21 wereldsteden schieten in actie voor biodiversiteit
Kristin Palitza
15 september 2008
21 wereldsteden ondertekenden vorige week in de Zuid-Afrikaanse havenstad Durban een verklaring waarin ze beloven snel iets te ondernemen voor de biodiversiteit. Binnen anderhalf jaar moeten de eerste resultaten zichtbaar zijn.
In het zogenaamde ‘Durban Commitment’ beloven de 21 vijf prioritaire projecten uit te kiezen om de stedelijke biodiversiteit te verbeteren. Over achttien maanden komen de partners van het project Local Action for Biodiversity nog eens samen om een balans op te maken. Tegen dan is met 2010 het internationale jaar van de biodiversiteit aangebroken.
Het pilootproject is een gevolg van een duurzaamheidscongres dat in 2006 werd georganiseerd door de Internationale Raad voor Lokale Milieu-initiatieven (ICLEI), een netwerk van lokale besturen die werken rond duurzaamheid. In Europa zijn Amsterdam, Parijs en Barcelona lid, maar ook kleinere steden als Zagreb, Bonn en Tilburg. In Zuidelijk Afrika doen Kaapstad, Durban, Johannesburg en Ekurhuleni mee, alsook Walvisbaai in Namibië
“Steden nemen maar twee procent van het aardoppervlak in, maar absorberen driekwart van de grondstoffen”, zegt Sebastian Winkler, de directeur van het project Countdown 2010 (ICLEI). “De strategieën en actieplannen zijn voor elke stad erg verschillend, omdat de steden in het noorden en het zuiden verschillende behoeften hebben.”
In Europese steden schiet er van biodiversiteit vaak niet veel over en zijn de projecten gericht op herstel. “In Zuidelijk Afrika willen we vooral beschermen wet we nog hebben. De belangrijkste thema’s zijn ongewenste dieren- en plantensoorten, klimaatverandering en milieuschade door stedelijke expansie”, zegt Kobie Brand van ICLEI Afrika. “We moeten evolueren naar een duurzaamheidsvisie op langere termijn en milieuprojecten gebruiken om te zorgen voor economische groei en werkgelegenheid.”
Evenwichtsoefening
Mike Sutcliffe van het stadsbestuur van Durban is het ermee eens dat het vaak niet eenvoudig is om economie, sociale ontwikkeling en milieu met elkaar te verzoenen. De meeste steden hebben het moeilijk om industriële investeringen aan te trekken, nieuwe banen te scheppen en te voldoen aan sociale noden als huisvesting en watervoorziening. “We kijken vaak alleen naar de winsten op korte termijn”, geeft Sutcliffe toe. “De uitdaging bestaat erin industrialisering te rijmen met levenskwaliteit.”
Een voorbeeld zijn de sociale huisvestingsprojecten die overal in Zuid-Afrika worden uitgevoerd zonder al te veel oog voor het milieu. “We moeten de mentaliteiten veranderen en de sociale noden afwegen tegen de waarde van onze ecosystemen en soortenrijkdom”, vindt George Davis, vicedirecteur van het South African National Biodiversity Institute (SANBI)/
“Er was nooit enig politiek engagement voor biodiversiteit in een stedelijke context”, merkt Grant Haskin, de viceburgemeester van Kaapstad op. “We moeten onze strategie opnieuw overdenken en voor de nodige budgettaire ruimte zorgen.”
Kaapstad wil vooral werk maken van zijn plantenrijkdom. In de stad komt de helft van alle Zuid-Afrikaanse plantensoorten voor. Zeventig procent van de 9000 plantensoorten zijn endemisch, wat betekent dat ze nergens anders voorkomen. Momenteel zijn 13 soorten uitgestorven en 319 andere bedreigd.