Antropoloog Juan Martínez d’Aubuisson over de ‘oorlog aan de bendes’ in El Salvador
‘Het bendegeweld van de straat maakte plaats voor de maffia van de staat’
Een jaar geleden verklaarde de Salvadoraanse president Nayib Bukele de oorlog aan de eens zo machtige bendes in het land. Een beter georganiseerde criminele organisatie nam hun plek in, zegt antropoloog en journalist Juan Martínez d’Aubuisson: de maffia van de staat, geleid door dezelfde Bukele.
Een gevangenbewaarder tijdens een rondleiding in het Terrorism Confinement Center. Het gevangeniscomplex is volgens de president van El Salvador, Nayib Bukele, ontworpen om 40.000 gevangenen vast te houden.
© Reuters
Een jaar geleden verklaarde de Salvadoraanse president Nayib Bukele de oorlog aan de eens zo machtige bendes in het land. Met succes: in buurten waar de bendes de dienst uitmaakten is de rust teruggekeerd. Maar een nog machtiger criminele organisatie heeft intussen hun plek ingenomen, waarschuwt antropoloog en journalist Juan Martínez d’Aubuisson: een maffia van de staat, geleid door diezelfde Bukele.
De avond is gevallen in La Campanera, een stoffige buurt aan de rand van de Salvadoraanse stad Soyapango. Bij een voetbalveldje zijn voltallige families bijeengekomen voor de finale van de plaatselijke voetbalcompetitie. Vrouwen verkopen chips van gefrituurde bakbanaan overgoten met pikante saus. Met de ramen naar beneden rijdt een politiepatrouille voorbij. De sfeer is gemoedelijk. Alsof het hier nooit anders is geweest.
Toch is het een ongezien tafereel voor de tienduizend bewoners van La Campanera. De buurt – die bestaat uit één weg met daaraan talloze smalle, onbestrate steegjes – was jarenlang het bolwerk van de Mara Barrio 18, een van El Salvadors grootste criminele bendes. Voor de bewoners betekende dat een leven onder constante terreurdreiging van deze gewelddadige pandilla (Spaans voor bende, red.).
Elke misstap kon je laatste zijn. Een potje voetbal spelen in de avond? Verboden door de pandilla_,_ op straffe van de dood. Na zonsondergang op straat zijn? Idem. Eten verkopen? Dat betekende wekelijks betalen aan de bendes, voor wie drugshandel en afpersen de grootste inkomstenbronnen waren.
‘70.000 pandillero's
controlleerden zo’n 80% van het Salvadoraanse grondgebied.’
Voor iedereen van buitenaf gold de buurt eenvoudigweg als onbegaanbaar terrein. Van politie tot pizzabezorgers, niemand waagde zich in La Campanera, schrijft de onlinekrant El Faro in een reportage over de buurt. Hetzelfde gold in talloze andere buurten in El Salvador, waar een geschatte 70.000 pandillero's zo’n 80% van het Salvadoraanse grondgebied controleerden.
Dat is verleden tijd. Een jaar geleden verklaarde Salvadoraans president Nayib Bukele de ‘oorlog aan de bendes’, nadat die in één weekend 87 mensen hadden vermoord. Wat velen onmogelijk hadden geacht, gebeurde: de bendes verdwenen uit het dagelijkse leven van de Salvadoranen.
De slachtpartij was een vergeldingsactie van de Mara Salvatrucha 13 – de grootste pandilla van het land – tegen de regering van Bukele, getuigden kopstukken van de bende in El Faro. De regering zou het – geheime – pact met deze bende hebben geschonden. Dat voorzag onder andere in privileges voor bendeleiders in de gevangenis. In ruil daarvoor beloofden de bendes de moordcijfers laag te houden. Opgenomen gesprekken tussen de bendeleiders en een hoge ambtenaar bevestigden hun verhaal.
Rust keert terug
Het was Bukele die uiteindelijk aan het langste eind zou trekken. Hij riep een zogeheten ‘uitzonderingsregime’ uit in reactie op de moordpartij, dat sindsdien maandelijks is verlengd.
