‘De paradox van drugsbestrijding is dat ze criminelen doet innoveren’

Interview

Journalist Arthur Debruyne over de boomende business van crystal meth

‘De paradox van drugsbestrijding is dat ze criminelen doet innoveren’

‘De paradox van drugsbestrijding is dat ze criminelen doet innoveren’
‘De paradox van drugsbestrijding is dat ze criminelen doet innoveren’

Mexicanen worden naar de Lage Landen gehaald vanwege hun kunde in de drugskeuken. Journalist Arthur Debruyne trok naar Sinaloa, het Silicon Valley van de clandestiene drugsexpertise, en schreef er een boek over. ‘Met hun productieproces nemen de winsten spectaculair toe.’

Belga

De Nederlandse politie doet onderzoek bij de Hoogbosweg in Nederweert, waar een productielocatie van crystal meth werd gevonden, eind juli 2021.

Belga

Mexicanen worden naar de Lage Landen gehaald vanwege hun kunde in de drugskeuken. Journalist Arthur Debruyne trok naar Sinaloa, het Silicon Valley van clandestiene drugsexpertise, en schreef er een boek over. ‘Met hun productieproces van crystal meth blijven er nauwelijks afvalstoffen over en nemen de winsten spectaculair toe.’

Auto’s die in brand worden gestoken in Antwerpen. Explosies in een appartement in Loenhout en Wuustwezel. Een douanepost die overvallen wordt in Kallo om in beslag genomen cocaïne weer vrij te krijgen. Gewelddadige incidenten afkomstig uit de drugswereld zijn al lang geen uitzondering meer in onze contreien.

De zwaargewapende jongens zijn gelinkt aan de cocaïnehandel uit Latijns-Amerika. Maar ook de Lage Landen zijn een hotspot, en wel van de boomende markt van de synthetische drugs xtc, amfetamine en methamfetamine. En vooral die laatste drug heeft zijn succes te danken aan de expertise van ingevoerde Mexicaanse koks.

In zijn boek De Mexicaanse methode gaat journalist Arthur Debruyne op zoek naar de connectie tussen de Lage Landen en de Mexicaanse staat Sinaloa. Zijn nieuwsgierigheid wordt gewekt door een voorval in het voorjaar van 2019. Op een boot in het Nederlandse Moerdijk, in Noord-Brabant, detecteert de Nederlandse politie een drugslab, waarbij drie Mexicanen worden gearresteerd. Het is de tweede case, na de ontdekking van een gelijkaardig lab in Wateringen, niet ver van Den Haag, in februari van datzelfde jaar.

Begin 2020, net voor de coronapandemie alles lam legt, begint het proces tegen Diego en Victor, twee van de Mexicanen die in het Moerdijkse lab gearresteerd werden. Tijdens hun verblijf in de gevangenis in Ter Apel, een grensdorp in het noordoosten van Nederland, zocht Debruyne hen op en reconstrueerde hij hun avontuur.

Hij trok ook naar hun thuisbasis Sinaloa, aan de Pacifische kust. De regio geldt als de bakermat van de Mexicaanse drugsonderwereld en het Silicon Valley van clandestiene drugsexpertise.

U woonde jarenlang in Mexico als Latijns-Amerikacorrespondent, waarbij u vertrouwd was met de thematiek. Wat was het specifieke opzet van dit boek?

Arthur Debruyne: Onze contreien vormden dit keer mijn uitgangspunt. Zowel in de bovengrondse als de ondergrondse economie in West-Europa wordt gebruikgemaakt van arbeidsmigranten, uit Oost-Europa, Azië, of elders. En die worden vaker wel dan niet uitgebuit. Mijn opzet was om te onderzoeken wie de mensen zijn die hier bij ons aan het werk worden gezet, in dit geval in de drugsindustrie.

