Wat bezielt Israël in Gaza? In gesprek met de Brits-joodse journalist Arthur Neslen
De IJzeren Muur rond Palestina: hoe oorlogsmisdaden deel werden van de Israëlische identiteit
© Reuters / Eric Gaillard
© Reuters / Eric Gaillard
Deze week begonnen de hoorzittingen voor het Internationaal Gerechtshof in Den Haag in de zaak van Zuid-Afrika tegen Israël. Wat bezielt Israël in Gaza? En hoe kan dat blijven duren? MO* had een lang gesprek met de Brits-joodse journalist Arthur Neslen, ex-correspondent voor de BBC. ‘Antwoorden vind je in de Joods-Israëlische identiteit en de geschiedenis van het zionisme’, stelt hij in dit eerste deel van het gesprek.
In zijn meesterwerk Occupied Minds: A Journey Through the Israeli Psyche, dat hij in 2006 schreef, toont Arthur Neslen de sporen van de ‘IJzeren Muur’ in de woorden, drijfveren, angsten en daden van Joodse Israëli’s.
De IJzeren Muur is de titel van een essay dat de Russische journalist Vladimir Jabotinsky schreef op 4 november 1923. Het zou de wereldgeschiedenis veranderen. Jabotinsky zou in de jaren ’30 de hoogste commandant worden van Etsel. Dat is de extreemrechtse zionistische militie in Palestina waar Likoed uit zou ontstaan, de partij van premier Benjamin Netanyahu.
Het essay was een kritiek op de grondlegger van het zionisme, Theodor Herzl. Die had in zijn utopische fictiewerk Altneuland beschreven hoe de lokale bevolking van Palestina de kolonisten zou verwelkomen. Jabotinsky geloofde dat niet.
‘De kolonisatie kan alleen doorgaan achter een ijzeren muur die de oorspronkelijke bevolking niet kan doorbreken.’
Volgens hem was het ‘onmogelijk om de vrijwillige instemming van de Palestijnse Arabieren te verkrijgen om “Palestina” om te vormen van een Arabisch land tot een land met een Joodse meerderheid. Elke inheemse bevolking in de wereld verzet zich tegen kolonisten (…). Dat is wat de Arabieren in Palestina doen en wat ze zullen blijven doen zolang er een sprankje hoop overblijft (…). Dat betekent dat de kolonisatie alleen kan doorgaan achter een ijzeren muur die de oorspronkelijke bevolking niet kan doorbreken.’
De IJzeren Muur is een metafoor voor permanente oorlog en voor het machtige Israëlische leger. Dat leger, gesteund door een grote mogendheid, controleert en straft de lokale Palestijnse bevolking totdat die zich neerlegt bij de Israëlische dominantie.
Ze is niet tijdelijk, de militaire controle-infrastructuur op de Westelijke Jordaanoever en rond de Gazastrook: muren, hekken, controleposten, hoogtechnologische surveillance, draconische straffen en militaire rechtbanken. Het is een permanent schild, waarachter de verdrijving van Palestijnen en de bouw van Joodse nederzettingen verder kunnen gaan.
In dit eerste gesprek met Arthur Neslen hebben we het over de IJzeren Muur en het concept van de Nieuwe Jood: hoe militaire suprematie, oorlogsmisdaden en een afkeer van onderhandelingen met de Palestijnen deel geworden zijn van de Israëlische identiteit.
Wie is Arthur Neslen?
Brits-joodse journalist
socioloog
werkte voor Al Jazeera, The Economist, The Guardian, BBC, Politico, Thomson Reuters
auteur van twee boeken over identiteit: Occupied Minds. A Journey Through the Israeli Psyche (2006) en In Your Eyes a Sandstorm. Ways of Being Palestinian (2011)
Occupied Minds is een brede dwarsdoorsnede van de Joods-Israëlische samenleving. Het boek bestaat uit diepte-interviews met gewone Joodse Israëli’s, zorgvuldig opgetekend, met respect voor het verhaal van elke persoon en toch ongenadig kritisch.
