Hulpverleners met een vluchtverleden: Larisa Salby uit Rusland
‘Ik doe dit als mens, en ik help anderen omdat we allemaal mensen zijn’
Maarten Luyten
09 oktober 2023
Ooit kwamen ze zelf als vluchteling naar België, nu helpen ze Oekraïense vluchtelingen. Hoe vergelijken deze hulpverleners hun eigen ervaringen met wat vandaag gebeurt? MO* zocht hulpverleners met een vluchtverleden op. Dit keer: Larisa Salby, tolk bij de dienst Diversiteit van Dendermonde.
Larisa Salby vluchtte ooit uit Rusland gevlucht en tolkt nu voor Oekraïense vluchtelingen. ‘In mijn innerlijk speelt zich een conflict bovenop een conflict af: mijn ene land valt mijn andere land aan.’
Maarten Luyten
Ze ontvluchtte ooit Rusland, heeft zowel daar als in Oekraïne familie en werkt nu in België met Oekraïense vluchtelingen. Hoe kijkt Larisa Salby naar de oorlog, naar zichzelf en naar het Europese asielbeleid? ‘De westerse media tonen maar één kant van de werkelijkheid. De menselijke realiteit ziet er heel anders uit.’
Ooit kwamen ze zelf als vluchteling naar België, nu helpen ze Oekraïense vluchtelingen. Hoe vergelijken deze hulpverleners hun eigen ervaringen met wat vandaag gebeurt? MO* zocht hulpverleners met een vluchtverleden op.
Dit keer: Larisa Salby, tolk bij de dienst Diversiteit van Dendermonde.
‘Wat vind je ervan?’ vraagt Larisa Salby. We slenteren tussen enkele archeologische vondsten uit de bronstijd, het stenen tijdperk en de prehistorie. Waarom ze me heeft meegenomen naar het stadsmuseum van Dendermonde, begrijp ik nog niet helemaal.
‘Kijk,’ zegt ze terwijl ze het skelet van een mammoet aanwijst, ‘hij was ook een migrant in dit gebied.’ Pas dan dringt het tot me door. Alsof ze voor aanvang van ons gesprek een boodschap wilde meegeven: iedereen komt van ergens anders. Migratie is de grond waarop we staan.
‘Ik had nooit verwacht dat ik zelf zo zou veranderen. Je karakter wordt gevormd door de plaats waar je woont.’
In 1999 kwam Salby als vluchtelinge in België aan. Over waarom ze uit Rusland vertrok, gaat ze liever niet in detail. ‘Het is zo lang geleden’, zegt ze. ‘Het komt erop neer dat ik ofwel mijn persoonlijkheid moest veranderen om daar te overleven, ofwel moest vertrekken.’
Ze praat nooit over tastbare zaken alleen. Bij haar staat de emotionele realiteit op de voorgrond, en die laag vindt ze minstens zo belangrijk wanneer we praten over migratie. ‘Ik had nooit verwacht dat ik zelf zo zou veranderen. Je karakter wordt gevormd door de plaats waar je woont.’
Conflict boven op conflict
Toen de oorlog in Oekraïne begon, werkte Salby al jaren in ons land als beëdigd tolk, onder meer voor de politie en de rechtbank. Zodra de oorlog uitbrak, meldde ze zich als vrijwillige tolk in Lokeren, Sint-Niklaas en Dendermonde.
Via haar vrijwilligerswerk ontmoette Salby het diensthoofd van de Dienst Diversiteit van Dendermonde. ‘Even later hoorde ik dat ze een tolk zochten en zo begon ik hier te werken.’
‘Onlangs vroeg een man me waar ik vandaan kwam. “Uit Rusland”, zei ik. “Oh, een vriendje van Poetin”, zei de man.’
‘Je hebt geen idee hoe verscheurend deze oorlog is’, zegt Salby. ‘Niemand had dit verwacht. Wij zijn broedervolken, Rusland en Oekraïne zijn zo nauw met elkaar verweven.’ Generaties lang verhuisden mensen heen en weer tussen beide landen.
