20 jaar MO*: ‘Ik wou zelf bijdragen tot een betere wereld’

Interview

Omdat het verleden nooit zo relevant was voor de toekomst als nu

20 jaar MO*: ‘Ik wou zelf bijdragen tot een betere wereld’

20 jaar MO*: ‘Ik wou zelf bijdragen tot een betere wereld’
20 jaar MO*: ‘Ik wou zelf bijdragen tot een betere wereld’

Dit jaar prijkt de naam MO* precies 20 jaar op de cover van uw favoriete mondiale magazine. Voor die verjaardag duikt oud-hoofdredacteur Gie Goris in het rijkgevulde verleden en praat hij met een geëngageerde jongere over de toekomst.

Een greep uit onze MO*magazines. Op de bovenste rij, van links naar rechts: maart 2003, februari 2004, juni 2004, februari 2005. De onderste rij: april 2010, september 2015, november 2020, maart 2023

© MO*

Dit jaar prijkt de naam MO* precies 20 jaar op de cover van uw favoriete mondiale magazine. Voor die verjaardag duikt oud-hoofdredacteur Gie Goris in het rijkgevulde MO*archief. Hij pikt er een thema uit en gooit het voor de voeten van een van de vier jongeren in de raad van bestuur van vzw Wereldmediahuis, de uitgever van MO*. Omdat het verleden nooit zo relevant was voor de toekomst als nu.

Het verleden

Na de oprichting in 2003 was MO* de eerste – en dus moeilijkste – twee jaren wonderlijk goed doorgekomen. We hadden meer lezers dan verwacht. De samenwerking met uitgeverij Roularta verliep gesmeerd, waardoor we de lezers van Knack bij ons publiek mochten voegen. En de ngo’s die het blad hadden opgericht waren meer dan tevreden over het bereik, de inhoud én het imago van MO*.

Als je er die jaargangen van MO*magazines bij neemt, valt op hoe volgehouden de redactie toen werk maakte van de idee dat mondiale journalistiek ook, en misschien wel vooral, betekende dat we over de eigen samenleving wilden berichten: de diversiteit, de sociale uitdagingen, de internationale aanwezigheid in Brussel, de vragen over landbouw, de duurzaamheid van steden.

© Iratxe Alvarez

Gie Goris

© Iratxe Alvarez

In het redactionele beleidsplan van dat jaar schreven we dat MO* vaker spraakmakend moest worden. Meer moest investeren in onderzoek. Toegankelijker moest worden, met meer humor en grafische elementen. En: inhoudelijk onder andere moest focussen op mondiale machtsverschuivingen.

Die doelstellingen haalden we zeker, alleen die toegankelijkheid wilde nog steeds niet echt lukken. Maar spraakmakend onderzoek was er zat. In februari 2005 – Naomi, die ik verder in dit artikel interview, was toen één jaar oud – publiceerde MO* Het zevenpuntenprogramma van de allochtonen als omslagverhaal. Dat was gebaseerd op tien groepsgesprekken met telkens dezelfde centrale vraag: wat verwachten mensen van Turkse en Marokkaanse afkomst van het leven in België?

© MO*

In februari 2005 publiceerde MO* Het zevenpuntenprogramma van de allochtonen als omslagverhaal.

© MO*

Die vraag was een journalistiek antwoord op de toenemende vijandigheid tegenover moslims in onze samenleving, als gevolg van de aanslagen in New York (2001), Madrid (2004) en elders. En als gevolg van het racistische zeventigpuntenprogramma van het toenmalige Vlaams Blok, vandaag Vlaams Belang.

Het was de hoogste tijd, vonden de meeste mensen die de redactie contacteerde toen, voor dit dossier. Het was tijd dat er geluisterd werd naar de dromen, verwachtingen en angsten van de allochtone medeburgers. Die verwachtingen bleken trouwens heel gewoon te zijn: gelukkig zijn, kansen en een beter leven voor de kinderen, de mogelijkheid om zichzelf te zijn en een plek in de samenleving.

De toekomst

Naomi Izabela (19) is opgegroeid in Vlaanderens grootste stad. De Antwerpse havenwind, de veeltaligheid van een diverse stad en het gevoel tot een metropool te behoren zitten in haar DNA.

