‘Hoe meer invloed de Emiraten hier krijgen, hoe meer ze afwijken van westerse standpunten’

Interview

Golfexpert Harry Verhoeven over de grote ambities van het ‘kleine Sparta’

‘Hoe meer invloed de Emiraten hier krijgen, hoe meer ze afwijken van westerse standpunten’

Vredesstichter, klimaatpionier of doodgewoon een machiavellistische strateeg? Mohammed bin Zayed, beter bekend als ‘MBZ’, is niet voor één gat te vangen. Maar wat is de werkelijke agenda van de leider van de Verenigde Arabische Emiraten? MO* sprak met Golfexpert Harry Verhoeven. ‘Je moet volgens MBZ hard toeslaan en soms brutale keuzes maken.’

Door het Dubai Frame, een protserige kader die maar liefst 150 meter boven de gelijknamige stad uittorent, krijg je een blik op het heden en verleden van de Verenigde Arabische Emiraten (VAE). Onder leiding van hun eerste president, Zayed bin Sultan al-Nahyan, en met de nodige olie-inkomsten, transformeerden de zeven emiraten van een handvol woestijndorpen en vissersgemeenschappen tot een moderne federatie met megalomane bouwprojecten en schijnbaar oneindige mogelijkheden.

Sinds de dood van Zayed bin Sultan al-Nahyan in 2004 laat zijn zoon Mohammed bin Zayed (MBZ) geen kans onbenut om de VAE in de schijnwerpers te werken. Kwistig strooiend met oliedollars zet hij volop in op wetenschap, sociale vrede, ontwikkeling en stabiliteit. Dat alles ondersteund met de nodige militaire slagkracht om ‘s lands belangen ook tot ver buiten de eigen grenzen te verdedigen.

Het succes van de laatste twintig jaar van de VAE is zeker en vast opmerkelijk, ziet ook Harry Verhoeven. De professor woonde jarenlang in Qatar en is nu verbonden aan de School of International and Public Affairs van Columbia University in New York. Hij schreef meerdere boeken over Afrika en het Midden-Oosten en is een notoir analist van de bredere regio.

‘Het economische succes, maar ook het beeld van Dubai als modern en functioneel, heeft weerklank in grote delen van de Arabische wereld en Afrika. Voor veel Nigerianen, Somaliërs of Soedanezen zijn de Emiraten een plek waar aan zaken gedaan wordt, waar de veiligheid van familie en kapitaal min of meer gegarandeerd is, en waar dingen mogelijk zijn die in het thuisland niet kunnen.’

Maar er is ook een keerzijde van die medaille. Het assertieve optreden van MBZ op het wereldtoneel wordt hem niet altijd in dank afgenomen. Dat is het grote verschil met zijn vader, vertelt Verhoeven: ‘Zayed bin Sultan al-Nahyan luisterde naar de mensen rondom hem en bracht vaak veel tijd met hen door. Hij was een ander soort staatshoofd, meer een tribale leider die mensen in de Emiraten en de bredere regio verenigde en op basis van consensus naar een oplossing zocht.’

Bovendien kon hij op die manier besturen, omdat het nog een andere wereld was met andere sociale normen. In de wereld van vandaag, met verhevigde globale en regionale rivaliteiten, heb je volgens MBZ niet meer de luxe om goedmenende en tijdrovende bijeenkomsten met alle betrokken partijen te organiseren. ‘Je moet hard toeslaan en soms cynische, brutale en duidelijke keuzes maken.’

Leidden die duidelijke keuzes ook tot duidelijke resultaten?

Harry Verhoeven: MBZ veranderde de VAE van een losse confederatie met veel autonomie voor de verschillende emiraten in een meer gecentraliseerde federatie met hem aan het hoofd. Dat maakte de VAE een stuk slagkrachtiger, maar leidde ook tot interne spanningen. Dubai als individueel emiraat legt bijvoorbeeld nog steeds sterk de nadruk op business en neutraliteit. Het meent een vrijhaven te zijn waar heel de wereld zaken kan komen doen, wars van enige politieke interpretatie.