De Nieuwe Jood
Neslen legt uit hoe wreedheid als strategie teruggaat op de geconstrueerde identiteit van de Israëli, of de ‘Nieuwe Jood’. Maar evengoed op de grijstinten van de vele Joodse identiteiten die het zionisme probeerde uit te wissen.
In de praktijk was het zionisme immers een nationalistische aanval op het Jodendom zelf. ‘De Oost-Europese zionistische leiders van het begin van de twintigste eeuw hadden een afkeer van de “bevende getto-Jood” die eeuwenlang in ballingschap had geleden’, vertelt Neslen. ‘Ze koesterden vaak dezelfde raciale stereotypen over deze joden als antisemieten, en construeerden een nieuwe joodse identiteit: de Nieuwe Jood. Viriel, onverbiddelijk. Het idee was om een nieuw “puur” archetype te vormen, helemaal vanaf nul.’
‘Oost-Europese zionistische leiders koesterden dezelfde raciale stereotypen over vele joden als antisemieten.’
‘Ze eisten van Arabische Joden, die ze zwak en primitief vonden, dat ze hun Arabische cultuur zouden opgeven. Ze accepteerden Arabische Joden vooral omdat die nodig waren voor een Joodse meerderheid in Palestina. Zelfs het gebruik van het Jiddisch, de taal van Europese Joden die na de Holocaust naar Israël migreerden, werd verboden omdat het een bedreiging was voor het nieuwe Hebreeuws.’
Bijzonder was dat de zionisten de kracht van de Nieuwe Jood niet toonden door zich te verzetten tegen het fascisme en antisemitisme in Europa, maar tegen de Arabieren in Palestina.
‘Hun argument was dat we Europa moesten verlaten en “terugkeren naar Zion”, daar land innemen en andere mensen van het land verdrijven’, zegt Neslen. ‘Ze sloten zelfs deals met jodenvervolgers in Oost-Europa, zoals in 1903 met de Russische minister van Binnenlandse Zaken Vjatsjeslav von Plehve. “Jullie willen van de joden af, wij willen ze hebben”, daar kwam het op neer. Er was altijd een samenvloeiing van belangen tussen de antisemitische krachten en de zionistische groepen, ook al waren ze niet hetzelfde.’
Sommige vooroorlogse Oost-Europese joodse politieke bewegingen, zoals de Algemene Joodse Arbeidersbond waarbij Neslens familie aangesloten was, verzetten zich tegen deze strategie. Zij spraken zelfs over ‘de antisemitische basis van het zionisme zelf’.
Afkeer van onderhandelingen
‘De zionistische kolonisatie moet ofwel stoppen, ofwel doorgaan ongeacht de oorspronkelijke bevolking’, schreef Jabotinsky in 1923 in zijn essay.
De zionistische beweging heeft nooit willen wachten tot er via onderhandelingen een akkoord zou zijn met de Palestijnen. Ze heeft met militaire macht de Joodse staat opgericht en uitgebreid. De adoratie van viriliteit en onverzettelijkheid vertaalde zich in een afkeer van onderhandelingen.
Vroege voorbeelden daarvan waren de zionistische terreuraanslagen in de jaren ‘40 tegen de Britten en tegen de lokale bevolking, waarmee Jabotinsky’s Etsel de oprichting van de staat Israël versnelde. En ook na de oprichting van de staat wilden de zionisten niet onderhandelen. Etsel vermoordde in 1948 zelfs VN-bemiddelaar Folke Bernadotte.
De Gebalde Vuist
In zijn artikel A way out of the Gaza crisis in 2006 beschrijft Neslen een vredesinitiatief uit dat jaar dat uitzicht bood op een duurzame oplossing. Het initiatief kwam van Menachem Froman, een joodse rabbijn en religieuze kolonistenleider die goede relaties had met toenmalig Hamas-leider sjeik Ahmad Yasin.
