Alexander De Croo: ‘Congo is geen staat, het is een systeem voor persoonlijke verrijking’

Interview

Alexander De Croo: ‘Congo is geen staat, het is een systeem voor persoonlijke verrijking’

Alexander De Croo: ‘Congo is geen staat, het is een systeem voor persoonlijke verrijking’
Alexander De Croo: ‘Congo is geen staat, het is een systeem voor persoonlijke verrijking’

Minister van Ontwikkelingssamenwerking Alexander De Croo was een van de gasten op de MO*talks van woensdag 13 september in het Vlaams-Nederlands Huis deBuren. Aanleiding was het verschijnen van het herfstnummer van MO*magazine, met op de cover heel groot de vraag: ‘Wanneer wordt Congo eindelijk HUN Congo?’ John Vandaele interviewde de minister, die een aantal opmerkelijke uitspraken deed.

In uw beleidsverklaring wijst u er op dat ontwikkelingssamenwerking niet enkel een zaak is van verbondenheid en solidariteit, maar ook van goed begrepen eigenbelang. In Congo wordt dat heel duidelijk. De armoede duwt mensen er op de migratieroutes richting Europa en bedreigt ook de tweede groene long van de wereld. U herhaalt ook vaak dat mensenrechten en democratie erg belangrijk zijn. Hoe doet Congo het op dat vlak, volgens u?

Alexander De Croo: We zijn er als internationale gemeenschap niet in geslaagd Congo op het juiste spoor te houden. Congo doet het vandaag bijzonder slecht vanuit het perspectief van de Congolees. De situatie van Congolese burgers is sinds 1990 achteruit gegaan. Het is eigenlijk een van de weinige landen in de wereld waar achteruitgang is op vlak van menselijke ontwikkeling. Dat komt voornamelijk door de complete afwezigheid in de praktijk van enige functionerende staat. Eigenlijk gaat het verder dan dat. Ik denk dat je op dit moment een niveau van corruptie en eigenbelang ziet die zijn gelijke niet heeft. Met een binaire benadering zou je kunnen zeggen: met Congo valt niet te werken. We sluiten de deur, met dit soort landen willen we zelfs geen gesprek meer voeren. Maar wat hebben we dan bereikt? Je zou kunnen zeggen, we stoppen alle ontwikkelingssamenwerking. Dat hebben we niet gedaan.

Link

Beluister hier het volledige gesprek en debat.

Congo ontvangt dit jaar 37 miljoen euro. Het is nog steeds de belangrijkste partner van de Belgische ontwikkelingssamenwerking.

‘Moeten we stoppen de gezondheidszorg in afgelegen gebieden te ondersteunen? Dat denk ik niet. Moeten we stoppen met scholen te bouwen? Natuurlijk niet. Maar we doen dat op een manier die zoveel mogelijk afstand houdt van de centrale overheid.’

Alexander De Croo: Het blijft het belangrijkste partnerland, inderdaad. We hebben die hulp wel heel sterke geheroriënteerd. Moeten we stoppen de gezondheidszorg in afgelegen gebieden te ondersteunen? Dat denk ik niet. Moeten we stoppen met scholen te bouwen? Natuurlijk niet. Maar we doen dat op een manier die zoveel mogelijk afstand houdt van de centrale overheid. Over een nieuw samenwerkingsakkoord spreken we niet zolang de mensenrechten niet verbeteren.

Dat zou betekenen dat die 37 miljoen automatisch verminderen vanaf 2019.

Alexander De Croo: Ja, op een bepaald moment droogt het natuurlijk op. Een bijkomend element is de actuele instabiliteit die het bijzonder moeilijk maakt om nog projecten te realiseren. Dat gaat over een gebrek aan infrastructuur, corruptie, veiligheid voor mensen ter plaatse, enzovoort. Maar het kan niet de bedoeling zijn mee te gaan in de redenering van de huidige machtshebbers, die het land zo laten verpauperen dat de bevolking uiteindelijk murw geslagen is en niemand nog wat doet.

We stellen dus vast: er is geen democratie, er zijn geen mensenrechten. Maar als daar te hard op gereageerd wordt, dan wordt de bevolking twee keer gestraft. Ze hebben slecht bestuur en als gevolg van dat slecht bestuur krijgen ze ook geen ontwikkelingshulp meer.

Alexander De Croo: Waarom doen we ontwikkelingshulp? Om de lokale bevolking vooruit te helpen en te versterken. Dat is de duurzame kant die we er willen aan geven. Met een overheid die dezelfde doelstelling nastreeft, kan je veel bereiken. Maar in het andere geval moet je daar druk op zetten, dan moet je de internationale gemeenschap mobiliseren om daar beweging in te gaan krijgen. Alleen is de bereidwilligheid van de internationale gemeenschap om samen met ons dingen in beweging te krijgen in Congo achteruitgegaan. En dat is bijzonder jammer. We verloren de Verenigde Staten als medestander, en ook een aantal Europese landen.

