Stilte als mensenrecht: ‘Op een dag wordt zelfs onze rust vermarkt’

Interview

Cultuurjournaliste Virginie Platteau debuteert met de kleine filosofie van de stilte

Stilte als mensenrecht: ‘Op een dag wordt zelfs onze rust vermarkt’

Stilte als mensenrecht: ‘Op een dag wordt zelfs onze rust vermarkt’
Stilte als mensenrecht: ‘Op een dag wordt zelfs onze rust vermarkt’

In haar recent verschenen boekdebuut “Hoe luidt de stilte?” houdt cultuurjournaliste Virginie Platteau een filosofisch pleidooi voor stilte. Het is een roep om die stilte opnieuw ruimte en plaats in ons leven te geven. Al was het maar in verzet tegen het groeiend aantal decibels in onze oren.

© Sarah Wagemans

Virginie Platteau: ‘We kunnen niet zonder stilte om rust te vinden, maar worden gek van te veel stilte, uit angst voor de leegte. Net dat, het ondefinieerbare karakter en de tegenstrijdigheden ervan, maken stilte zo fascinerend.’

© Sarah Wagemans

Van stoomtreinen tot ronkende motoren in de straat: sinds jaar en dag is ons brein gewend aan een niet aflatende ruis, het geluid van de vooruitgang. Net daarom hebben we zo’n tegenstrijdige relatie met de stilte, meent cultuurjournaliste Virginie Platteau in haar debuutessay. Stilte past niet in de wereld van winst, stelt ze op geheel eigen wijze in een filosofisch pleidooi voor “degrowth”, economisch ont-groeien zeg maar. ‘We weigeren, letterlijk, om gas terug te nemen.’

Wie is Virginie Platteau?
 — Freelance cultuurjournaliste
 — Haar dada’s: kunst, poëzie, literatuur
 — Stiltebegeleidster voor scholen
— Bestuurster bij de Pajotse stiltebeweging Waerbeke*
 — Curator van het culturele stadsfestival Zinderende Stilte in Mechelen 2021-2022

*beweging van onderuit, met onder meer David Van Reybrouck en Dirk Sturtewagen, die het belang van stilte, ruimte en rust in de samenleving op verschillende manieren een plek wil geven.

Ze was zo’n kind dat zich terugtrok op stille plekken, op zoek naar de verademing alleen te zijn. Om verder te kunnen lezen in dat boek. Of om gewoon even te verzinken in de natuur. Virginie Platteau volgde daarmee eerder de uitzondering dan de regel en was dus altijd al bezig met stilte in haar leven.

We ontmoeten elkaar bij een koffie in ons beider favoriete boekhandel De Zondvloed in Mechelen. Het is de rustigste plek die we kunnen vinden in de stad. Een stad moet bruisen, vindt Platteau, maar stilte moet ook een plek krijgen.

Het is alvast wat Mechelen wil doen: ruimte bieden aan rust en verstilling. Op zondag 31 oktober, de Dag van de Stilte, trapt de stad het themajaar Zinderende Stilte af. Niet toevallig: Platteau is curator, samen met Jelle Dierickx, directeur van Festival van Vlaanderen Mechelen en Kempen.

Oerknal

Wat is het vandaag toch met stilte? Met die vraag begint Virginie Platteau Hoe luidt de stilte?, een uitgebreid essay binnen de Questa-reeks van de filosofische uitgeverij Letterwerk. Als er iets is dat we leerden tijdens de lockdowns — we herhalen het collectief en tot in den treure toe — is het dat een opstoot van stilte ook deugd mag doen.

Alleen: met elke coronamaatregel die werd opgeheven, wakkerden de decibels in ons leven opnieuw aan. We gingen op in ons nieuwe lawaainormaal. Want eigenlijk was die opgelegde stilte, achteraf beschouwd, ook best saai.

‘Het ondefinieerbare karakter van stilte en de tegenstrijdigheden ervan, maken het zo fascinerend.’

‘Hoe we vandaag in post-lockdowntijd omgaan met stilte en geluid illustreert de paradox van stilte’, zegt Virginie Platteau. ‘We kunnen niet zonder om rust te vinden, maar worden gek van te veel stilte, uit angst voor de leegte. Net dat, het ondefinieerbare karakter en de tegenstrijdigheden ervan, maken stilte zo fascinerend.’

Een knal. Een woord. Zo begint in haast elke cultuur de ontstaansmythe: met de trilling van geluid. Alweer die paradox rond stilte en lawaai die Virginie Platteau in haar boekje beschrijft: tegenover de behoefte aan stilte staat the big bang.

‘Het leven begint met geluid. Je wordt geboren met een schreeuw, kortom, het leven laat zich horen. Daartegenover staat de dood. Die staat gelijk aan de finale stilte, wat perfect vervat zit in het woord “doodstil”. Het doet me denken aan de bekende dichtregel van de Nederlandse J.C. Bloem over het leven: “het is even, tussen twee stilten, luid geweest”. Maar het is nuttig om ook te kijken op welke wijze we toch een plaats geven aan de stilte in dat leven dat noodzakelijkerwijze lawaai maakt.’