En daarbij kwam ik bij de Mexicanen uit. Ik wilde nagaan waarom precies Mexicanen naar hier gehaald werden. En daarbij werd mijn hypothese bevestigd dat het om hun expertise te doen was. Mexico produceert al jaar en dag crystal meth voor de Amerikaanse markt. Ik ben dan terug naar Mexico gereisd om een idee te hebben van de levensomstandigheden van die jongens, hun motieven en de netwerken.

Waaruit bestond dan precies die expertise?

Arthur Debruyne: Diego en Victor waren naar Nederland gehaald voor een aantal maanden “laboratoriumwerk”. Daarbij zouden ze hun expertise moeten inzetten voor de productie van methamfetamine uit BMK (Benzylmethylketon), een grondstof die in België in de productie van klassieke amfetamine, oftewel speed, wordt gebruikt.

Methamfetamine werd al eerder in Nederlandse drugslabs gemaakt maar op heel kleine schaal en op basis van de grondstof efedrine, een middel dat je terugvindt in neusspray. Die efedrine werd mettertijd moeilijker verkrijgbaar door toegenomen controles en leverde ook heel veel restafval op. Door de productie van meth uit BMK weten de Mexicanen crystal meth te produceren waarbij nauwelijks afvalstoffen overblijven en de winsten spectaculair toenemen.

***

El Chapo

Volgens Debruyne heeft crystal meth het effect van een atoombom op je hersenen. ‘Het geeft je zelfvertrouwen een ongelooflijke boost, je kunt de wereld aan. Het schakelt vermoeidheid, honger en dorst uit.’

De verslavende drug wordt met een kleine glazen pijp geïnhaleerd, maar je kan die ook slikken, snuiven of spuiten. Eén gram kost tussen de 50 en de 70 euro, al kan je hem ook vinden voor 25 euro per gram. Ter vergelijking: een gram cocaïne kost 50 euro, een gram heroïne 28 euro, een gram speed 8 à 9 euro en een xtc-tablet 5 à 10 euro.

Om de achtergrond van de jongens en hun motieven te kennen, trok Debruyne naar Sinaloa, aan de Pacifische kust in het noordwesten van Mexico. ‘De inwoners zijn er bijna even gehard als het vulkanische gesteente dat miljoenen jaren geleden in de canyons is afgezet’, schrijft hij hierover.

De streek kent een lange geschiedenis van het verbouwen van illegale teelten. Sinds begin 20ste eeuw werden er door Chinese migranten papavers geteeld voor de productie van opium. Het grof geld kwam later, vanaf de jaren ’80, toen de Mexicanen zowat de loopjongens werden van de machtigere Colombiaanse kartels van Medellín en Cali. Met de ‘war on drugs’ in Colombia en het ontmantelen van die kartels verschoof het zwaartepunt naar Mexico.

Sinaloa ontwikkelde zich tot een van de meest gewelddadige kartels, dat jarenlang gedirigeerd werd door kopstuk Joaquín ‘El Chapo’ Guzman. Intussen zit El Chapo een levenslange celstraf uit in de Verenigde Staten en werd ook zijn zoon Ovidio in september dit jaar gearresteerd.

Wat is zo kenmerkend aan die streek?

Arthur Debruyne: De regio Sinaloa, Durango en Chihuahua wordt de Gouden Driehoek genoemd vanwege de stromen geld die de illegale economie opbrengt. De overheid is ofwel afwezig of laat betijen en pikt een graantje mee. De straffeloosheid is nagenoeg volledig.

Salvador Cienfuegos, minister van Defensie onder president Peña Nieto (2006-2012), hielp volgens de Amerikaanse DEA zelf grote hoeveelheden drugs naar de Verenigde Staten smokkelen. Hij werd hiervoor door de VS gearresteerd maar door Mexico buiten vervolging gesteld ‘bij gebrek aan bewijzen’. Begin oktober ontving hij van huidig president Lopez Obrador een ereteken voor zijn verdiensten voor het leger.

‘De drugsindustrie is efficiënter in het verdelen van de welvaart en het overbruggen van ongelijkheid dan de reguliere arbeidsmarkt.’