Neslen interviewde Froman en kon documenten inkijken over een gevangenenruil, een staakt-het-vuren en onderhandelingen met Hamas.
Froman streefde naar een akkoord met Hamas dat bepaalde religieuze Joodse nederzettingen op Palestijns grondgebied zou erkennen, in ruil voor een tweestatenoplossing. Hamas aanvaardde het plan, en een delegatie van Joodse rabbijnen zou het lanceren samen met Hamas-politici.
Maar de Israëlische regering wilde Hamas tot een nederlaag dwingen door militair overwicht te tonen. Ze arresteerde de Hamas-politici, een paar uur voor de persconferentie over het vredesinitiatief zou beginnen, en trok de verblijfsrechten van de betrokken Hamas-politici in. De volgende dag stuurde ze tanks Gaza binnen. De blokkade van de Gazastrook en de militaire aanvallen op Gaza begonnen het jaar daarop.
In een ander artikel uit 2006, The Clenched Fist of the Phoenix (‘De gebalde vuist van de feniks’), citeerde Neslen Amir Peretz, de toenmalige Israëlische minister van Defensie die uitlegde waarom hij het vredesinitiatief weigerde: ‘Onze hand is open voor vrede, maar gebald tot een vuist in het gezicht van terreur.’
De metafoor van de gebalde vuist verwijst naar een lied dat de Joodse partizanen in de jaren ’30 zongen toen ze door de bossen naar Warschau marcheerden. Onderhandelen met Palestijnen werd afgeschilderd als gedrag van ‘de getto-Jood’, terwijl het militaire antwoord aansloot bij ‘de Nieuwe Jood’.
Zelfs de Oslo-akkoorden van 1993, ogenschijnlijk een teken van bereidheid tot onderhandeling, waren een toepassing van Jabotinsky’s IJzeren Muur: Israël had de Palestijnen tot onderwerping gedwongen en zou hen nu autonomie verlenen in kleine enclaves binnen de Joodse staat. In de rest van het gebied zou de kolonisatie verdergaan.
Dertig jaar na de Oslo-akkoorden is er één “Joodse staat” from the river to sea, tussen de Jordaan en de Middellandse Zee. De infrastructuur is er zodanig ontworpen dat Israëli’s het niet eens merken als ze vanuit Israël de nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever binnenrijden. De Palestijnen in de enclaves, achter controleposten en een fysieke muur, zien ze nooit.
Neslen schetst een parallel tussen de Oslo-akkoorden en het Kyoto-protocol, het bekende klimaatverdrag van 1997: ‘Je had bij beiden een machtige speler die niet bereid was compromissen te sluiten omdat hij belang had bij de status quo: het Israëlische leger en de fossiele brandstoffenindustrie. En je had een zwakkere partij die gedwongen was te “onderhandelen” met de sterkeren: de rest van de mensheid en de Palestijnen.’
‘Voor Israël is oorlog net zo essentieel als wielen voor een fiets: als ze stoppen met draaien, val je.’
‘Het resultaat na Kyoto was greenwashing (doen alsof je klimaatvriendelijke maatregelen neemt, red.), terwijl de uitstoot van broeikasgassen elk jaar naar nieuwe hoogten stijgt. En na de Oslo-akkoorden voortdurend gepraat over de tweestatenoplossing, terwijl Israël de kolonisatie elk jaar uitbreidt. Eenmaal je accepteert dat de machtigen het tempo, de schaal en de aard van verandering bepalen, is er geen andere uitkomst mogelijk.’
Neslen bedoelt dat Israëlische leiders de huidige status quo van conflict en kolonisatie niet als een probleem zien, maar als een oplossing. Als oplossing voor de omgang met de Palestijnen, maar ook als oplossing om de diverse achtergronden van de Joden in Israël te laten opgaan in die ene Israëlische identiteit, verenigd onder een gezamenlijke strijd voor “overleving”.
