‘Het zal ons meer doden kosten, maar we kunnen niet anders dan vechten voor vrede’

Interview

Strijden voor mensenrechten is nergens gevaarlijker dan in Colombia

‘Het zal ons meer doden kosten, maar we kunnen niet anders dan vechten voor vrede’

‘Het zal ons meer doden kosten, maar we kunnen niet anders dan vechten voor vrede’
‘Het zal ons meer doden kosten, maar we kunnen niet anders dan vechten voor vrede’

Een jaar staat president Iván Duque aan het hoofd van Colombia, maar van vrede is alles behalve sprake ondanks het akkoord uit 2016. Dé schandvlek op het curriculum van Duque zijn de moorden op gemeenschapsleiders en sociale activisten. Opkomen voor sociale en mensenrechten is in Colombia levensgevaarlijk, dat weten ook Elendy Cuero en Paola Rivadeneira.

© Javier Perugachi

Elendy Cuero en Paola Rivadeneira met Amnesty International Belgium in Mundana vzw.

© Javier Perugachi

‘Selfies nemen mag. Graag zelfs’, vertellen mensenrechtenverdedigers Erlendy Cuero en Paola Rivadeneira. Hoe meer zichtbaarheid hun bezoek aan Europa krijgt, hoe minder hun leven gevaar loopt wanneer ze terugkeren naar Colombia.

Want opkomen voor mensenrechten is een dodelijke aangelegenheid in Colombia. Dé schandvlek op het curriculum van president Iván Duque als president van Colombia zijn de moorden op gemeenschapsleiders en sociale activisten. Op 27 juli kwamen nog tienduizenden Colombianen in heel het land, en in meer dan vijftig steden wereldwijd, de straat op in verdediging van het leven van sociale leiders. Duque staat nu één jaar aan het hoofd van het land, maar dat geeft vele Colombianen weinig reden tot vieren.

Opkomen voor mensenrechten is een dodelijke aangelegenheid in Colombia

De huidige regering heeft, met Duque aan het hoofd, een heel andere kijk op vrede dan de vorige, die met ex-president en Nobel van de Vrede Juan Manuel Santos het vredesakkoord met de FARC-guerrilla onderhandelde. President Duque won de verkiezingen vorig jaar met de belofte dit vredesakkoord opnieuw te onderhandelen. Duque’s mentor, ex-president Alvaro Uribe, leidde bij het referendum in 2016 de campagne tegen het vredesakkoord.

Volgens het Instituut van Studies voor Ontwikkeling en de Vrede (Indezpaz) werden er tijdens de eerste honderd dagen van Duques presidentschap in Colombia 140 sociale leiders vermoord. Het land dat nog steeds op zoek naar vrede lijkt, zette de eerste zes dagen van dit jaar in met een vermoorde sociale leider per dag. Een wakker middenveld in Bogotá reageert op de moorden op mensenrechtenverdedigers met wakes en protestmarsen.

Het echte werk voor vrede en gerechtigheid speelt zich af bij de gemeenschappen die slachtoffer waren van de oorlog in de territoria, ver weg van de hoofdstad, waar het gewapend conflict meer dan een halve eeuw woedde en meer dan 200.000 doden en 6,9 miljoen intern ontheemden achterliet. Deze mensenrechtenverdedigers, sociale activisten en gemeenschapsleiders zijn de vurigste verdedigers van de vrede en lopen vandaag in Colombia groot gevaar.

Duque werkt ondertussen het vredesakkoord tegen. In maart uitte hij in een officiële televisietoespraak bezwaar tegen de wet die de werking van de Vredesrechtbank (het zogenaamde tribunaal, de Speciale Jurisdictie voor de Vrede, dat oorlogsmisdaden moet bestraffen, red.) vastlegt. De wet was al in 2017 door het Congres en met steun van het Hooggerechtshof goedgekeurd.

In juni dit jaar sprak het Hooggerechtshof opnieuw zijn steun uit voor de Vredesrechtbank. Duque zag zich genoodzaakt in te binden. De Colombiaanse vrede heeft het samen met zij die haar nastreven uiterst moeilijk.