© Sarah Wagemans

© Sarah Wagemans

Geluid van vooruitgang

Aan het zogenaamde noodzakelijke lawaai ontsnappen we niet meer vandaag. ‘Gemiddeld neemt het geluidsniveau in stedelijke gebieden toe met één decibel per jaar. Dat komt neer op een verdubbeling van het subjectief waargenomen geluidsvolume’, zegt Platteau.

‘Al in de industriële revolutie stonden machinelawaai, de verbrandingsmotoren in fabriekshallen en stoomtreinen gelijk aan het geluid van de vooruitgang, het geluid van de toekomst. We pasten ons bijgevolg aan en gingen al die geluiden in ons leven aanvaarden. De toekomst is nu eenmaal constant aanwezig.’

‘We merken het lawaai niet meer op, kunnen het niet wegdenken.’

We blijven ons continu aanpassen aan die vooruitgang, gaat de schrijfster verder. Daardoor verleggen we voortdurend onze grenzen van wat we aanvaardbaar omgevingsgeluid vinden. Dat omgevingsgeluid is overigens sterk veranderd en kent opvallend minder variaties dan vroeger. Een niet weg te denken soort noise, noemt Platteau het.

‘Anders dan de mechanische geluiden van de achttiende eeuw, is lawaai vandaag een monotone ruis op de achtergrond geworden. Het legt een waas op onze dagelijkse beleving, maar we merken het niet eens meer op. Net omdat het altijd aanwezig is.’ Die grijze soep van verkeersruis hangt overal en breidt zich uit, zegt Platteau. Het onderscheid tussen stillere en luidere zones verdwijnt.

Coronalessen

‘Pas als de geluidsmist opklaart, beseffen we welke impact al dat aanwezige lawaai heeft. Dat het ook gewoon stiller kan, hebben we dus wel degelijk ervaren tijdens de coronalockdowns.’ Helaas, schrijft Platteau: we weten nu dat de stilte en het rustiger tempo het coronavirus niet hebben overleefd.

Hebben we dan écht niets geleerd? ‘Ach, ik meen dat iedereen dat voor zichzelf moet beantwoorden. Ik heb geen idee hoeveel mensen nog zuurdesembroden bakken, pottendraaien of dagelijks wandelen. Maar persoonlijk wil ik wel geloven dat we er als samenleving iets van hebben opgestoken. We hebben tenminste ervaren wat minder geluid en meer stilte ook kunnen betekenen. We weten dat een pauze van de overprikkelde maatschappij vooral ook deugd doet.’

‘Een pauze van de overprikkelde maatschappij doet vooral ook deugd.’

Het is alvast opvallend dat de stad Mechelen kiest om die collectieve verzuchting naar stilte om te zetten in een themajaar. Het programma van Zinderende Stilte omhelst onder meer wekelijkse stilte-uren in kerken, een reeks concerten, kunstinstallaties. Het doel is om het gevoel van rust dat corona bracht, terug te brengen, zeggen curatoren Platteau en Jelle Dierickx. Tijdens het themajaar zal de stad bruisen, ‘maar met de nodige zindering erbij’, klinkt het.

‘Ik vind het wel moedig dat een stad dit thema — stilte — na de moeilijke lockdownperiodes naar voor durft te schuiven, net nu iedereen een sociale inhaalbeweging maakt. Dat betekent niet dat Mechelen de stilte zal of moet invoeren. Maar ze gaat wel op zoek naar luwteplekken die het evenwicht met het lawaai herstellen en de vraag stellen: hoe vind je rust in het luidere stadsleven?’

Stilte in de markt

Wie rust zoekt, moet tijd maken. Ook als die tijd verveling brengt. Echte verveling was volgens de Duitse filosoof Martin Heidegger nodig om te laten doordringen wat er echt op ons af komt. Zelfs als dat ellende betekent. Nog zoiets dat haaks staat op de manier waarop we naar onze toekomst kijken.

© Sarah Wagemans

Virginie Platteau: ‘Een pauze van de overprikkelde maatschappij doet vooral ook deugd.’

© Sarah Wagemans

‘Als je kijkt hoe we omgaan met de klimaatcrisis,’ zegt Platteau, ‘kan je alleen maar concluderen dat we niet de tijd nemen om de omvang en de urgentie te laten doordringen. We zijn druk-druk-druk bezig met de klimaatcrisis in strategieën, actieplannen, jobs en green deals te gieten, om alles daarna uit te stellen in de tijd. We sussen ons met het idee dat die actieplannen goed werk zullen leveren. Tegelijk weigeren we om letterlijk gas terug te nemen. Hoe efficiënt zou het zijn om onze drang naar productiviteit bij te stellen naar juist minder productie en meer rust?’

Net daarom, zegt Platteau, is het belangrijk om stilte als een gemeenschappelijk goed vast te leggen, als bescherming tegen de vermarkting. ‘Stilte behoort net als propere lucht en drinkbaar water toe aan iedereen. Zo hoort het toch te zijn, ook al zien we hoe water wordt geprivatiseerd en lucht wordt verhandeld. Een goede voorzet en tegenbeweging vind ik Quiet Parks International, een non-profit organisatie die letterlijk de stilte wil redden, voor het behoud van alle leven op aarde.’