Vindt het regime Trump Congo niet belangrijk?

Alexander De Croo: Wat is het buitenlands beleid van Trump? Dat is een ander debat.

Maar u voelt een verandering?

Alexander De Croo: Ja, absoluut. De verandering is er gekomen in de voorbereiding op de verkiezingen. Maar je voelt ook binnen Europa dat een aantal landen vragen beginnen te stellen bij de richting die België uit wil, bij het gebruiken van alle middelen om de Congolese machthebbers onder druk te zetten.

Welke Europese landen?

Alexander De Croo: Een land als Frankrijk speelt vandaag een andere rol dan een jaar geleden.

©

© Ronald Giebel / deBuren

Verdeel en heers

Waarom? Omdat zij zoete broodjes proberen bakken bij het regime om een en ander te bekomen?

Alexander De Croo: Ik weet het niet, ik heb daar ook nog geen gesprek over gehad. Ik stel alleen vast. Belangrijker is de vraag: wat kunnen we vandaag doen? Want Kabila is bijzonder goed in geslaagd in het verdelen en destabiliseren van elke vorm van politieke oppositie. Hij heeft Tchisekedi voor zijn dood quasi uitgeschakeld en Katumbi heeft hij het onmogelijk gemaakt om eigen rol te gaan spelen. Toen de Sylvesterakkoorden vorig jaar aangekondigd werden, was ik bijzonder kritisch, maar op zo’n moment moet je het toch een kans geven. Maar eigenlijk was het na de aanduiding van de eerste minister al duidelijk dat het nergens naartoe zou leiden. Ik denk dat het nu overduidelijk is dat er dit jaar geen verkiezingen zullen plaatsvinden. En dat er op deze manier ook volgend jaar ook geen verkiezingen komen. De idee om Kabila het pad te laten effenen naar verkiezingen waaraan hij zelf niet deelneemt, heeft gefaald.

Wat is het alternatief dan?

‘De humanitaire catastrofe in Congo moet een wake-up call voor iedereen zijn. Maar jammer genoeg is er op dit moment sprake van een Congo-fatigue.’

Alexander De Croo: Eén alternatief is dat de internationale gemeenschap op een bepaald moment de boel overneemt en de transitie organiseert. Liefst vanuit de regio, maar een aantal machtshebbers uit de regio zit eigenlijk in dezelfde situatie. Het andere alternatief is dat men de omstandigheden creëert waarin de Congolezen zelf voor een transitie zelf kunnen zorgen. Er is namelijk één factor waar we nog niet over gesproken hebben. En dat is de absoluut dramatische humanitaire situatie. De VN schatten de humanitaire noden op meer dan 800 miljoen USD, maar tot nog toe is slechts een kwart van de financiering voorhanden. Er is dus een financieringskloof van 600 miljoen EUR. Het interne conflict dat vorige zomer in de Kasaï provincie uitbrak, heeft zich intussen verspreid over 9 van de 26 Congolese provincies van DRC. Het aantal ontheemden is het voorbije jaar gestegen tot een record van 3,8 miljoen. Enkel in de regio Grand Kasaï zijn 1,4 miljoen mensen ontheemd. Ruim één miljoen daarvan zijn er sinds begin 2017 bijgekomen, 800.000 onder hen zijn minderjarig. Die crisis moet internationaal meer aandacht krijgen. We hadden een Europese top in Talin deze week, daar heb ik de humanitaire crisis in Congo al aangekaart.

En welke reactie krijgt u dan?

Alexander De Croo: Op het moment zelf zie ik veel knikkende gezichten, maar daarna moet je bijna iedereen gaan vragen wat ze echt gaan doen. Onze eerste minister zal volgende week op Algemene Vergadering van de VN dezelfde boodschap geven. Deze humanitaire catastrofe moet een wake-up call voor iedereen zijn. Maar jammer genoeg is er op dit moment sprake van een Congo-fatigue.

Catastrofe

Waartoe moet die wake up call leiden?© Ronald Giebel / deBuren

Alexander De Croo: Als je een humanitaire catastrofe wil aanpakken, moet er een minimum aan stabiliteit zijn, om ter plaatse te geraken, veiligheid voor hulpverleners te garanderen enzovoort. Als die stabiliteit gerealiseerd wordt, kan er ook opnieuw gezorgd worden voor financiering van Congo. Vandaag doet het IMF dat niet meer, waardoor de Congolese overheid echt op droog zaad zit, haar militairen niet meer betaalt, haar ambtenaren niet meer betaalt.

Het jongste onderzoek van Global Witness toont aan dat van de drie miljard dollar die betaald werden door mijnbedrijven tussen 2013 en 2015, ongeveer anderhalf miljard niet in de schatkist beland is. Heel wat mijnbouw gebeurt onder constructies met de heer Dan Gertler, een Israëli. Heeft u daar al met de Israëlische overheid over gesproken?