© Nelson Cárdenas

‘Duque, jij bent geen president’ — Optocht om gerechtigheid te eisen voor de vermoorde sociale leiders in Colombia. Bogotá, 27/07/2019

© Nelson Cárdenas

Op uitnodiging van Amnesty International Belgium waren mensenrechtenverdedigers Erlendy Cuero en Paola Rivadeneira in juni te gast in het Latijns-Amerikacentrum Mundana. Buiten wisselden donderwolken en verwarmende zonnestralen elkaar af, een illustratie van het gemoed van de avond. Hun verhaal toont hoe groot intern verdriet gepaard kan gaan met een enorme kracht. Hun persoonlijke verhalen benadrukken de dringende noodzaak van de vredesinstituties, die in het huidige politieke bestel tegenwerking krijgen.

Cuero en Rivadeneira, respectievelijk vice-presidente en penningmeester van Afrodes, een organisatie die ontheemde Afro-Colombiaanse gemeenschappen ondersteunt, zijn twee goedlachse vrouwen. Ze stralen kracht uit en bezitten een grote kennis over hun geschiedenis en de te bewandelen weg voor de Afro-Colombiaanse gemeenschappen die ze vertegenwoordigen. Erlendy beschrijft zichzelf als Afro-Colombiaanse, slachtoffer van het gewapend conflict en vrouw. Ze staan beiden recht in hun schoenen en kennen hun verhaal. Met een warme glimlach, resolute stem, maar diep verdriet in de ogen, vertellen ze hun verhaal.

Interne genezing

Achter een geschiedenis van oorlog en territoriaal, cultureel, sociaal en persoonlijk verlies voor Afro-gemeenschappen in Colombia verschuilen zich persoonlijke drama’s, maar ook een afgelegde weg van individuele en gezamenlijke genezing.

Kunnen jullie de rol van de vrouw in de onophoudelijke vredesopbouw van de Afro-Colombiaanse gemeenschappen beschrijven? Zichtbaar, maar ook de onzichtbare strijd.

Erlendy Cuero: Voor vrouwen is een duurzame vrede in het land zo belangrijk. We verloren onze zonen, mannen en broers. Ondanks de moeilijkheden blijven wij voor vrede vechten. Het zal ons meer doden en verdriet kosten, maar er is geen andere weg dan voor deze vrede, die alle Colombianen op de ene of andere manier verlangen, te vechten.

Vandaag vergeet Colombia haar vrouwen. Eender welke gewapende groep kan misbruik van ons maken. Ons lichaam was symbool van de oorlog. Vooral het lichaam van de zwarte vrouw is gebruikt geweest. Zonder rekening te houden met het lijden dat dit voor haar meebrengt.

‘We hadden geen stem om te roepen’

We hadden geen stem om te roepen, om te zeggen dat het pijn doet. We konden geen genezingsproces beginnen omdat we onze doden moesten bijeenrapen, toekijken hoe het bloed van onze zonen vloeide. Als vrouwen hebben wij ook recht op respect, dat ze ons beschermen, dat een land voor ons uitkijkt.

Dit gebeurt niet.

Leden van Afrodes op een protestmars om gerechtigheid te eisen voor de vermoorde sociale leiders in Colombia. Bogotá, 27/07/2019

© Nelson Cárdenas

**Is de genezing al in gang gezet, of kan dat pas na de strijd voor vrede en gerechtigheid in de Afro-Colombiaanse gemeenschappen?
**

Erlendy Cuero: Om vooruit te kunnen, hebben wij onze eigen genezingsprocessen in gang gezet. De meerderheid van de slachtoffers van seksueel geweld praten niet, ze houden de pijn bij zich.

Paola Rivadeneira: Kunnen uitspreken wat er gebeurd is, is belangrijk om te genezen. Het is een proces van vertrouwen vinden om ons verhaal aan de gemeenschap te vertellen. Het gaat er om een route op te zetten om te kunnen genezen en inzien dat het niet onze schuld was.

Vandaag maken wij aan de Colombiaanse staat kenbaar dat we slachtoffers zijn. Bovenop de meerdere rechten die geschonden zijn, moesten we erkenning krijgen voor het seksueel misbruik dat ons is aangedaan.