Het was het begin van een nietsontziende klopjacht op de bendes. Het voorbije jaar arresteerden het leger en de politie bijna 70.000 vermeende bendeleden of collaborateurs, zonder aanklacht of het recht op een advocaat. Minstens 90 van hen zijn onder dubieuze omstandigheden overleden in de overvolle gevangenissen.
De ‘oorlog aan de bendes’ lijkt nu zijn vruchten af te werpen: in buurten waar voorheen de bendes de dienst uitmaakten, is de rust teruggekeerd. Dat zeggen bewoners in verschillende journalistieke reportages, zoals het verslag van El Faro in La Campanera. Het aantal officieel geregistreerde moorden daalde met de helft ten opzichte van het jaar ervoor. Ook melden ondernemers dat ze niet langer afgeperst worden.
‘De Salvadoraanse mara's, de bendes, zijn ontmanteld’, zegt ook Juan Martínez d’Aubuisson, sociaal-cultureel antropoloog, schrijver en journalist in El Salvador. Martínez schreef verschillende boeken over het fenomeen van de pandilla’s, met wie hij een tijd samenleefde voor onderzoek. Net zoals mensenrechtenorganisaties als Amnesty International en Human Rights Watch wijst hij op de grootschalige mensenrechtenschendingen en de uitholling van de democratische rechtstaat waarmee Bukele’s uitzonderingsregime gepaard gaat.
‘Bukele zette de wetgevende macht naar zijn hand door rechters en aanklagers te vervangen door types die hem welgezind zijn.’
En dat is nog niet het ergste, zegt Martínez. Hij stelt dat Bukele de pandillas van de kaart heeft geveegd om plaats te maken voor een ‘beter georganiseerde, efficiëntere en gewelddadigere vorm van criminaliteit’: een maffiastaat geleid door dezelfde Bukele.
Wat dat is, legt Martínez haarfijn uit in een telefonisch interview: ‘Een criminele organisatie, geleid door één persoon, die bezit heeft genomen van de Salvadoraanse staat om zichzelf te verrijken met illegale activiteiten en het staatsapparaat inzet om tegenstanders uit de weg te ruimen. Een klassieke maffiastructuur dus, maar dan één die opereert vanuit de staat.’
Bewijzen daarvoor zijn er te over, zegt Martínez. Bukele controleert sinds 2021 alle pijlers van de macht. Zijn partij ‘Nieuwe Ideeën’ won dat jaar de meerderheid van de parlementszetels. Ook de wetgevende macht zette Bukele naar zijn hand door rechters en aanklagers te vervangen door types die hem welgezind zijn. Zo schorste de door hem aangewezen openbaar aanklager lopende onderzoeken naar corruptie, verduistering en illegale aankopen tijdens Bukele’s regime.
Zaken die aan het licht kwamen onder andere door publicaties van Martínez en andere media: ‘Met collega’s van El Faro, Insight Crime en Factum hebben we een enorm dossier aangelegd met bewijzen van corruptie, illegale contracten en de structurele vernietiging van alle instanties voor transparantie. En wij zijn niet de enigen: de Verenigde Staten hebben onder andere Bukele’s kabinetschef en de directeur van het gevangenissysteem op sanctielijsten gezet wegens corruptie en mensenrechtenschendingen.’
Vóór zijn oorlogsverklaring aan de mara's zou Bukele jarenlang geheime pacten met hen gesloten hebben. Onder meer in ruil voor electorale steun en een vermindering van het bendegeweld. Dat bevestigen verschillende bronnen, waaronder El Faro en het Juridische Departement van de Verenigde Staten. Waarom veranderde Bukele zo radicaal van strategie?
**Juan Martínez d’**Aubuisson: Ik geloof niet dat het hier om een verandering van strategie gaat. Het is een tactiek die Bukele al vanaf het begin van zijn regeringsperiode bewust heeft toegepast om alle vormen van weerstand tegen zijn regime uit de weg te ruimen. Niet alleen van de mara's, maar ook van politieke partijen, vakbonden en kerken.
