorlogje spelen
“Steeds vaker dwongen sirenes de mensen naar de schuilkelders. Posen was verlamd van angst. Alles leek doordrongen van het besef de laatste fase van een onherroepelijk verloren oorlog mee te maken, meegesleurd te worden in een Apocalyps die geen schijn van overlevingskans leek te bieden.
In die inktzwarte dagen kwam ik op 13 april 1944 ter wereld.” (blz 107)
Münninghoff vertelt zijn familiegeschiedenis, beginnen bij zijn allesbepalende schoonvader en daarna zijn ouders. De grootvader was een tycoon, zijn vader vocht als SS’er tegen de Bolsjewieken.
De scene die Münninghoff beschrijft als hij als kind net in Duitsland is aangekomen, is even cynisch als prachtig. Het is een paar jaar na de oorlog. Net één dag in Duitsland speelt Münninghoff met een jongen uit de buurt oorlogje, Münninghof met zijn Franse soldaten- en indianenpoppetjes, de jongen met zijn tinnen SS legioen.
Een familiegeschiedenis
In een tijd waarin er steeds minder overlevenden van de Tweede Wereldoorlog achterblijven, is het belangrijk om dit soort verhalen op te schrijven. Tegelijkertijd is De stamhouder eerder een familiegeschiedenis dan een oorlogsgeschiedenis. Maar dat is hier juist goed, door zijn familie als uitgangspunt te nemen, schetst Münninghoff duidelijker de impact van oorlog op het menselijk leven dan wanneer Münninghoff de oorlog als uitgangpunt had genomen.
Het verwelken van de liefde van zijn vader voor zijn moeder tijdens de oorlog, toont ook een ander beeld dan de romantiek en heldendaden waarover er genoeg te lezen zijn. In De stamhouder is te lezen hoe oorlog sporen nalaat in mensen.
De stamhouder een familiekroniek van Alexander Münninghoff is uitgegeven door Prometheus Bert Bakker. 330 blzn. ISBN 978 90 351 4226 8.