Maar dat is natuurlijk niet helemaal waar MBZ voor staat. Als het gaat over pakweg Iran of Israël, maakt MBZ heel duidelijke geopolitieke keuzes. Zo is er de openlijke samenwerking op het vlak van technologie en veiligheid met Israëlische elites bijvoorbeeld, ondanks de bezetting van de Westelijke Jordaanoever en de isolatie van Gaza.

Vanuit het perspectief van zakendoen zijn deze keuzes niet altijd ideaal, juist omdat MBZ bepaalde groepen, landen of allianties steunt. Er is dus een zekere spanning tussen de economische en de politieke dimensie.

Dat blijkt ook uit hun dubbelzinnige rol in de oorlog in Soedan: de Emiraten doneerden 100 miljoen dollar aan humanitaire hulp aan de Soedanese regering. Tegelijkertijd worden ze verdacht van wapenleveringen aan de rivaliserende strijdkrachten Rapid Support Forces (RSF). Hoe kun je dat met elkaar rijmen?

Harry Verhoeven: In de logica van een parlementaire democratie, of wanneer je verantwoording moet afleggen in de pers, krijg je dat natuurlijk moeilijk uitgelegd. Maar in de vrij cynische machtspolitiek van het Midden-Oosten en Afrika zit daar weinig tegenstelling in.

Je geeft vaak tegelijk aan verschillende kampen, zodat je nog iets achter de hand hebt als het scenario niet uitdraait zoals je had gehoopt. Stel dat niet de RSF maar de regeringstroepen in Soedan uiteindelijk de bovenhand halen, dan is het goed om erop te kunnen wijzen dat je ook je bijdrage leverde aan hun kas en dat je daar iets voor terugkrijgt.

Zulke dingen zie je vaak in Afrika. Neem de recente presidentsverkiezingen in Senegal. Daar is redelijk wat bewijs dat alle kandidaten geld kregen van een aantal Golfstaten. Het gaat voor deze staten over vrij weinig geld, maar het laat hen wel toe een zekere invloed te hebben. Omdat die sommen voor politici in Senegal of Soedan toch aanzienlijk zijn, en vaak hoger dan wat anderen kunnen aanbieden.

Waarom is MBZ zo gebrand op meer regionale invloed?

Harry Verhoeven: Net zoals zijn vader, had MBZ altijd het gevoel dat de Emiraten ingesloten zaten tussen hun twee grote buren, Iran en Saudi-Arabië, en dat dit hun bewegingsvrijheid aanzienlijk beknotte. Maar door de zwakheden van die twee regionale grootmachten bood zich de laatste decennia een kans aan.

Met olie, gas en andere bronnen van inkomsten probeert MBZ de VAE een slagkracht te geven die ze historisch gezien nooit hadden. Dat vertaalt zich in de eigen regio en daarbuiten in een aantal controversiële initiatieven. Denk bijvoorbeeld aan de Abraham-akkoorden (die de relaties tussen Israël en een aantal Arabische landen normaliseerden, red.), maar ook aan de steun aan onfrisse regimes en gewapende groepen zoals de RSF in Soedan.

© Wikimedia

Mohammed bin Zayed, vredesduif of machiavellistisch strateeg? © Wikimedia

‘Een gevaarlijke interpretatie van de islam’

Is er ook een religieuze component in die inmenging?

Harry Verhoeven: Ik ben altijd voorzichtig met het benadrukken van die component. Vaak gaat het om een interpretatie van niet-moslims of mensen uit andere regio’s.

Er is zeker een religieuze dimensie, in die zin dat MBZ en zijn familie al meer dan twintig jaar een grote afkeer hebben van de Moslimbroederschap. Ze zien deze politiek-islamitische beweging als een gevaarlijke en problematische interpretatie van de islam die samenlevingen ontwricht.

Daarom steunen ze in de Emiraten en daarbuiten religieuze leiders die een andere visie op de islam hebben, zoals de Mauritaanse denker Sheikh Abdallah bin Bayyah. Het gaat bijvoorbeeld ook over de financiering van beurzen, leerstoelen en verschillende soorten academies of colleges waar de tegenstanders van de Moslimbroederschap een visie op politiek en godsdienst verkondigen die in lijn is met de prioriteiten van MBZ, inclusief de legitimatie van zijn controversiële buitenlandbeleid.