Telkens paste hij een vergelijkbare strategie toe: eerst zoekt hij toenadering en begint hij een vorm van onderhandelingen. Daarna verzwakt hij wie hem dwarsligt, en ten slotte veegt hij hij die van de kaart. Alleen wie hem van nut is mag aanblijven. Zoals met zijn politieke partij Nieuwe Ideeën, waarvan de leden bijna allemaal uit de traditionele partijen FMLN en Arena afkomstig zijn. Van die partijen zelf is niets meer over, ze hebben geen politiek gewicht meer. Nieuwe Ideeën heeft nu de meerderheid in de regering en in het parlement.
Hetzelfde deed hij met de vervoersbonden, die in El Salvador veel macht hebben. Hij verwoestte de bonden die niet wilden buigen. Hoe? Met bedreigingen, arrestaties, het afnemen van vergunningen. Con joderlos (door ze te verneuken, red.).
Geen tegenstand
Bukele’s regering is niet de eerste om met hard op te treden tegen de bendes in El Salvador. Wat is het verschil met voorgaande regeringen?
Martínez: Het grootste verschil is dat deze aanpak even illegaal als inconstitutioneel is. In het verleden stuitte dat ook al op politieke tegenstand. Toen de partij Arena in 2003 aan de macht was en het eerste Plan Harde Hand invoerde, stuitte ze op felle kritiek van de oppositiepartij FMLN. Het gerechtelijk systeem weigerde om de talloze gearresteerde jongeren te vervolgen, omdat die veelal zonder aanleiding waren aangehouden. En dus werden ze weer vrijgelaten. Ook het extreem repressieve beleid van Sánchez Cerén (2014-2019) werd van alle kanten veroordeeld.
Mara of pandilla?
Een mara is een soort pandilla die zijn oorsprong vindt in Californië en nu de Centraal-Amerikaanse variant is van een pandilla. Maras hebben een grotere organisatie en meer verticale hiërarchie dan pandillas en worden gekenmerkt door extreme niveaus van geweld.
‘De bendes kregen politieke macht en raakten verkleefd met de bovenwereld.’
Het verschil is dat Bukele geen enkele tegenstand heeft. Niemand haalt het in zijn hoofd om tegen zijn autoritaire maatregelen in te gaan.
Een ander verschil is dat de bendes zelf zijn veranderd. In de jaren 2000 waren de mara's in essentie nog bendes volgens de klassieke definitie: grote groepen jongeren die opereerden in cellen, ongeorganiseerd, hoogst gewelddadig en met een grote territoriale controle. Hun identiteit was vooral gebaseerd op de eeuwige strijd met andere bendes en was omgeven met rituelen en symboliek.
Maar ze evolueerden en tegen 2012 waren deze bendes zo goed georganiseerd, met zoveel strijdkracht, territoriale controle en zowel een politieke als diplomatieke visie, dat de regering hen een bestand aanbood. Sindsdien veranderden de identiteit en de structuur van de mara's: ze staakten hun oorlogen met andere bendes en hun structuur transformeerde tot die van een maffia. Ze kregen politieke macht en raakten verkleefd met de bovenwereld, van politieke partijen tot kerken en zelfs universiteiten.
Welke gevolgen heeft dat voor de bendes?
Martínez: Gedurende dat proces lieten ze geleidelijk hun territoriale controle los. Ze hielden op met het massaal rekruteren van nieuwe bendeleden. Maar daardoor verliezen ze ook slagkracht om extreem geweld uit te oefenen.
Toen de regering van Sánchez Cerén het bestand verbrak in 2015, ontketenden de mara's een felle oorlog tegen de staat. Met moorden op soldaten, politieagenten, gevangenisbewakers en hun familieleden. Heel veel moorden. Maar daarmee overspeelden ze hun hand. Het leger, de politie en de burgermaatschappij verenigden hun krachten om de bendes een nieuwe slag toe te brengen.