De boeren die zich aan de illegale teelten zetten, hebben weinig alternatief. Sinds NAFTA, het Noord-Amerikaanse Vrijhandelsverdrag tussen Mexico, de VS en Canada van kracht werd op 1 januari 1994, wordt de Mexicaanse markt overspoeld met goedkope maïs en andere landbouwproducten waarmee arme Mexicaanse boeren onmogelijk kunnen concurreren.

75 tot 90 procent van de bevolking leeft er in armoede en geen boer die een gewetensprobleem heeft met het verbouwen van marihuana of papaver voor heroïne, zolang er vraag is. De drugsindustrie is efficiënter in het verdelen van de welvaart en het overbruggen van ongelijkheid dan de reguliere arbeidsmarkt.’

Het is vrij evident dat Victor en Diego bij gebrek aan perspectief in de drugsbusiness terecht komen.

Arthur Debruyne: Inderdaad, omdat die alomtegenwoordig is en het door de inwoners als normaal wordt ervaren. Het tragische voor de boeren is wel dat door de wereldwijde opkomst van synthetische drugs zoals fentanyl de landbouweconomie van Mexico, gebaseerd op deze illegale teelten, is ingestort. Dat is het begin geweest van de synthetische drugs in Mexico, waarvan de verspreiding zich ent op de netwerken van de vroegere illegale gewassen. Fentanyl is de drug die vandaag op straat verkocht en gebruikt wordt in de VS.

Door het wegvallen van de marihuana- en papaverteelten is de familie van Diego en Victor moeten wegtrekken uit de bergen. Ze besloten een nieuw leven te zoeken in Culiacán, de hoofdstad van de deelstaat Sinaloa. Van daaruit zijn ze uiteindelijk in Nederland verzeild.

Hadden de jongens andere opties?

Arthur Debruyne: Het klopt dat in heel wat landen van Latijns-Amerika, zoals in Ecuador en ook wel in Mexico, de drugseconomie teert op uitzichtloosheid, op armoede en gebrek aan kansen. Onlangs was ik in Ecuador. In de havenstad Guayaquil zag ik eindeloze sloppenwijken, totaal vergeten in de wereldeconomie. In de geglobaliseerde wereldeconomie zijn er hele regio’s die zijn achtergebleven.

Maar van Victor en Diego wil ik geen slachtoffers maken. Zij hadden wel andere keuzes kunnen maken. Hun vader had de middelen om hen te laten studeren maar dat zagen de jongens toch niet echt zitten. In Culiacán doken ze het nachtleven in en kwamen daar in contact met de criminele netwerken. Uiteindelijk kozen ze voor het snelle geld, met alle risico’s daaraan verbonden.

In Culiacán is de drugseconomie alomtegenwoordig omdat er ook een totale straffeloosheid heerst. De autoriteiten pikken hun graantje mee. Er is een gedoogbeleid ten aanzien van die illegale activiteiten.

Uiteindelijk hebben ze 2,5 jaar vastgezeten. Hadden ze nadien spijt van hun avontuur?

Arthur Debruyne: Totaal niet. Ze zijn opnieuw aan de slag gegaan in de sector, nu met meer kennis en ervaring. Aanvankelijk zei Diego dat ze hun levens wilden veranderen maar dat heeft niet lang geduurd. Er valt nu eenmaal zoveel snel geld mee te verdienen.

© Bert Wisse

‘Het zijn de Nederlandse investeerders die de grote winsten ophalen. De Mexicaanse koks krijgen geld per geproduceerde kilo.’

© Bert Wisse

Hotspot in de Lage Landen

De bakermat van opium en cocaïne mag dan in Azië en Latijns-Amerika liggen, die van de synthetische drugs situeert zich in de Lage Landen. Hoe is die markt er kunnen groeien?

Arthur Debruyne: Al sinds de jaren ‘80 heeft zich die industrie kunnen ontwikkelen. Nederland en België vormen voor die synthetische drugs één groot werkgebied.