‘Zeker op plaatsen waar China of de VS zelf niet meer willen ingrijpen, zijn de VAE wel degelijk zeer invloedrijk.’

In 2017 verbraken de VAE, samen met Saudi-Arabië, Jemen en Egypte, zelfs de diplomatieke banden met Qatar, onder meer omdat het land de Moslimbroederschap zou steunen.

Harry Verhoeven: Qatar was altijd opportunistisch in zijn engagement met de Moslimbroederschap. Het steunde deze groepering in onder meer Egypte en Syrië, en financierde ook islamitische geleerden en religieuze leiders die een reformistische interpretatie van de islam hebben, zoals de bekende Egyptische geleerde Sheikh Yusuf al-Qaradawi.

Sommigen van hen, zoals al-Qaradawi, geloofden rotsvast dat als er algemeen stemrecht en vrije verkiezingen zouden zijn, Moslimbroeders in veel Midden-Oosterse landen aan de macht zouden komen. Die zouden dan ook de invloed van Qatar verder uitbreiden.

Dus ja, er is zeker een religieuze component, maar die wordt steeds meer geïnstrumentaliseerd. De Emiraten gebruiken die om tegengas te geven tegen Saudi-Arabië en Qatar. Ook niet onbelangrijk zijn de verschillen in de religieuze interpretaties tussen de verschillende koninkrijken.

Vandaag wordt vaak argwanend gekeken naar de VAE, vanwege hun opvallend agressieve buitenlandbeleid. Vroeger was die rol toebedeeld aan Qatar.

Harry Verhoeven: Tien jaar geleden was de situatie inderdaad omgekeerd. Toen had Qatar, onder leiding van Hamad bin Khalifa Al Thani, een kwalijke reputatie opgebouwd door zijn betrokkenheid bij de Arabische Lente. Het land steunde destijds de Moslimbroederschap in Egypte en rebellen tegen Bashar al-Assad in Syrië en Moe’ammar al-Khaddafi in Libië.

Er waren ook hardnekkige geruchten over steun aan de terreurbeweging Al-Shabaab in Somalië. Dat droeg bij aan het beeld van Qatar als een instabiele en controversiële speler die boven zijn stand leefde.

In die tijd werden de Emiraten gezien als een eerder stabiliserende factor. Maar in de afgelopen tien jaar draaiden de rollen om. De VAE raakten steeds meer in opspraak door hun optreden in Afrika en het Midden-Oosten. Tegelijkertijd schaarde Qatar, onder de jonge emir Tamim bin Hamad Al Thani, zich weer dichter bij de VS en bouwde het zijn meer controversiële vormen van steun in deze regio’s af.

Directe lijn met Macron

De VAE roeren zich in verschillende regio’s. Maar hoe groot moeten we hun macht inschatten?

Harry Verhoeven: Je mag die toch niet onderschatten. De Emiraten hebben natuurlijk niet de macht van de VS of China. Maar op plaatsen waar deze twee grootmachten zelf niet meer willen ingrijpen, zijn ze wel degelijk zeer invloedrijk. Dat is deels doordat er een eenheid van commando is: het is de emir zelf die beslist.

Ook is er geen machtsstrijd zoals in de VS: tussen het Witte Huis en het Pentagon en het ministerie van Buitenlandse Zaken. Als de emir een bepaalde lijn in gedachten heeft, wordt die door het hele systeem gevolgd en uitgevoerd. De Emiraten kunnen dus op een vrij snelle en handige manier manoeuvreren. Zeker in landen als Eritrea, Soedan of Tsjaad, waar je met relatief weinig geld relatief veel kunt doen.

Hebben de Emiraten ook militaire macht?

Harry Verhoeven: De meeste Golfstaten zijn papieren tijgers: ze kopen veel dure wapens aan — met name van de VS — zonder dat ze daarvoor veel militair slagkracht hebben. Voor de Emiraten is dat wel wat anders. Zij hebben wel degelijk een echt leger dat sinds eind jaren ‘90 aan militaire missies over heel de wereld deelnam, waaronder Kosovo, Afghanistan, Libië, Jemen.

‘De Emiraten kunnen zich veel zelfstandiger opstellen omdat ze economisch zo belangrijk zijn voor ons.’