‘In meerdere gevallen saboteerde El Salvador de uitlevering van bendeleiders.’
De staat won uiteindelijk die oorlog. Dagelijks stierven gemiddeld zestien bendeleden, van wie de meesten buitengerechtelijke executies waren. De bendes kwamen erg verzwakt uit die strijd. Bovendien zaten hun leiders in de gevangenis en waren ze dus van de buitenwereld afgesneden. Elke vorm van communicatie was verboden, ook niet met advocaten of familie. Dat is een schending van mensenrechten, maar het gebeurde.
Dus toen Bukele aan de macht kwam, hadden de bendes al zware klappen gekregen. Ze wisten dat ze niet nogmaals die strijd konden aangaan. Bukele hoefde in feite het werk alleen nog maar af te maken. Dat deed hij door de bendeleden op straat, hun collaborateurs en sociale basis, ex-pandillero's en een groot aantal onschuldigen massaal op te pakken. De bende-elites kocht hij af met gunsten.
Gunsten als?
Martínez: Vrijheid. Van enkele kopstukken, bendeleiders met gevangenisstraffen tot 300 jaar, weten we met zekerheid dat ze zijn vrijgelaten. Een andere gunst is de belofte om niet uitgeleverd te worden aan de Verenigde Staten: in meerdere gevallen saboteerde El Salvador deze uitleveringen van bendeleiders.
Maffia van de staat
In een artikel in de Washington Post stelt u dat de maffia van de staat de plek van de mara's heeft ingenomen als dominante criminele organisatie in El Salvador. Welke gevolgen heeft dat voor de bevolking?
Martínez: De maffia van de pandilla's had concrete gevolgen voor de Salvadoranen. Neem de massale afpersingen die de economie lamlegden, het endemische geweld op straat, het bestaan van onzichtbare grenzen.
De maffia van de staat heeft andere, minder zichtbare maar even zware consequenties: het einde van de democratie, een steeds minder transparante staat, het plunderen van de staatskas, de aanval op de scheiding der machten, het verzwakken van staatsinstellingen en het uitblijven van gerechtigheid.
Zijn de mara's voorgoed van de kaart geveegd? Of zullen ze muteren in een nieuwe criminele organisatie?
Martínez: Dat is moeilijk te zeggen. Wat zijn de mara's er nauwelijks in geslaagd om organisatiestructuren buiten El Salvador te creëren. Tegelijkertijd lopen duizenden, merendeels minderjarige, bendeleden nog vrij rond. Van de tienduizenden minderjarige mareros zijn er maar 3000 opgepakt. Dat wil zeggen dat er nog genoeg mareros zijn in El Salvador.
‘De 70.000 gevangenen zijn een hete aardappel, een tikkende tijdbom.’
De mara's zijn daarentegen verdwenen. En met een autoritaire staat gecontroleerd door het leger en de politie, zie ik momenteel weinig mogelijkheden voor nieuwe pandillas.
Bukele heeft bijna 70.000 vermeende pandillero's gearresteerd. Wat staat hen te wachten?
Martínez: Ik vrees dat deze mensen niet meer vrijkomen. De 70.000 gevangenen zijn een hete aardappel, een tikkende tijdbom. Hen vrijlaten zal politiek moeilijk te verantwoorden zijn. In ieder geval niet onder Bukele, en ook een volgende regering – als die er nog komt. Niemand zal er zijn vingers aan willen branden. Het is een triest gebeuren, ik ken vele gevangenen.
Op menselijk vlak breekt het mijn hart. Maar op academisch niveau, als antropoloog, is het een interessante tijd. Het gebeurt niet vaak dat je getuige bent van de transitie van een maffia van de straat naar een maffia van de staat. Dat de ene criminele groep de andere verdringt.
Onderzoek naar dit fenomeen zal nieuwe inzichten geven in globale criminele processen. Helaas bekijken weinig mensen het op deze manier.