Homofobie in Oeganda
Holebi-activiste Kasha Nabagesera: 'We staan niet alleen met onze strijd'
Linda A. Thompson
01 september 2018
'We moeten niet alleen wetten veranderen, we moeten ook attitudes veranderen.' Die uitspraak omschrijft goed de visie en de strijd van de Oegandese Kasha Nabagesera, een van de meest prominente holebi-activisten op het Afrikaanse continent. We hadden een gesprek met haar toen ze in mei deelnam aan de Belgian Pride die door onze hoofdstad trok.
Holebi-activiste Kasha Nabagesera: ‘In Oeganda hebben we geen fabrieken die regenboogstickers voor ons gaan maken.’
Wikimedia / Earlyspatz - Own work (CC BY-SA 4.0)
We ontmoeten Kasha Nabagesera in mei, een dag voor de Belgian Pride zich een weg door de hoofdstad zal banen. Nabagesera, een van meest prominente holebi-activisten op het Afrikaanse continent, zal de Pride bijwonen als een gast van de gezamenlijke VUB en ULB-delegatie. De beslissing om naar Brussel te komen was snel gemaakt, zegt ze, een kans om de mogelijkheden voor samenwerking af te toetsen. ‘Maar deze reis is ook twee vliegen in één klap want ik hou van Pride en kan dan goodies verzamelen die ik naar huis mee kan nemen voor de Oegandese Pride,’ zegt ze. ‘In Oeganda hebben we geen fabrieken die regenboogstickers voor ons gaan maken.’
Een vanzelfsprekende en toch verrassende uitspraak. Natuurlijk kan je in Oeganda geen regenboogvlaggen en andere parafernalia bemachtigen. Oeganda is een van de meest homofobe landen op het Afrikaanse continent. Volgens de Afrobarometer van 2015 vindt 92% van de bevolking dat homoseksualiteit ingaat tegen de Oegandese religie en cultuur.
Zes Uganda Prides hebben Nabagesera en mede-activisten reeds georganiseerd in geheime, afgeschermde locaties – vier ervan waren een succes. De laatste niet, tijdens de Uganda Pride van 2017 dook de politie plots op en moesten alle deelnemers op de vlucht. Nabagesera (38) maakte een lelijke val terwijl ze probeerde weg te rennen en mankt nog steeds wanneer we haar in Brussel spreken in de pop-up lesbische bar Mothers & Daughters.
‘In Oeganda hebben we geen fabrieken die regenboogstickers voor ons gaan maken.’
De LGBT+ (lesbisch, gay, biseksueel, transgender en andere seksuele of gender identiteiten) gemeenschap wordt in Oeganda regelmatig het slachtoffer van haatmisdrijven. Hoe beïnvloedt dit vijandige klimaat je dagelijkse leven als activiste?
Kasha Nabagesera: Een goede dag is een dag waarop ik wakker word en alles stil is. Politici hebben het niet over ons en ik krijg geen telefoontjes dat iemand werd gearresteerd of aangevallen. Op zo’n dagen woon ik vergaderingen bij, leid ik workshops of ga ik naar het parlement om de debatten bij te wonen.
Sommige dagen kan ik mijn huis helemaal niet verlaten. Want elke keer als er een grote politieke of economische crisis is, proberen politici de aandacht van burgers af te leiden door ons te gebruiken als een zondebok. Daarom is het belangrijk om te weten wat voor retoriek er circuleert; wat er gezegd wordt op de radio en televisie. Want wees maar zeker dat een nieuwsitem over een nationale politieke of economische crisis altijd gevolgd zal worden door een nieuwsitem dat homohaat opstookt door bijvoorbeeld een pastoor op te voeren die vertelt dat een kind werd gesodomiseerd.
Homoseksualiteit is een misdrijf in Oeganda, maar wat zegt de wet precies? Welke daden of handelingen zijn verboden?
Kasha Nabagesera: “Tegennatuurlijke vleselijke handelingen” [acts of carnal knowledge against the order of nature], sectie 145 van het strafwetboek. Dat is het artikel dat de regering aanwendt om mijn gemeenschap te vervolgen. Het is een van oorsprong Britse wet die je in alle voormalige kolonies vindt. Ga naar Jamaica, Azië of India en je vindt er hetzelfde artikel. In hun hoedanigheid als voormalige kolonies hebben onze regeringen dit gebruikt om homoseksuelen te criminaliseren, met gevangenisstraffen van minimaal drie jaar tot en met levenslang.
Kasha Nabagesera: ‘Zolang het denken van mensen niet verandert, heb je in feite niets bereikt.’
Wikimedia Commons / Barcex (CC BY-SA 3.0)
Wat is het verband tussen deze wetgeving en de draconische wet die in 2014 werd ingevoerd en al snel bekend geraakte als de “kill the gays” wet? De wet werd later verworpen op procedurele gronden dankzij een rechtszaak die jij en enkele van je mede-activisten hebben aangespannen, maar naar verluidt probeert de huidige regering de wet her in te voeren?
‘Het is een van oorsprong Britse wet die je in alle voormalige kolonies vindt.’
