Afghanistan blijft spil in heroïnemarkt
Haider Rizvi
24 juni 2011
Afghanistan blijft de grootste producent van heroïne, blijkt uit een nieuw rapport van de VN. Terwijl de totale markt voor heroïne, cocaïne en cannabis is gekrompen, is het gebruik van synthetische drugs en het misbruik van medicijnen op voorschrift gegroeid.
“Ja, Afghanistan staat bovenaan de lijst”, zegt Thomas Pietschmann, onderzoeker bij het VN-kantoor tegen Drugs en Misdaad (UNODC). Zo’n 13 miljoen gebruikers wereldwijd blijven in hoge mate afhankelijk van Afghaanse papaver.
In 2010 gebruikten meer dan 210 miljoen mensen illegale drugs, aldus het rapport. De traditionele drugs zijn wat minder populair geworden, aldus UNODC, maar dat is gecompenseerd door een groeiend gebruik van synthetische ‘designer drugs’ en misbruik van medicijnen.
Birma is nieuwe groeier
Een nieuwe groeier in de opiumteelt is Birma (Myanmar), maar de spil van de productie blijft toch Afghanistan, ondanks pogingen van de regering om de papaverteelt de kop in te drukken en ondanks een ziekte die een groot deel van de oogst verwoestte.
Om papaverboeren te helpen over te stappen op andere gewassen, moet de regering in Kaboel drastische stappen nemen, zegt Yoeri Fedotov, directeur van UNODC. Volgens hem zijn vooral de corruptie en de wetteloosheid de oorzaak van de continuïteit van de papaverteelt. De boeren worden volgens hem volledig gecontroleerd door feodale landheren.
Volgens experts heeft Afghanistan bovendien nog een probleem met binnenlands drugsgebruik. Uit recent onderzoek blijkt dat er op z’n minst een miljoen verslaafden in het land zijn, waaronder 60.000 kinderen onder de vijftien.
Cocaïne
Volgens de onderzoekers is het gebruik van cocaïne uit Zuid-Amerika teruggelopen en zijn daarmee ook de winsten van de drugskartels gedaald. De consumptie in de Verenigde Staten is in de laatste jaren enorm verminderd, maar het land blijft met 157 ton gebruikte cocaïne (in 2009) de grootste markt ter wereld.
In een bijeenkomst voorafgaand aan de presentatie van het rapport zei VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon dat drugshandel de laatste jaren een “grote bedreiging” is geworden voor de “veiligheid en gezondheid van mensen en regio’s”. De markt voor Afghaanse opiaten, ter grootte van 61 miljard dollar (43 miljard euro), maakt “opstanden, internationaal terrorisme en destabilisatie” mogelijk.
De markt voor West-Afrikaanse cocaïne, die 85 miljard dollar (60 miljard euro) bedraagt, verergert het probleem van verslaving en witwasserij, met politieke instabiliteit als gevolg, aldus Ban Ki-moon.