Gebeurt die genezing vooral intern, op gemeenschapsniveau of ook institutioneel?

Erlendy Cuero: Het is vooral intern en binnen onze gemeenschap. Wij hebben als zwarte vrouwen onze eigen genezingsprocessen en rouw. We vinden elkaar met onze sabedoras, raadsvrouwen die in ons territorium wonen. Zij bezitten de juiste woorden om te genezen; vanbinnen, maar ook vanbuiten.

‘Wij organiseren ons opdat de vrouw erkend wordt als slachtoffer binnen het gewapend conflict, maar dat ook haar rol erkend wordt’

Paola Rivadeneira: Rechtstaan na seksueel geweld is bijna onmogelijk. Wij hebben niet de begeleiding gekregen die slachtoffers van seksueel geweld zouden moeten krijgen. Wij organiseren ons opdat er naar ons geluisterd wordt en de vrouw erkend wordt als slachtoffer binnen het gewapend conflict, maar ook dat er erkend wordt dat zij een belangrijke rol speelt.

Erlendy Cuero: Ik heb er elf jaar over gedaan om te vertellen wat mij was overkomen. Ik was bang, ik voelde me verantwoordelijk voor wat er gebeurd was. Ik moest de pijn jaren binnen in mijn ziel meedragen.

Paola Rivadeneira: We liepen zo lang rond met deze pijn tot we beslisten: ‘We staan recht, er is geen andere manier. Wachten tot ze ons recht helpen is geen optie.’

Een familie rechthouden


Hielpen de vredesakkoorden en de hieruit resulterende vredesinstituties jullie hierbij?

Erlendy Cuero: Dit proces, de erkenning die we samen in gang zetten, vond plaats voor het vredesproces startte. Toch is het vredesproces, en vooral de Waarheidscommissie, cruciaal. Dankzij deze instantie kunnen we uitspreken wat er gebeurde en vertellen dat er verantwoordelijken zijn voor wat ons overkwam.

Paola Rivadeneira: De strijd van de Afro-Colombiaanse vrouw om als slachtoffer erkend te worden, en in aanmerking te komen voor eerherstel, is een van de belangrijkste strijdpunten van Afrodes. Wij eisen onze rechten als vrouw op. Niet als eender welke slachtoffers, maar als vrouwen die heel veel op hun schouders hebben moeten dragen. De overheid ziet dat er een familie van haar land verdreven is, maar er is geen begrip dat de vrouw dit binnen deze familie allemaal op zich moest nemen.

‘De Afro-Colombiaanse vrouw is protagonist van de vredesopbouw omdat zij zich genoodzaakt ziet het leven aan te gaan’

Onze onophoudelijke strijd heeft te maken met het uit elkaar vallen van een gezin, een thuis, wanneer er geweld en mensenrechtenschendingen plaatsvinden. De Afro-Colombiaanse vrouw is protagonist van de vredesopbouw omdat zij zich genoodzaakt ziet het leven aan te gaan. Oorlog brengt catastrofes met zich mee en meestal is het de vrouw die de gevolgen op zich moet nemen. Ik heb het hier over het rechthouden van de familiekern als hoofd van de familie na een breuk. Haar enige doel is de familie staande te houden met de middelen die ze heeft.

Niettegenstaande tegenwerking van president Duque en zijn politieke partij Centro Democrático is de Vredesrechtbank (JEP in Spaanse acroniem) dan toch (opnieuw) goedgekeurd in het parlement. Hoe belangrijk is dit voor jullie?

Erlendy Cuero: Eigenlijk is Duque geen president. Hij voert uit wat ex-president Uribe hem voorschrijft. Uribe is een van de bloedigste mannen uit de geschiedenis van ons land, een ultrarechtse man die het paramilitarisme sponsort in Colombia. Uribe stond niet achter het vredesakkoord. Het interesseert hem niet. De doden zijn van ons. Het zijn niet zijn kinderen, het is niet zijn familie. Uribe is tegen de overgangsjustitie, want daar zal over dingen gepraat worden die het daglicht niet verdragen, over hoeveel zakenmensen en multinationals verwikkeld waren in de bloedbaden in onze territoria.