Ook Salby’s eigen familie leeft verspreid over beide landen. Jaren geleden verhuisden haar moeder, zus en schoonbroer van Rusland naar Oekraïne. Ze leven vandaag nog steeds in Charkiv. ‘Ze weigeren te vertrekken, het is hun thuis.’
‘Emotioneel is dit heel zwaar voor mij’, erkent de vrouw. ‘In mijn innerlijk speelt zich een conflict boven op een conflict af: mijn ene land valt mijn andere land aan, in beide landen heb ik familie, en hier in België werk ik voor de mensen die daar het slachtoffer van zijn.’
Framing
Larisa Salby neemt een slok water en leunt over de salontafel heen, alsof ze iets vertrouwelijks gaat zeggen. ‘Weet je wat ik écht angstaanjagend vind? Onlangs vroeg een man me waar ik vandaan kwam. “Uit Rusland”, zei ik. “Oh, een vriendje van Poetin”, zei de man.’ Ze kijkt me betekenisvol aan.
‘Achteraf vertelde ik dat aan een ex-collega die uit Belarus komt en hier in Sint-Niklaas leeft. Ze had net hetzelfde meegemaakt. “Oh, een vriendje een Loekasjenko”, kreeg zij te horen.’
Die polarisatie herkent Salby in heel onze samenleving. ‘Hoe komt het dat mensen op zo’n manier denken? Te veel televisie? Invloed van de media?’ Ze haalt haar wenkbrauwen op. Het antwoord laat ze in het midden.
‘Wanneer mensen moeten vluchten, heeft ieder mens medeleven met elkaar.’
‘Wat de westerse media tonen, staat ook mijlenver van de werkelijkheid’, zegt Salby. ‘De menselijke realiteit ziet er heel anders uit. Daar heeft de politiek niets mee te maken.’ Lijnen worden getrokken tussen volkeren, mensen worden als goed of kwaad bestempeld, het politieke schaakspel tussen grootmachten dienst als blauwdruk voor hoe we naar de wereld kijken. Dat alles doet de gelaagdheid van onze wereld geen eer aan. ‘Wanneer mensen moeten vluchten, heeft ieder mens medeleven met elkaar.’
Ze zegt het niet, maar tussen de regels door hoor ik ook een waarschuwing aan mijn adres: let op dat je me niet in een hokje duwt waar ik niet thuis hoor. ‘Ik doe dit niet omdat ik een Rus ben met familie in Oekraïne. Ik doe dit als mens, en ik help anderen omdat we allemaal mensen zijn.’
Cultuurverschil
Een Russische Belgische met familie in zowel Rusland als Oekraïne: het is geen gemakkelijke positie. Zeker niet wanneer je in je baan ook nog eens Oekraïense vluchtelingen helpt.
‘Soms hoor je dat Vlaamse werkgevers minder snel nieuwkomers aannemen. In mijn ervaring zijn dat net de hardste werkers.’
‘Als tolk ben ik neutraal, maar dat beseffen de mensen niet altijd’, zegt Salby. ‘Dan denken ze: “Zij is ook naar hier gevlucht, zij heeft hetzelfde meegemaakt en zij heeft ook familie in Charkiv. Zij zal ons wel een streepje voor geven.” Maar zo werkt het niet. Mijn loyaliteit ligt bij mijn ambt en bij de Dienst Diversiteit van de stad Dendermonde. Dat moet ik vaak duidelijk maken.’
Daarin zie je ook een groot cultuurverschil, zegt Salby. ‘Als je in Oekraïne iets nodig hebt en iemand zegt dat je er geen recht op hebt, dan werkt het wel om te zeggen: “Maar jij staat toch aan onze kant.” En als dat niet werkt, keer je gewoon vijf keer terug en verhef je je stem eens’, zegt Salby. ‘In België heeft zoiets geen effect. Als het antwoord de eerste keer “neen” was, zal dat de vijfde keer ook zo zijn.’