Als vrede die lijm zou doen oplossen, zouden de verschillende joodse identiteiten terug kunnen bovendrijven. ‘Een belangrijk ingrediënt in die lijm is het leger’, zegt Neslen. ‘Voor Israël is oorlog net zo essentieel als wielen voor een fiets: als ze stoppen met draaien, val je. Het land handhaaft sinds zijn ontstaan 75 jaar geleden een officiële militaire noodtoestand.’
IDF Spokesperson’s Unit / CC BY-SA 3.0
Zwaarste bombardementen ooit
De voorbije maanden waren we getuige van de zwaarste bombardementen in de geschiedenis van de moderne oorlogvoering. Ze richtten op drie maanden tijd meer verwoesting aan dan de Syrisch-Russische bommen op Aleppo tussen 2012 en 2016, of de zware Russische bombardementen op het Oekraïense Marioepol.
Zuid-Afrika, het land van Neslens moeder, spande eind december een zaak tegen Israël aan bij het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. ‘Dat nieuws was een ongelooflijke opluchting’, reageert Neslen. ‘Israël heeft keer op keer laten zien dat het zijn gedrag alleen zal matigen als het met gevolgen wordt geconfronteerd. Als de straffeloosheid voortduurt, zal deze Israëlische regering de vernietiging van Gaza en de verdrijving zeker voortzetten. Daarom is deze zaak heel belangrijk.’
Het verzoekschrift en de pleidooien van Zuid-Afrika aan het Internationaal Gerechtshof beschrijven in detail wat Israël doet in Gaza. Bommen maakten er sinds 7 oktober meer dan 25.000 Palestijnse doden en 55.000 gewonden en vaagden hele families en generaties weg. Ze beschadigden of verwoestten 355.000 huizen (60% van het huizenbestand in Gaza), en vernielden ziekenhuizen tot er in Noord-Gaza geen volledig functionerend ziekenhuis meer was.
1,9 miljoen Palestijnen (ofwel 85% van de bevolking van Gaza) overleven in geïmproviseerde tenten zonder water of sanitaire voorzieningen, met epidemische ziekten en een dreigend risico op hongersnood tot gevolg.
80% van de Palestijnen in Gaza is al vluchteling of nakomeling van vluchtelingen die in 1948 werden verdreven tijdens de Nakba, de verdrijving van Palestijnen bij de oprichting van de staat Israël. De huidige Israëlische leiders lijken vandaag dezelfde strategie te volgen als toen: oorlogsmisdaden begaan, totale vernietiging en gedwongen verplaatsing creëren, het leven onmogelijk maken, en vluchtende Palestijnen vervolgens het juridische label ‘vrijwillige emigranten’ opplakken.
Het leger, instrument van verdrijving
Om het bewustzijn van de ‘Nieuwe Jood’ te vormen, veranderden Hebreeuwse taalkundigen ook de betekenis van woorden. Het woord bitachon betekent in het Jiddisch en oud-Hebreeuws ‘vertrouwen op God’. In Israël betekent het ‘veiligheid’.
De ‘Nieuwe Jood’ vertrouwt niet op God in benarde situaties, maar vestigt vertrouwen in de afschrikkende macht van de staat en het leger. De religieuze betekenis van het woord is niet veranderd, maar veiligheid is de kern van het geloof geworden.
‘Wanneer het leger onderdeel van je identiteit is geworden, ervaar je elke aanval op dat leger als een aanval op jezelf.’
‘Wanneer het leger onderdeel van je identiteit is geworden, wordt elke aanval op dat leger ervaren als een aanval op jezelf’, zegt Neslen. Dat verklaart waarom Israëli’s zich zo diep geraakt voelen in wie ze zijn door de Palestijnse aanval van 7 oktober 2023. En hoe dieper geraakt, hoe extremer de kracht die het leger toont.