Paola Rivadeneira: Het is nog maar heel recent, twee weken geleden, dat Afrodes de verslagen kon voorleggen over hoe het met onze zwarte slachtoffers en vrouwen gaat. We blijven doorgaan, stap voor stap, maar altijd vooruit.

Erlendy Cuero: Het is voor ons heel belangrijk dat de structuren opgezet na het vredesakkoord blijven bestaan. Die zorgen er voor dat wij de waarheid kennen en gerechtigheid bekomen.

© Nelson Cárdenas

Optocht om gerechtigheid te eisen voor de vermoorde sociale leiders in Colombia. Bogotá, 27/07/2019

© Nelson Cárdenas

Meervoudige ontworteling

Land moeten achterlaten, waar een gemeenschap generaties lang woonde, impliceert een geschiedenis – en daarmee ook een toekomst – en een cultuur verliezen.

Herinneren jullie zich een tijd van vrede in jullie territoria?

Paola Rivadeneira: Wij zijn afkomstig van de zone van Buenaventura. We woonden in een klein dorp midden in de jungle. We waren er gelukkig tot we moesten vluchten. Als je nu naar ons dorp gaat, wil je niet blijven. Het is er verlaten.

Er rondwandelen boezemt angst in. Je weet niet of je nog terugkomt. Wij herinneren ons hoe het in ons dorp was toen het er nog rustig was. Maar we herinneren ons ook de oorlog en hoe ze onze familie’s hebben gedood, onze leiders vermoord, hoe ze ons van ons land hebben verjaagd. Vandaag leven we verspreid over heel het land. Het is catastrofaal.

Erlendy Cuero: Onze gemeenschappen zijn ontstaan uit een geschiedenis van slavernij. Het heeft ons veel moeite gekost om onze dorpen in onze territoria op te bouwen. Vandaag zien we dat het gewapend conflict ons dit heeft afgenomen, opnieuw. Deze verliezen zijn heel moeilijk te aanvaarden. Het conflict heeft onze levenswijzen aangetast.

Verbeterde de situatie van de Afro-Colombiaanse gemeenschappen met het vredesakkoord?

Erlendy Cuero: (Resoluut) Nee.

Hoe beschrijven jullie symbolisch het verschil tussen leven in jullie territoria en in de grote steden waar Afro-Colombianen na de ontheemding terechtkwamen?

Erlendy Cuero: De discriminatie in de grote steden is structureel. Onze jongeren willen hun geschiedenis niet kennen. Ze willen niet zwart zijn omdat ze bang zijn van het stigma.

Het is een heel nieuwe strijd. Soms erger dan wat we al meemaakten. Op het platteland hadden we te eten, in de stad niet. In de grote steden rekruteren ze onze jongeren voor prostitutie, voor microtrafiek van drugs. Ze ronselen hen om moordenaars van te maken, om verschrikkelijke dingen te doen in ruil voor enkele pesos zodat ze kunnen eten.

‘Het is een heel nieuwe strijd. Soms erger dan wat we al meemaakten’

Paola Rivadeneira: Wanneer een volk geslagen en verslagen is, een volk in leed, dan past dit volk zich aan en vergeet het waar het vandaan komt. Vandaag passen wij ons als Afro-Colombiaanse gemeenschappen aan aan de cultuur die we vinden in de volkswijken van de steden. Zo verliezen we de solidariteit tussen de leden van onze gemeenschap.

Colombia, het gevaarlijkste land wereldwijd voor mensenrechtenverdedigers

© Nelson Cárdenas

Een lijst met namen van slachtoffers bij een optocht om gerechtigheid te eisen voor de vermoorde sociale leiders in Colombia. Bogotá, 27/07/2019

© Nelson Cárdenas

Volgens onafhankelijke denktanks zijn er sinds het vredesakkoord tussen de FARC-guerrilla en de overheid in 2016 meer dan 700 gemeenschapsleiders en mensenrechtenactivisten vermoord. Afro-Colombianen, de inheemse bevolking en activisten uit landelijke gebieden zijn extra kwetsbaar. Vooral zij die land en natuurlijke rijkdom verdedigen zijn een doelwit en maken 71 procent van de slachtoffers uit. De geweldplegers zijn volgens een verslag van Indepaz ex-leden van paramilitaire groepen, illegale gewapende groepen zoals het Nationaal Bevrijdingsleger ELN, leden van de openbare ordediensten en losse gewapende groepen.