Mensen bevoorraden zich met alle nodige chemicaliën op de zwarte markt, die zijn makkelijk te vinden. Het is een goed georganiseerde industrie, met mensen die locaties voorzien en bijvoorbeeld loodsen en schuren huren bij boeren die in de problemen zitten. Kleine boeren in België en Nederland die door grote bedrijven uit de markt geduwd worden en met financiële problemen kampen, zijn makkelijk benaderbaar met cashgeld.

De meeste labs die in België worden ontmanteld, zijn de klassieke amfetaminelabs, waar speed wordt gemaakt. Met dezelfde grondstof kan ook methamfetamine gemaakt worden maar de producenten in Nederland en België slaagden er nooit in om dat op een winstgevende manier te doen. De Mexicanen hadden wel die knowhow omdat ze al jaren meth produceren voor de VS. Ze zijn dan ook voor die expertise door Nederlandse drugscriminelen naar hier gehaald. Het is een match made in heaven, een vruchtbare voedingsbodem voor het tot stand komen van die derde tak, na xtc en amfetamine, nu de crystal meth.

Maar de kopstukken zijn wel Nederlanders.

Arthur Debruyne: Ik beschrijf in het boek de ontmanteling van een drugslab in Herstal, in 2021. Dat is een typische case: in 80 procent van de gevallen zijn de investeerders, de kopstukken die aan de touwtjes trekken en het geld opstrijken, Nederlanders. Dat blijkt uit informatie van de politie, van magistraten en onderzoekers.

En dat bleek ook uit mijn eigen onderzoek. Ook hier werden de Mexicanen, via een Mexicaanse tussenpersoon die voor koks zorgde, naar Nederland en België gehaald. Het zijn de Nederlandse investeerders die de grote winsten ophalen. De koks krijgen geld per geproduceerde kilo. Als er niets geproduceerd wordt, worden ze ook niet betaald. Intussen zijn in Nederland en België al 29 Mexicanen opgepakt in de productie van methamfetamine.

In welke orde van grootte moet ik me die winsten voorstellen?

Arthur Debruyne: De grote winsten vallen te rapen in de landen waar de drugs naar geëxporteerd worden, zoals Australië. Om een kilogram meth te maken, moet je zo’n 3000 tot 3500 euro investeren. De straatwaarde van een kilo crystal meth is zo’n 300.000 Australische dollar (178.400 euro), een ongelofelijk grote winstmarge.

Slechts een minieme fractie gaat naar de Mexicanen. Zij hebben niets te maken met de afzet van die drugs. Het zijn eigenlijk zelfstandige freelancers, klusjesmannen bijna, die om hun expertise aan de slag worden gezet. Bij de labs die in beslag genomen zijn, zijn ook nooit wapens gevonden. Het gaat dus ook niet om Mexicaanse kartels die hier in België of Nederland voet aan de grond zouden hebben om bijvoorbeeld België en Nederland uit de markt te drukken.

Wat is de rol van Big Pharma in dit hele plaatje?

Arthur Debruyne: In de VS is er zeker een medeplichtigheid. Vandaag heerst er in sommige staten een ongemene verslavingscrisis die grote menselijke schade veroorzaakt, aangedreven door de farma-industrie. Die is mee verantwoordelijk voor het overdadig voorschrijven van de op heroïne lijkende pijnstiller fentanyl. Door het massale gebruik op straat in steden als Los Angeles, New York of Philadelphia is dat helemaal ontspoord. Dat is een gigantisch probleem dat onomwonden is veroorzaakt door de farma-industrie.

Europese farmabedrijven hebben methamfetamine ooit legaal verkocht in Nederland, België en Duitsland. Daar is met allerlei marketingcampagnes ook grote vraag naar gecreëerd. Onder de naam pervitin werd deze drug op grote schaal gebruikt voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog, onder meer door het naziregime om de soldaten op te peppen.