In eerdere Gaza-operaties was het doel van Israël om de Palestijnen collectief te straffen en hen tot onderwerping te dwingen. Nu is het doel, zoals uitgesproken door ministers, diplomaten en woordvoerders, ‘vrijwillige migratie’, een eufemisme voor verdrijving.
Het Israëlische leger is tegelijk een instrument van verdrijving én van onderdrukking van verzet tegen die verdrijving.
Israëlisch premier Benjamin Netanyahu zei meermaals dat de Palestijnen zich maar tegen hun eigen extremisten moesten keren. Dat is een verwijzing naar Jabotinsky, die schreef: ‘Pas als er geen hoop meer is om van ons af te komen, omdat ze geen bres in de ijzeren muur kunnen slaan, zullen ze hun extremistische leiders laten vallen en zal hun leiderschap overgaan op de gematigde groepen. Dan mogen we verwachten dat ze eerlijk praktische kwesties bespreken, zoals een garantie tegen verdrijving.’
Die verdrijving is in volle gang. Neslen bezocht de Gazastrook verschillende keren. Hij ziet zelfs een dieper proces van uitwissing van de herinnering: ’In Gaza voelde je het Palestina van weleer, aan de zee, uitkijkend op de rest van de wereld. Die herinnering wordt uitgewist. Het uitgangspunt lijkt om zoveel mogelijk van het land te verwoesten en eroverheen te bouwen, zoals na 1948.’
Gaza Stad is de grootste Palestijnse stad, een eeuwenoude stad. Israël veegt grote delen ervan in een paar maanden tijd van de kaart.
Hoe Israël zich verkoopt
De verontwaardiging die dit opwekt, is voor Israël van weinig belang. Israëls eerste premier David Ben-Gurion zei zelf: ‘Het maakt niet uit wat de goyim (niet-joden, red.) zeggen. Het maakt uit wat de Joden doen.’ Dit leger voelt zich niet geremd door kritiek of internationale rechtsregels.
‘Luister niet naar wat Israël aan de rest van de wereld zegt, maar kijk naar wat het Israëlische leger doet.’
Neslen vertaalt het als volgt: ‘Luister niet naar wat Israël aan de rest van de wereld zegt, maar kijk naar wat het Israëlische leger doet. Het discours over zelfverdediging, evacuatie of veilige zones moet je niet te serieus nemen. Concentreer je op wat er werkelijk gebeurt. Mensen hebben geen plek meer om naar terug te keren. Israël is bezig met het creëren van feiten op de grond, daar is het goed in.’
Zelfverdediging is het verhaal dat Israël de wereld vertelt om zichzelf als een normale staat te presenteren. Israël is een erkende staat, maar alles wat het doet in de bezette gebieden is daar geen deel van. Daarom benadrukte VN-experte Francesca Albanese in november dat Israël zich in Gaza niet kan beroepen op het recht op zelfverdediging.
Veel journalisten schrijven over de Israëlische militaire acties in de bezette gebieden alsof het acties zijn van een normale staat, eerder dan die van een koloniserende macht. Wie dat doet, neemt deel aan het Israëlische beleid van normalisatie van deze kolonisatie. Want het Israëlische leger en zijn militaire rechtbanken opereren als de IJzeren Muur: als instrument van een kolonisatie die illegaal is onder internationaal recht.
‘Na zoveel jaar zou je verwachten dat ze het begrepen hebben, maar veel journalisten lijken het geheugen van een goudvis te hebben’, zegt Neslen. ‘Ze zouden zich veel meer moeten verdiepen in de basis van het probleem: de zionistische ideologie.’
‘Door de jaren is die ideologie natuurlijk verstrengeld geraakt met economische belangen in Groot-Brittannië en de Verenigde Staten. Daar is de defensie- en oorlogsindustrie invloedrijk. Voor die industrie is het juist goed als er ergens een leger in permanente staat van oorlog is, zodat ze het kunnen blijven bedienen.’