Front Line Defenders (FLD) bedeelt Colombia, met 126 vermoorde gemeenschapsleiders in 2018, met de verwoestende titel van het gevaarlijkste land wereldwijd voor mensenrechtenverdedigers. Sociale activisten in gebieden waar voorheen de FARC opereerde, en waar de staat na het vredesakkoord een vacuüm achterliet, zijn extra kwetsbaar.

Langs de kant van de overheid blijft het, afgezien van mooie woorden die geen uitvoering vinden, oorverdovend stil.

De Mensenrechtencommissie van de Verenigde Naties drukte in mei grote bezorgdheid uit voor de situatie van mensenrechtenverdedigers in het land. Eind juli toonde de VN-Veiligheidsraad zich ongerust voor de aanhoudende moorden op sociale- en gemeenschapsleiders en ex-FARC leden. De Veiligheidsraad riep Duque op er voor te zorgen dat een aantal aangekondigde maatregelen zich vertalen in concrete resultaten om aanvallen te voorkomen en verantwoordelijken voor het gerecht te brengen.

De minister van Defensie is ondertussen in een schandaal verwikkeld dat aan het pijnlijk verleden van falsos positivos herinnert (een schandaal waarbij onder president Alvaro Uribe burgers vermomd als guerrillero’s om het leven werden gebracht om de resultaten in de strijd tegen de FARC groter te doen lijken, red.). The New York Times verhulde afgelopen maand dat ook nu nog hoge legerrangen het bevel geven het resultaat van militaire acties tegen guerrilla en criminele organisaties te verdubbelen.

***

De dood is nooit ver weg in het verhaal van de Afro-Colombiaanse gemeenschappen. Erlendy en Paola geven de traditionele vorm van begrafenissen als illustratie van het verlies van hun cultuur in de steden.

Erlendy Cuero: Wij brachten onze doden niet naar het dodenhuis. Wij voerden onze rituelen uit in onze huizen omringd door de hele familie. In de steden kijken ze daar vreemd van op. In de steden brengen de mensen hun doden naar de begrafenisondernemer. Je kan je verdriet niet tonen. Je kan je doden niet vereren zoals wij dat deden en er kan niet voor hen gezongen worden want dat wordt raar bekeken.

Paola Rivadeneira Iedereen heeft een comfortzone waarbinnen hij of zij zich beschermd voelt. Een volk op zo’n verschrikkelijke wijze wegrukken van zijn land en naar de stad verjagen, brengt met zich mee dat dit volk zonder bescherming achterblijft, naakt, en niet wetende hoe hier mee om te gaan.

Vrede en de kans om terug te leven

Een volle zaal wacht om het verhaal van de Colombiaanse vrouwen te horen. We slaan de laatste vragen over om ons gesprek te eindigen bij de essentie: hoop, en de sleutelrol van het middenveld voor verandering in Colombia.

‘Vrede hernieuwt de noodzaak om te kunnen dromen’

Erlendy Cuero: Voor ons is vrede een kans om terug te leven, want nu leven we niet.

Paola Rivadeneira: Vrede hernieuwt de noodzaak om te kunnen dromen. Vrede opent de weg voor hoop en laat zo toe dingen op te bouwen. Angst zorgt ervoor dat onze volken geen risico’s meer nemen. Als we deze vrede omarmen kunnen we weer samen dingen opbouwen. Vooral voor onze kinderen, in vrede kunnen zij terug dromen.

© Nelson Cárdenas

Leden van Afrodes op een protestmars om gerechtigheid te eisen voor de vermoorde sociale leiders in Colombia. Bogotá, 27/07/2019

© Nelson Cárdenas