Maar er is meer, en dichter bij huis. Er is het fraudeschandaal met Congolese paspoorten, die twee keer zoveel kosten als de onze. Van de 180 dollar die zo’n paspoort kost, komt er 60 dollar terecht bij het bedrijfje dat in handen is van een familielid van Kabila. Het bedrijf dat die paspoorten maakt, heeft haar hoofdkwartier op de Louizalaan, hier in Brussel. Er is het geval van een advocatenkantoor dat op een bepaald moment dertig miljoen dollar Congolese belastingen gestort heeft gekregen. Kan België als land, of u als lid van de overheid, dan niets doen aan de verdamping van het Congolese belastinggeld waarbij Belgische bedrijven kennelijk betrokken zijn?

Alexander De Croo: We leven in een land waar, gelukkig, politici geen heksenjacht kunnen organiseren op de een of andere, ook al zou dat terecht zijn. Anderzijds, en dat is voor een stuk onze sterkte vandaag in Congo, onze economische belangen in Congo zijn vandaag bijzonder beperkt. Dat geeft ons vrijheid.

Maar er bestaat betrokkenheid van specifieke bedrijven bij daden van corruptie.

‘Militairen en ambtenaren worden niet betaald, waardoor je nog meer corruptie krijgt en het altijd maar erger wordt. Dat moeten we proberen stabiliseren. We moeten ervoor zorgen dat een humanitaire interventie mogelijk is.’

Alexander De Croo: Ja, dat zijn cruciale elementen, dat is waar. Maar vandaag heeft de Congolese overheid, door corruptie maar ook door het complete stilvallen van de economie, geen middelen meer. Militairen en ambtenaren worden niet betaald, waardoor je nog meer corruptie krijgt en het altijd maar erger wordt. Dat moeten we proberen stabiliseren. We moeten ervoor zorgen dat een humanitaire interventie mogelijk is.

Gedekt door de Verenigde Naties?

Alexander De Croo: Ja, dat lijkt mij de enige mogelijkheid die er vandaag is, want vanuit buurlanden gaat het niet komen. Je zorgt dat er een zekere stabiliteit is, waardoor je een zekere financiering kan geven, waardoor je een deel van de corruptie gaat stilleggen.

En blijft de regering Kabila dan in functie?

Alexander De Croo: Ik zie niet hoe dat in de huidige omstandigheden zou kunnen gebeuren.

Dus u pleit voor de mogelijkheid dat er een internationale tussenkomst komt in Congo, gesteund door de VN, om aan humanitaire hulp te doen en om president Kabila te verwijderen? Is dat dan regime change of hoe moet ik dat begrijpen?

Alexander De Croo: Ik heb u gezegd dat er twee opties zijn: ofwel grijpt de internationale gemeenschap in, ofwel kan de lokale bevolking het doen, en die tweede optie is de beste optie. Maar op de momenten dat de mensen op straat komen, aarzelen de leiders van de oppositie. Je kan je afvragen waarom. De druk en de financiële druk moet waanzinnig groot zijn.

Als we binnen de internationale gemeenschap medestanders krijgen die samen met België dingen in beweging gaan zetten, en de VN wil mee, dat zou een piste zijn waarmee we een bevolking kunnen helpen. Ik denk dat de bevolking helpen in de humanitaire crisis de sleutel is om iets in beweging te krijgen.

©

© Ronald Giebel / deBuren​

Wat de bevolking zelf doet

Het tweede spoor, de bevolking doet het zelf, is te verkiezen maar moeilijk omdat het zoveel moed vergt van de mensen. Is er iets wat wij kunnen doen om dat te ondersteunen?

Alexander De Croo: Wat je kan doen is ngo’s versterken, mensen proberen te steunen enzovoort. Maar er is nu al maanden een beleid dat neerkomt op blame Belgium. Alles is de fout van België. En dus alles wat wij doen om mensen te helpen, te steunen, maakt het voor hen bijna gevaarlijk om met ons samen te werken.

‘Is dit een staat? Ik denk dat er eigenlijk niet veel staat meer is, maar er is wel nog onderdrukking.’

Hoe zou u het regime omschrijven? Is dit een roofdierstaat of wat is het?

Alexander De Croo: De vraag is, is dit een staat? Ik denk dat er eigenlijk niet veel staat meer is, maar er is wel nog onderdrukking.

De staat werkt bijzonder goed om persoonlijke verrijking toe te laten.

Alexander De Croo: Maar dat is in mijn ogen geen staat.

Wat is dit dan wel?

Alexander De Croo: Ik weet niet of het zinvol is om daar een andere naam op te plakken. Maar dit is geen staat, dit is een systeem van persoonlijke verrijking.