In een permanente oorlog waarin een straffende militaire macht zich bewust tegen burgers keert, zijn loutere oproepen tot ‘respect voor het internationaal recht ‘, zoals de Belgische premier Alexander De Croo (Open Vld) deed bij zijn bezoek aan de grensovergang in Rafah eind november, ook onvoldoende.
Het maakt weinig indruk op radicale zionisten, omdat het net hun uitdrukkelijke bedoeling is het internationaal recht te schenden.
Meer nog, zo’n oproep biedt hen een propaganda-opportuniteit. De Israëlische minister van Buitenlandse Zaken Eli Cohen intimideerde De Croo op Twitter: ‘Wij veroordelen de valse beweringen van de premiers van Spanje en België, die terrorisme steunen. Israël handelt in overeenstemming met het internationaal recht.’
Zo verschuift Israël het debat: harde intimidatie tegen de minste kritiek. Dat leidt tot zelfcensuur in media en politiek. En Israël-critici zijn al blij met zwakke veroordelingen, terwijl ze worden afgeleid van de dieperliggende kern van het probleem.
Ontmenselijking van Palestijnen
Een van de Israëli’s die Neslen voor zijn boek interviewde, zei: ‘Vroeger gaf ik om burgers. Nu niet meer, want ze doen niets om dingen te verbeteren.’
Israëlische leiders zeggen al generaties lang dat er bij de Palestijnen geen partner voor vrede is. Dit leidt tot ontmenselijking. Een groot deel van de Israëlische bevolking is niet geschokt als Gazaanse burgers massaal worden gedood, omdat ze zichzelf ervan hebben overtuigd dat ‘de anderen’ toch geen vrede willen. ‘Dat is heel handig’, zegt Neslen. ‘Als er geen partner voor vrede is, dan hoef je nooit concessies te doen. En als je de sterkere partij bent, kan je gewoon steeds meer land innemen.’
En dat is volgens hem het uiteindelijke doel van de ontmenselijking.
Als de normale toestand van een land oorlog is, zouden burgers kunnen gaan beseffen dat er iets niet klopt. Om de militaire controle van de Palestijnen permanent te kunnen maken, moeten opeenvolgende generaties Israëli’s dus geloven dat de anderen onmenselijk zijn. De IJzeren Muur leidt de eigen burgers om de tuin, door de anderen te ontmenselijken.
Mensen ontmenselijken is makkelijker als je hen niet meer ziet. Die ontkoppeling is precies een van de doelen van de evacuatie van de Joodse kolonisten uit Gaza in 2005, van de afsluiting van de Gazastrook en van de afscheidingsmuur op de Westelijke Jordaanoever.
‘Toen ging de ontmenselijking van Gaza in de Israëlische media en politiek in een hogere versnelling’, zegt Neslen. ‘Israël ontkoppelde zich van de Palestijnen om de bezetting en de kolonisatie te kunnen normaliseren. Palestijnen worden niet meer gezien als gewone mensen, maar als een gezichtsloze massa die gecontroleerd moet worden. Joden hebben een groot deel van hun geschiedenis in Europa achter gettomuren geleefd, nu bevindt Gaza zich achter de gettomuur.’
‘Israël is een racistische samenleving. Israëlisch staatsburger word je door de loop van een geweer, in het leger.’
Als Israëlische soldaten na 20 jaar ontkoppeling en ontmenselijking Gaza binnentrekken, krijg je excessen. Op sociale media duiken om de haverklap schokkende filmpjes op van Israëlische soldaten die zich schuldig maken aan ontmenselijkend gedrag in Gaza. En die er trots mee uitpakken.
‘Wat nu gebeurt, zie ik als het resultaat van de verwaarlozing van alle haat en emoties die ik in Occupied Minds beschreef’, zegt Neslen.