Als jong kind wilde ze al weten wat er in de wereld gaande was, vertelt ze. ‘Ik droomde ervan nieuwslezer te worden en volgde daarom de actualiteit op de voet.’ Die “nieuwsverslaving” vertaalde zich vervolgens in de behoefte om de handen uit de mouwen te steken. ‘Omdat ik elke dag zag wat er allemaal fout ging in de wereld, wou ik zelf bijdragen tot een betere wereld’, zegt ze.

© Naomi Izabela

Naomi Izabela

© Naomi Izabela

Het engagement van Naomi kreeg intussen diverse vormen: ze is voorzitter van de Antwerpse Jeugdraad, jeugdambassadrice voor Plan International, gezicht van #sheleadshere, een campagne van de Canadese ambassade in België, Luxemburg en de EU, pleitbezorger kinderrechten voor Amnesty International, enzovoort. Vanaf dit jaar sluit ze ook aan bij de raad van bestuur van vzw Wereldmediahuis, de uitgever van MO*.

‘Ik kreeg het bericht over die mogelijkheid door via Twitter en heb er, na een kleine aarzeling, ook enthousiast op gereageerd. Net als tachtig andere jongeren. Er is dus veel belangstelling bij jongeren voor MO*. Ik wil daar graag een van de vertegenwoordigers van zijn.’

Ik vraag haar om het artikel uit MO* te lezen dat slechts een jaartje jonger is dan haar; Het zevenpuntenprogramma van de allochtonen. ‘Het blijft, zoveel jaren later, jammer dat mensen met talent en inzet zich elke dag opnieuw moeten bewijzen’, reageert ze.

Maar niet enkel de negatieve ervaringen van twee decennia geleden blijven relevant, ook de positieve stellingen. De opmerking van een Turkse moeder die pleit voor een goede kennis van het Nederlands resoneert heel sterk bij haar. Net als de nadruk op onderwijs als motor voor vooruitgang van nieuwkomers en de samenleving in haar geheel.

‘Waar ik vandaag vooral naar uitkijk, is een beter inzicht in wat ons in 2024 te wachten staat.’

‘Taal is nodig om te kunnen samenleven en om vooruit te komen in dit leven dat we hier opbouwen. Nederlands leren is een kans die je moet grijpen, het is de taal van je eigen toekomst hier in Vlaanderen.’

Naomi is trouwens erg gecharmeerd door het mooie Nederlands dat ze terugvindt bij MO*, vertelt ze. ‘Misschien kan er nog wat meer ingezet worden op toegankelijkheid voor jongeren’, denkt ze. ‘Maar daar zullen de vier jonge bestuurders zeker aandacht voor vragen.’

Of MO* in 2025 opnieuw een dossier zou moeten maken over het leven en de verwachtingen van mensen met een migratieachtergrond in Vlaanderen?, vraag ik haar. Het blijft even stil. Dat moment van twijfel heeft niets te maken met de gedachte dat zo’n onderzoek overbodig zou zijn, blijkt snel. Wel met de bedenking dat 2025 te laat zou zijn.

Mee de verjaardag van MO* vieren?

Save the date: 30 september
(De centrale, Gent)
vanaf 18 uur
Programma binnenkort op mo.be/20jaar

‘Waar ik vandaag vooral naar uitkijk, is een beter inzicht in wat ons in 2024 te wachten staat. Voor veel jongeren wordt het dan de eerste keer dat ze meedoen aan verkiezingen, en dat meteen op alle niveaus. We vragen ons ook af wat het zou betekenen als extreemrechts aan de macht komt. Dát zijn onderwerpen waarover wij willen lezen.’

Of ze andere suggesties heeft? ‘Meer analyses en reportages over de klimaatcrisis en over ontwikkelingssamenwerking. Want elke regering is verantwoordelijk voor het welzijn van haar bevolking. Ongeacht de geschiedenis, met de blik op de toekomst.’

Dit interview werd geschreven voor het lentenummer van MO*magazine. Vind je dit artikel waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je van tal van andere voordelen.

Tags