Die culturele verschillen vallen pas na verloop van tijd op, maar ze vormen wel de grootste uitdaging om in deze samenleving te integreren. In Oekraïne gaan mensen flexibeler om met afspraken. ‘Het klinkt dwaas, maar ik moet zo vaak aan mensen uitleggen dat het wel de bedoeling is dat hun kind effectief komt opdagen als ze het ingeschreven hebben voor een zomerkamp. Ook als het die dag eens regent!’ Zo’n verschillen kunnen tot veel ergernis en onbegrip leiden.
‘Voor jou is dit allemaal vanzelfsprekend, maar je hebt geen idee hoe goed het Belgische systeem is.’
Maarten Luyten
Niets zo belangrijk als werk
Het is niet eenvoudig voor Oekraïners om wegwijs te raken in het Belgische systeem, merkt Salby op. Ze zucht. ‘Beeld je in dat je je leven lang in Oekraïne als zelfstandige hebt gewerkt. Wanneer je in België als vluchteling aankomt, is het praktisch onmogelijk om hier als zelfstandige aan de slag te gaan. Je kan niet zomaar een lening aangaan bij de bank, je kan niet zomaar een bedrijfsrekening openen.’
‘Voor jou is dit allemaal vanzelfsprekend, maar je hebt geen idee hoe goed het Belgische systeem is.’
Niets is zo belangrijk als werk, maakt Salby duidelijk. Toen zij in België aankwam, vond ze snel een tijdelijke baan als restaurateur van schilderwerken. Alleen mocht ze niet werken zolang ze geen verblijfsvergunning had. Ook later maakte ze een periode van werkloosheid door. ‘Je hebt geen idee hoeveel werk betekent voor het mentaal welzijn. Voor mij was die periode erg zwaar.’
Dat wenst ze ook alle nieuwkomers toe: een vlotte toegang tot werk. ‘Soms hoor je dat Vlaamse werkgevers minder snel nieuwkomers aannemen. Maar in mijn ervaring zijn dat net de hardste werkers. Als je hen maar een duwtje in de rug geeft, vinden ze hun weg.’
‘Begrijp me niet verkeerd’, zegt Salby plots. Ze heft haar wijsvinger. ‘Ik zeg niet dat we méér voor nieuwkomers moeten doen. Beter dan dit kan België echt niet doen.’
Ze tikt met haar wijsvinger op tafel en kijkt me streng in de ogen. ‘Voor jou is dit allemaal vanzelfsprekend, maar je hebt geen idee hoe goed het Belgische systeem is.’ Ze verwijst naar het OCMW, het bestaan van leeflonen en sociale tarieven op water en elektriciteit.
‘Het is de situatie zelf die moeilijk is’, zegt ze. Op de vlucht zijn, je thuis achterlaten, in een nieuw land aankomen: daar ligt de oorzaak van veel frustratie. ‘Maar de steun die België aan Oekraïners biedt, had niet beter kunnen zijn.’ Ze benadrukt elk woord, zo vurig wil ze dit punt duidelijk maken.
Belarussen versus Oekraïners
Het vangnet dat België aan vluchtelingen biedt, steekt voor Salby met kop en schouders boven dat van de rest van de wereld uit. Of Oekraïners beter ontvangen worden dan andere vluchtelingen, wil ze niet zeggen. ‘Ik vergelijk dat niet.’
‘Mensen vragen me weleens of ik het niet erg vind dat Oekraïners nu veel meer krijgen dan ik destijds kreeg’, zegt ze. ‘Maar dat was een andere tijd en een andere situatie. De maatregelen voor Oekraïne waren ook een politieke beslissing vanuit de Europese Unie. Oekraïne staat veel dichter bij de EU, er was al meer bewegingsvrijheid.’
‘Oekraïners hadden geen keuze. Het was naar hier komen of daar in een schuilkelder zitten.’
Ze verwijst naar een kennis die uit Belarus is gevlucht. ‘Ja, ze heeft het soms moeilijk. Zij moet een heel andere procedure doorlopen.’
Oekraïners krijgen automatisch tijdelijke bescherming en krijgen dan ook meteen toegang tot de arbeidsmarkt. Andere vluchtelingen moeten een lange procedure doorlopen voor ze bescherming krijgen en mogen gedurende die tijd niet werken.