‘Weet je, sommige lezers vonden dat mijn boek de prachtige verscheidenheid van de Joods-Israëlische samenleving liet zien. Maar zij hebben het niet begrepen. Ik heb die verscheidenheid getoond, niet omdat ze representatief is voor de Israëlische samenleving maar juist omdat de zionisten neerbuigend kijken naar vele groepen joden in het land. Arabische joden, Ethiopische joden, orthodoxe joden: alle joden die niet waren zoals de Oost-Europese seculiere zionisten werden juist naar de rand van de samenleving geduwd.’
En dat had desastreuze gevolgen voor de Palestijnen. ‘Om hun waarde als Israëli te bewijzen, moesten deze joden harder hun best doen om te bewijzen dat ze “Nieuwe Joden” waren.’
‘Zo werden overlevenden van de Holocaust de meest meedogenloze strijders in 1948. Arabische Joden werden de meest extreme anti-Arabische racisten. De eens zo volgzame orthodoxen werden gewapende fanatici op de heuveltoppen van de nederzettingen.’
‘Israël is een racistische samenleving’, zegt Neslen. ‘Israëlisch staatsburger word je door de loop van een geweer, in het leger. Je demonstreert je racisme, je haat, je potentieel om geweld te gebruiken tegen Palestijnen.’
Vernieling na Israëlische bombardementen in de Gazastrook: ‘Er is een instinctieve oerdrang om Gaza uit te wissen, om zich te ontdoen van de Palestijnen alsof zij een vreemd element zijn.’ © Palestinian News & Information Agency (Wafa) in contract with APAimages
De zionistische oerdrang
‘Er is een instinctieve oerdrang om Gaza uit te wissen, om zich te ontdoen van de Palestijnen alsof zij een vreemd element zijn’, zegt Neslen. ‘Die instinctieve verlangens van het zionisme, daarmee heeft Israël altijd al geworsteld. Het is een van de belangrijkste motieven in mijn boek.’
‘Hoe meer de wereld het Israëlische geweld onbestraft laat of het zelfs aanmoedigt, hoe meer de zionistische oerdrang ongeremd naar boven komt, hoe minder terughoudend ze zijn.’
‘Na 7 oktober verscheen op Europese gebouwen de Israëlische vlag. Het was de apotheose van Netanyahu’s ontmenselijking van de Palestijnen.’
De steun vanuit de Europese Unie en de VS ligt dus mee aan de basis van de extreme Israëlische reactie na 7 oktober 2023.
‘In haar eerste reactie zei Europees Commissievoorzitter Ursula Von der Leyen niks over de blokkade van Gaza of de bezetting. De Israëlische vlag verscheen op het gebouw van de Europese Commissie, op de Brandenburger Tor, op Ten Downing Street. De boodschap was: “We zijn allemaal Israëli’s.” Het was de apotheose van Netanyahu’s ontmenselijking van de Palestijnen, van de normalisering van de IJzeren Muur, de eeuwige oorlog.’
Neslen sloot in 2006 zijn artikel De Gebalde Vuist van de Feniks af met deze paragraaf: ‘De feniks zal zegevieren, en elke keer barbaarser. De roofvogel voedt zich met de haat die hij creëert terwijl hij boven de ruïnes zweeft. Zijn kreet “Israël heeft het recht op zelfverdediging” is een gekwelde schreeuw om hulp. Die kan beter vertaald worden als: “Stop mij, voordat ik weer moord”. Washington luistert en stuurt meer bommen.’
Occupied minds: a journey through the Israeli psyche door Arthur Neslen is uitgegeven door Pluto Press. 291 blz. ISBN 9780745323657
Lees deel 2 van het interview met Arthur Neslen
Dit interview werd geschreven voor het lentenummer van MO*magazine. Vind je dit artikel waardevol? Word dan proMO* voor slechts 4,60 euro per maand en help ons dit journalistieke project mogelijk maken, zonder betaalmuur, voor iedereen. Als proMO* ontvang je het magazine in je brievenbus én geniet je tal van andere voordelen.