De VAE namen ook een aantal duurbetaalde westerse consultants, voormalige Australische generaals en Amerikanen in hun strijdkrachten op. Deze westerse adviseurs respecteren de militairen. De VAE hebben dus een zekere mate van militaire slagkracht die de andere Golfstaten ontbreken.

Hebben ze ook invloed in het Westen?

Harry Verhoeven: In België valt hun invloed misschien niet zo op, maar in Parijs, Londen of Washington worden de Emiraten zeer serieus genomen. De Emiratische ambassadeur heeft een directe lijn met de Amerikaanse buitenlandminister Antony Blinken en de Franse president Emmanuel Macron. De Emiraten krijgen vrij snel dingen geregeld op een manier die de meeste andere landen, zelfs Europese, niet voor elkaar krijgen.

Natuurlijk beseffen beleidsmakers in westerse hoofdsteden dat MBZ vaak omstreden beslissingen neemt die regelmatig botsen met substantiële aspecten van het Europese of Amerikaanse beleid. Alleen maakt hij in hun ogen nog altijd keuzes die westerse financiële en geopolitieke belangen dienen en boven aan het prioriteitenlijstje van Washington, London en Parijs staan. Denk maar aan defensie of energie.

Als het gaat over Iran, Israël of andere landen waarmee MBZ grote defensiecontracten of investeringsdossiers afsluit, staat hij nog altijd aan de “juiste kant”. Daarom vergeven ze hem de rest.

Ook wanneer MBZ, zoals in de Hoorn van Afrika, vaak openlijk de kant van China of Rusland kiest?

Harry Verhoeven: De Emiraten kunnen zich veel zelfstandiger opstellen omdat ze economisch zo belangrijk zijn voor ons. Dat geldt voor de energievoorziening, hun rol in diplomatie en de vastgoedmarkt in westerse grootsteden. Daardoor kunnen ze beslissen om niet altijd mee te gaan met de VS of Europa, zonder daar grote consequenties van te ondervinden.

‘De relaties tussen Saudi-Arabië en de Emiraten staan al jaren onder druk.’

Dat is natuurlijk de paradox: hoe meer invloed ze krijgen in het Westen, hoe meer ze afwijken van standpunten die hier worden uitgedragen. De Emiraten worden steeds meer met fluwelen handschoenen aangepakt. Als het gaat om pakweg de uitlevering van drugsverdachten in België of Nederland, zie je dat dat met de grootste voorzichtigheid gebeurt en dat samenwerking daarover moeilijk te verkrijgen is. Voor andere landen zou dat geheid tot sancties en politieke druk leiden.

In 2019 kopte The New York Times: ‘De grootste leider is niet MBS, maar MBZ’. Moet Saudi-Arabië vrezen dat het wordt voorbijgesneld door de Emiraten?

Harry Verhoeven: De relaties tussen Saudi-Arabië en de Emiraten staan al jaren onder druk. Ooit leek het alsof de Saudische kroonprins Mohammed bin Salman (MBS) in de leer was bij MBZ, dat hij naar hem luisterde. Ze vochten samen in de oorlog in Jemen en isoleerden Qatar. Maar doordat de Emiraten zo expliciet grote broer Saudi-Arabië naar de kroon steken, menen de Saudi’s dat het Golfstaatje weer op zijn plaats moet worden gezet.

Twee jaar geleden droegen de Saudi’s alle buitenlandse bedrijven die in Saudi-Arabië actief zijn op om hun regionale hoofdkwartier naar Riyadh of naar Jeddah te verplaatsen. Ze zeiden letterlijk: als je actief wil zijn op de Saudische markt — nog altijd de grootste in de Golf — moet je je regionale hoofdkwartier hier hebben.

Dat onverbloemde protectionisme heeft zeker ook de Emiraten getroffen. Als je grote bouwbedrijven, telecomoperatoren of financiële instellingen ziet verhuizen naar je naar buurland en je kunt daar weinig aan doen, doet dat natuurlijk pijn. Bij Saudi-Arabië heerst het geloof dat de Emiraten wel op hun normale plaats zullen terugvallen. Maar dat is niet gegarandeerd.