Natuurlijk wilde Salby ook dat haar vriendin sneller toegang zou krijgen tot de arbeidsmarkt. Natuurlijk wringt het nog meer omdat Oekraïne en Belarus buurlanden zijn en er geen wezenlijk verschil is tussen Belarussen en Oekraïners.
Al is er wel één fundamenteel onderscheid, merkt Salby op: ‘Oekraïners hadden geen keuze. Ze moesten alles achterlaten. Het was naar hier komen of daar in een schuilkelder zitten.’ Daarom vindt ze het niet meer dan logisch dat Oekraïners automatisch bescherming krijgen in de EU.
‘Nogmaals: ik wil die vergelijking niet maken’, zegt Salby stellig. ‘De EU doet haar werk en ik moet naar mijn eigen werk kijken. Het werk van een ander beoordeel ik niet.’
De helft wil blijven
‘Weet je waar ik me zorgen over maak? Wat gebeurt er met de Oekraïners na de oorlog?’, vraagt Salby. Vluchtelingen uit bijvoorbeeld Syrië moeten dan wel lang wachten om bescherming te krijgen, merkt Salby op, maar eens ze die bescherming hebben is ze wel permanent. ‘Van een Syriër weet je dat die hier wellicht voor altijd zal blijven. Maar wat gebeurt er met de Oekraïners eens de oorlog eindigt?’
Als ze er een cijfer op moet plakken, schat Salby dat de helft van de Oekraïners in de EU wil blijven na de oorlog. ‘Willen’, zegt ze nog eens met nadruk. Voor Oekraïners is het nog onduidelijk of ze na de oorlog in de EU mogen blijven en onder welke voorwaarden.
De situatie van Oekraïners kan ook onderling enorm verschillen, voegt Salby eraan toe. ‘Sommige mensen hebben niets meer. Hun huizen zijn gebombardeerd, hun steden zijn vernield. Waar moeten ze naar terugkeren?’
Andere Oekraïners hebben het dan weer comfortabeler. ‘Sommige Oekraïners uit Lviv, in het westen van het land, verhuren hun appartement aan Oekraïense vluchtelingen uit het oosten van het land (dat bezet is of waar gevochten wordt, red.). Intussen zitten zij zelf hier in de EU, waar ze een leefloon ontvangen. Dat ze naast hun leefloon nog een inkomen hebben uit hun appartement in Oekraïne, vertellen ze aan niemand.’
‘Ik zeg altijd, ook tegen mezelf: als de oorlog gedaan is, mag je huilen.’
Voor Salby is het de vraag welk beleid de EU zal gaan voeren. ‘Stel dat de oorlog volgend jaar eindigt, dan zijn veel mensen hier al drie jaar. In die tijd hebben ze hier een heel leven opgebouwd. Ze hebben werk, sturen hun kinderen naar school en dragen bij aan de samenleving. Ik zou graag hebben dat zulke mensen de kans krijgen om te blijven.’
Al mag dat ook niet voor niets, vindt ze. ‘Ze moeten wel de taal geleerd hebben, een integratiecursus gevolgd hebben en op z’n minst werk zoeken. En alsjeblieft, dat ze dan zeker oog hebben voor knelpuntberoepen. Zo geven ze ook iets terug aan dit land.’
De Oekraïners waar Salby mee werkt, maken zich veel zorgen over hun toekomst. Het is een gespleten positie: niet weten of het wel zin heeft hier een toekomst op te bouwen, en tegelijk net volop proberen je toekomst hier uit te bouwen.
‘Ik zeg dan vaak: “Maar je bent toch veilig hier? Wees blij dat je niet in de bombardementen zit.”’ Dat is nu de prioriteit, vindt ze.
Wat na de oorlog gebeurt, dat zijn vragen voor later. Nu is het vooral belangrijk dat iedereen veilig is en rust en stabiliteit kan vinden. ‘Ik zeg altijd: als de oorlog gedaan is, mag je huilen. Ook tegen mezelf.’