Kasha Nabagesera: De reden dat de regering in 2014 strengere wetgeving probeerde in te voeren is dat het erg moeilijk is om vast te stellen wie tegennatuurlijke vleselijke handelingen onderneemt. De wet is kristalhelder. Een persoon moet betrapt worden tijdens de daad. Het wetsartikel kan ons er niet van weerhouden om actie te voeren. De regering weet dat we de achterpoortjes in de wet kennen en wilde het voor ons onmogelijk maken om actie te voeren. Het louter niet melden aan de autoriteiten dat iemand die je kent homoseksueel is zou aanleiding tot straffen hebben gegeven onder de wetgeving van 2014. Ik zou niet hebben kunnen reizen om holebi- en transgenderkwesties aan te kaarten. Dat zou illegaal geweest zijn
Hoewel de wet aangenomen werd, werd ze vervolgens vernietigd nadat we die betwistten voor het Grondwettelijk Hof. Omdat de regering vindt dat we op dit moment zorgeloos onze gang kunnen gaan, probeert ze nu een nieuwe wet in te voeren. Ze willen echter niet opnieuw grootschalige internationale aandacht trekken zoals in 2014 [veel westerse landen dreigden er toen mee hun ontwikkelingshulp stop te zetten als de Oegandese regering de wet niet introk]. Daarom gebruiken ze op dit moment heel ingenieuze formuleringen en taal, zodat niemand aandacht aan de wet zou besteden.
Wat bedoel je?
Kasha Nabagesera: Na “kill the gays” hebben ze hun lesje geleerd. Daarom proberen ze op dit moment wetgeving in te voeren met meer aanlokkelijke benamingen en taalgebruik zodat men bijvoorbeeld zou denken dat het om anti-pornografie wetgeving gaat, waar brede steun voor is binnen Oeganda. Maar wanneer je de eigenlijke inhoud van de wet onder de loep neemt, wordt duidelijk dat de wet de civiele samenleving, seksuele minderheden en vrouwen viseert. Dat is de nieuwe tactiek die onze parlementsleden inzetten om geen internationale aandacht te trekken. Daarom is het belangrijk dat we alles op alles zetten zodat de nieuwe wet niet door het parlement geraakt.
Welke drukkingsmiddelen hebben jullie om de wet tegen te houden?
Kasha Nabagesera: We lobbyen enorm veel. We gebruiken ons eigen netwerk om bij parlementsleden te lobbyen zodat zij op hun beurt hun collega-parlementsleden aanspreken om deze onzin en waanzin stoppen. We gebruiken onze politieke netwerken, bijvoorbeeld de diplomatieke missies, om ons te helpen lobbyen. Want we staan niet alleen met onze strijd. Sommige parlementsleden steunen holebi- en transgenderrechten volop. Veel van hen hebben een politieke prijs moeten betalen en werden niet herverkozen toen ze ons hielpen om de wet van 2014 te aan te vechten bij het Grondwettelijk Hof. Het maakt niet uit of ze kerkleider, een mediapersoonlijkheid of een politicus zijn. Iedereen die zijn of haar openlijke steun uitspreekt voor holebi- en transgenderrechten betaalt daar een prijs voor, net zoals activisten.
‘Iedereen die zijn of haar openlijke steun uitspreekt voor holebi- en transgenderrechten betaalt daar een prijs voor.’
Valt er op dit moment een rol te spelen voor buitenlandse regeringen en activisten? Moeten zij in actie schieten om de nieuwe wet tegen te houden?
Kasha Nabagesera: Kijk, er zijn heel veel mensen die willen helpen maar uiteindelijk meer goeds dan kwaad doen. Om een beweging of zaak te steunen, moet je ze volgen. Je moet dus altijd eerst te rade gaan bij de activisten ter plaatse want zij weten beter dan wie ook welke strategie het best past op dat moment. En toch blijf je mensen hebben die in hun luxueuze en goed verluchte kantoren in Brussel zitten en die voor ons denken. En hun goedbedoelde intenties leiden tot een tegenreactie in het land ter plaatse.
Wanneer we bijvoorbeeld met ambassadeurs praten, drukken we hen altijd op het hart om onze kwestie aan te kaarten samen met andere mensenrechtenschendingen door de Oegandese regering. Want door alleen aandacht te geven aan de holebi- en transgendergemeenschap, worden we er uitgelicht. En dat geeft munitie aan de regering om te zeggen dat homoseksualiteit inderdaad een westers concept is en on-Afrikaans.
Waarom benadrukt de regering onder minister van Ethiek en Integriteit Simon Lokodo steeds opnieuw dat homoseksualiteit een bedreiging vormt voor “traditionele familiewaarden”?
Kasha Nabagesera: Maar dat soort taalgebruik heeft niets te maken met Oeganda. De Oegandese anti-homo argumenten stellen dat homoseksuelen hiv verspreiden en bovenal dat ze kinderen verkrachten en proberen te ronselen. Het “beschermen van traditionele familiewaarden” is net typische evangelische taal uit de Verenigde Staten. Dit is het soort taalgebruik dat Amerikaanse evangelische christenen over de hele wereld verspreiden en ze richten zich daarbij specifiek hun pijlen op erg christelijke landen zoals Oeganda. Je ziet ook dat anti-homowetgeving wordt doorgevoerd overal waar deze christenen naartoe trekken. Maar we moeten niet alleen wetten veranderen, we moeten ook attitudes veranderen.
‘Zolang het denken van mensen niet verandert, heb je in feite niets bereikt.’
Hoe doe je dat?
Kasha Nabagesera: We gebruiken mijn mediaplatformen [Kuchu Times en Bombastic Magazine] en blijven in dialoog gaan met zij die ons onderdrukken. Zolang het denken van mensen niet verandert, heb je in feite niets bereikt. Daarom proberen we onze verhalen te delen en bewustzijn te creëren over het lot van de LGBT+ gemeenschap, sekswerkers, vrouwen enzovoort. Het gaat nog jaren duren voor de attitudes veranderen, maar we willen niet zoals Zuid-Afrika worden. Daar werden de wetten die homoseksualiteit criminaliseren gewijzigd, maar mensen denken nog altijd hetzelfde en zijn nog steeds even gekant tegen de LGBT+ gemeenschap. En daarom zien we heel veel haatmisdrijven in dat land.