***

Zevenkoppig monster

Of het nu gaat om cocaïne of synthetische drugs, de illegaliteit en de criminele netwerken, de gigantische geldstromen die er circuleren, de wapens en het geweld, het blijft een boomende business die problemen creëert. In Latijns-Amerika woedt al decennia met de steun van de VS een war on drugs, die nauwelijks aarde aan de dijk heeft gebracht, integendeel. In Colombia en Mexico hebben zowel de rivaliserende kartels als de oorlog tegen die kartels ontelbare mensenlevens gekost en voor een militarisering van hele gebieden gezorgd.

In het verleden heeft de war on drugs, met het besproeien van cocavelden met glyfosaat en de militarisering van hele gebieden alleen maar gezorgd voor een balloon effect: het probleem wordt op de ene plaats de kop ingedrukt en steekt elders in twee- of drievoud opnieuw de kop op.

Toen de kartels van Medellin en Cali werden opgedoekt, zijn ze verplaatst naar Mexico. Het kartel van Sinaloa in Mexico heeft nu zijn arm in Ecuador, Los Choneros genaamd. Los Choneros worden op hun beurt in Ecuador bestreden door Los Lobos, die de Ecuadoraanse medewerkers zijn van een afsplitsing van het kartel van Sinaloa, Jalisco Nueva Generación genaamd. Er zijn ontwikkelingsprogramma’s opgezet voor arme boeren om hen alternatieve legale gewassen te laten verbouwen. Maar die projecten strandden op een gebrek aan infrastructuur of markttoegang, of te lage prijzen.

De Mexicaanse president Lopez Obrador beweert dat de oorlog tegen de drugs voorbij is.

Arthur Debruyne: Hij heeft dat inderdaad gezegd op een van zijn campagnemeetings voor hij president werd. Maar eenmaal aan de macht heeft hij de strijd verder gezet, net als zijn voorgangers Calderón en Peña Nieto maar vermomd in een discours van progressieve hervormer.

Dat mag blijken uit de verschillende pogingen om Ovidio Guzman, de zoon van El Chapo, te vatten. De tweede arrestatiepoging was een ware veldslag, waarbij men met zware mitralleurs het dorp onder vuur heeft genomen. De toedracht is nog steeds met een mist van officiële geheimhouding omgeven. Lopez Obrador heeft ook zijn belofte gebroken en het leger niet van de straten gehaald. Dat leger heeft ook macht over allerlei civiele infrastructuur. Het blijft kopstukken oppakken en achtervolgen.

Is legaliseren een oplossing? Een werkgroep van Latijns-Amerikaanse ex-presidenten die zich over de problematiek buigt, pleit voor beperkte legalisering van softdrugs. Zij pleiten er ook voor om meer in te zetten aan de kant van de gebruiker, met focus op het gezondheidsaspect.

Arthur Debruyne: Legaliseren is geen manier om de georganiseerde misdaad haar verdienmodel af te nemen. Ze vindt er wel weer iets op: een parallelle markt voor sterkere drugs dan het spul dat in het legale circuit wordt verkocht. Of ze boort een andere illegale business aan. Zolang er een vraag is, zullen de illegale circuits en het aanbod blijven bestaan.

Het is een zevenkoppig monster: hoe meer de drugscriminaliteit lijkt te verharden, hoe meer de autoriteiten voor de harde aanpak kiezen. Maar de paradox van drugsbestrijding is dat ze criminelen doet innoveren: nieuwe, moeilijker te detecteren manieren om te smokkelen, vernieuwende productiemethoden voor synthetische drugs. Het gebruik van nog meer geweld zelfs.

En ondanks — of misschien juist dankzij — alle bestrijding wordt er meer cocaïne dan ooit naar België en Nederland verscheept. Dan moet je je toch afvragen: heeft het nog zin? Of doen we aan symptoombestrijding van problemen met veel diepere oorzaken?

Drugskoks, dealers, uithalers en drugsafvaldumpers: het is laaghangend fruit voor justitie en politie. Maar moet er iemand van chemiebedrijf 3M voor de rechter vanwege het lozen van PFAS in de omgeving?

De Mexicaanse methode door Arthur Debruyne is verschenen bij Ambo|Anthos. 320 blz. ISBN 9789026358708.