Stilte is een fenomeen dat niet in de wereld van winst past, zegt Platteau. Toch bestaat het gevaar dat rust en stilte op een dag zullen worden vermarkt. ‘Nu al zijn huizen op stillere locaties duurder dan woningen aan een steenweg. Er zijn bioscopen waar je een duurder filmticket betaalt voor een stille zaal, zonder het irritante geritsel van chips. Voor huishoudtoestellen die minder decibels maken, betaal je meer. Tegelijk: we kunnen stilte niet exploiteren. Nog niet. Net omdat ze ongrijpbaar is, valt ze heel moeilijk te verkopen. Stilte is er immers ook maar als je haar gewoon toelaat.’

Wie moet zwijgen …

Stilte kan ook onderdrukking betekenen. Wie geen stem krijgt in een samenleving, wordt niet gehoord. Wie het luidst roept en tot de meerderheid behoort, krijgt al sneller gelijk. ‘De vaak overspannen reacties op wat tegenwoordig woke wordt genoemd (een dubieuze term die al onrechtmatig geclaimd en toegewezen werd en vol tegenstrijdigheden zit), komen vooral van een meerderheid dit nooit beknot is geweest in spreekrecht of vrijheid van meningsuting’, schrijft Platteau. Daarmee mengt ze zich in een woelig debat.

Woke? Cancel culture? ‘Het gaat om onze bereidheid tot zwijgen en luisteren.’

‘Het debat over “cancel culture” is een teken van deze tijd. Men roept dat de slinger te ver is doorgeslagen, jammert dat “je niets meer mag zeggen”. Maar het gaat ook over spreekrecht en bereidheid tot zwijgen en luisteren. We zijn geneigd om ons vast te houden aan tradities en waarheden, alsof ze statisch en niet evolutief zijn. Aan de katholieke universiteit van Leuven wordt toch ook niet op dezelfde manier lesgegeven als een eeuw geleden? Dat moet je meenemen, maar niet in die zin dat je bijvoorbeeld de witte mannen automatisch uitsluit, net omdat ze al te veel aan bod zijn geweest. Dat is een radicale en weinig vruchtbare manier om verandering door te voeren.’

Platteau vindt het wel interessant, zegt ze, om te kijken waar die sterke reactie dan vandaan komt. ‘Die vraag moeten we ons stellen. Hoe komt het bijvoorbeeld ook dat we het in de lessen filosofie nog altijd over de mannelijke westerse filosofen hebben? Waar zijn de oosterse of Afrikaanse denkers, waar zijn de vrouwen naast Hannah Arendt? Dàt moeten we bijsturen. Daarover moet het debat gaan: hoe delen we de ruimte zodat iedereen een plek krijgt?’

© Sarah Wagemans

Virginie Platteau: ‘Ik verzet me tegen dat aspect van onze tijd waarin alles efficiënt, nuttig en productief moet zijn. Dat geldt ook voor stilte. Stilte is waardevol, maar is eigenlijk ook een leeg moment. Met leegheid is, anders dan we denken, niets mis.’

© Sarah Wagemans

Heilzame leegheid

De Griekse filosofen Aristoteles en Plato waren het erover eens dat de waarheid, de eeuwige kennis, woordenloos is. Daar waar de woordenschat ophoudt, daar waar het stil wordt, zo beweerden ze, ligt de mogelijkheid om de grote waarheden spontaan te begrijpen. Het gaat ook verder dan begrijpen, zegt Virginie Platteau.

‘Gedeelde stilte kan heel sterk zijn. Dat zie je na collectieve trauma’s. We hebben het gezien na de aanslagen in Brussel. Het gebeurde ook toen de Amerikaanse tiener Emma Gonzalez bij wijze van speech een stilte van meer dan zes minuten hield, even lang als de dodelijke schietpartij op haar school in Florida had geduurd.’

‘Stilte kan een krachtig statement zijn, denk ook aan Greta Thunberg die de mondiale klimaatbeweging startte met haar zitstilte aan het Zweeds parlement of aan het stilzwijgende begin van de Ghezi-protesten in Istanbul. Stilte werkte hier in beide gevallen krachtiger en wervender dan luide protestkreten.’

Maar bovenal hoeft stilte ook niet koste wat kost betekenis te krijgen, begrijp ik uit Platteaus essay. Integendeel. De kern van haar pleidooi voor stilte zit misschien nog het meest vervat in die ene zin: ‘stilte is heilige nutteloosheid’. Ze ontleende die woorden bij Max Picard, een Zwitsers filosoof en schrijver.

‘Ik verzet me tegen dat aspect van onze tijd waarin alles efficiënt, nuttig en productief moet zijn’, besluit Platteau. ‘Dat geldt ook voor stilte. Stilte is waardevol, maar is eigenlijk ook een leeg moment. Met leegheid is, anders dan we denken, niets mis.’