Afrikaanse presidenten doen hun beklag bij Bush

Nieuws

Afrikaanse presidenten doen hun beklag bij Bush

Emad Mekay

14 juni 2005

Tijdens een onderhoud met president Bush maandag in het Witte Huis hebben de presidenten van Botswana, Ghana, Mozambique, Namibië en Niger bitter geklaagd over de trage Amerikaanse bureaucratie en de te strakke nadruk op economische in plaats van democratische normen om tariefvrij naar de VS te mogen exporteren. Dat zegt president Festus Mogae van Botswana. We dreigen te worden uitgesloten omdat we niet arm genoeg zijn, zegt Mogae. Maar arm zijn we.

De onvrede betreft de Amerikaanse ‘African Growth and Opportunities Act’ (AGOA), een handelsakkoord dat het Amerikaanse parlement in 2000 na jaren gebakkelei onder voormalig president Bill Clinton goedkeurde en waarvan Bush vorig jaar de einddatum verlegde van 2008 tot 2015. AGOA schaft zowat alle VS-importbarrières af op de belangrijke exportproducten uit Afrikaanse landen bezuiden de Sahara naar de VS, en met name ook op textiel. Momenteel vallen 37 Afrikaanse landen onder AGOA - waaronder de vijf landen van de uitgenodigde presidenten.

Afrikaanse landen kwalificeren alleen als ze aan een reeks eisen voldoen. Amerikaanse ambtenaren moeten bevestigen dat die landen hun economie hebben geliberaliseerd, staatsbedrijven hebben geprivatiseerd, de inmenging van de overheid in de private sector tot een minimum hebben teruggebracht en een gerechtelijk systeem naar Amerikaans model hebben ingevoerd.

De trage vooruitgang in de erkenning van landen die voldoen aan de voorwaarden veroorzaakt economische schade, zegt president Mogae. Hij zei dat de vijf Afrikaanse leiders die overdreven bureaucratie hadden aangekaart bij Bush. Volgens hem kregen ze van de Amerikaanse president de verzekering dat minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice de problemen zou proberen op te lossen. Bush noemde de vijf landen voorbeelden op vlak van ontwikkeling en democratie.

Meestal voldoen we aan de voorwaarden als het gaat over goed bestuur, democratie, respect voor de mensenrechten, wetgeving, open economie, beleidsmaatregelen en ga zo maar door, zegt Mogae. Maar als het over inkomen per persoon gaat, vallen sommige landen uit de boot omdat de cijfers zeggen dat ze niet arm genoeg zijn.

Ondanks die klachten zijn de vijf Amerikaanse presidenten niet ontevreden over AGOA. We denken dat het programma veel heeft opgeleverd, en we zijn blij dat het verlengd is tot 2015, zegt Mogae. En ja, verbetering blijft mogelijk. Alle programma’s zijn vatbaar voor verbetering, maar dan op gebied van verfijning en uitbreiding naar alle landen.

De recentste cijfers van de Internationale Handelscommissie van de VS geven aan dat de totale VS-import uit landen die onder AGOA vallen in 2003 bijna 14,1 miljard dollar bedroeg, een toename van meer dan 36 procent ten opzichte van 2002. Het Witte Huis zegt dat de VS-import uit AGOA-landen vorig jaar nog eens met 88 procent toenam, en de export van VS-producten naar AGOA-landen met 25 procent. Maar ngo’s wijzen erop dat de recentste handelscijfers bewijzen dat het leeuwendeel van de import en export tussen de VS en Afrika op naam staat van slechts een heel beperkt aantal Afrikaanse landen. 66,3 procent kwam uit Nigeria, 11,8 procent uit Zuid-Afrika en 8,3 procent uit Gabon. Andere grote exporteurs waren Lesotho, Congo, Madagaskar en Kenia. (ADR/PD)