Amerikanse regering blijft verdeeld over Amerikaans-Chinese betrekkingen

Nieuws

Amerikanse regering blijft verdeeld over Amerikaans-Chinese betrekkingen

Jim Lobe

05 november 2003

VS/CHINA: Amerikanse regering blijft verdeeld over Amerikaans-Chinese betrekkingen

WASHINGTON, 5 november (IPS) - Binnen de Amerikaanse regering blijven haviken en realisten het oneens over de houding ten opzichte van de Chinese Volksrepubliek. Het ziet er wel naar uit dat anti-Chinese hardliners als Defensieminister Donald Rumsfeld, en vice-president Dick Cheney stilaan de duimen zullen moeten leggen. Dat heeft op de eerste plaats te maken met de handigheid waarvan de Chinese diplomatie de jongste tijd heeft blijk gegeven.

De verdeeldheid binnen de regering-Bush kwam vorige week nog aan licht tijdens het bezoek van de Chinese minister van Defensie, Cao Gangchuan, aan Washington. Tijdens het gebruikelijk galadiner voor de hoge Chinese gast stuurde minister van Defensie Rumsfeld ostentatief zijn kat. Zijn medewerkers brachten wel de gebruikelijke heildronk uit en verontschuldigden zich voor de afwezigheid van hun baas. Donald Rumsfeld heeft al vaker laten blijken dat de diplomatieke geplogenheden hem gestolen kunnen worden. Maar zijn signaal was overduidelijk: het is met zeer veel tegenzin dat hij de militaire samenwerking met Peking moet hervatten. Na een ernstig incident in de lente van 2001 werd de militaire samenwerking tussen beide landen bevroren. De Chinese overheid hield toen de bemanning van een Amerikaans spionagevliegtuig twee weken vast. Het toestel had een noodlanding moeten maken op het eiland Hainan, nadat het in botsing was gekomen met een Chinees gevechtsvliegtuig.

Na de terreuraanslagen van 11 september 2001 ging president Bush op zoek naar bongenoten in zijn oorlog tegen het terrorisme. De banden met Peking werden weer aangehaald. Rumsfeld en Cheney, de anti-Chinese harde kern, moesten voorlopig inbinden en al hun aandacht vestigen op de strijd tegen het terrorisme en de militaire operaties in Afghanistan en Irak. Net zoals zijn voorganger Bill Clinton begreep George Bush dat China een belangrijk machtsfactor is geworden - en niet alleen in Azië.

De voorbije weken heeft de Chinese diplomatie daarenboven een voortreffelijk optreden laten zien in de internationale arena. En dat heeft de positie van de hardliners in Washington stevig ondermijnd. China speelde een belangrijke rol bij de goedkeuring van een nieuwe, door de VS ingediende, resolutie over Irak in de Veiligheidsraad. Peking kondigde zijn steun voor de nieuwe VS-tekst aan voordat Rusland, Frankrijk en Duitsland hun positie hadden bepaald. China heeft er belang bij dat het multilaterale systeem zo sterk mogelijk blijft en speelt daarom een steeds actievere rol op het internationale forum. Dat is een opmerkelijke nieuwe situatie. In de jaren negentig pleitte VS-president Clinton voor nauwe banden met China en voor de integratie van de Volksrepubliek in het internationale systeem. Om te beletten dat China een destabiliserene factor wordt, verklaarde Clinton bij herhaling. Vandaag zijn de rollen omgekeerd: Peking gebruikt nu de VN om te beletten dat president Bush te ver gaat in zijn unilaterale politiek.

China verbeterde ook zijn de betrekkingen met Japan. Peking overtuigde verder de Indiase premier, Atal Bihari Vajpayee, om de Chinese soevereiniteit over Tibet te erkennen en in te stemmen met een nooit gezien programma voor gezamenlijke militaire oefeningen. In Australië slaagde de Chinese diplomatie erin Bush naar het tweede plan te verdringen. De haviken van het Pentagon hebben plannen om van Australië een belangrijke militaire basis te maken voor hun strategie van ‘forward-leaning’, die in Oost-Azië uiteraard in de eerste plaats tegen de Chinese Volksrepubliek is gericht.

De Chinese diplomatie is op haar hoede en speelt handig spel. Heel wat Aziatische landen blijven naar de VS lonken om de Chinese invloed in de regio niet te groot te laten worden, maar ze willen in geen geval betrokken worden bij een heruitgave van het oude ‘containment’, waardoor China tijdens de Koude Oorlog werd geïsoleerd. Ook die houding van de meeste Aziatische landen is een zware tegenslag voor de haviken in het Pentagon.

Nadat de VS na 11 september de banden met Peking weer aanhaalden, deed Donald Rumsfeld al het mogelijke om dit proces op zijn minst te vertragen. De voorbij maanden zitten de Chinees-Amerikanse betrekkingen echter in de lift: VS-oorlogsbodems leggen weer aan in Chinese havens en ondanks de tegenwerking van Rumsfeld komt er meer samenwerking op militair vlak. Terwijl Rumsfeld de Chinese Defensieminster Cao Gangchuan links liet liggen, had de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell “een zeer hartelijke ontmoeting en een diepgaand gesprek over een brede waaier van onderwerpen” met de hoge Chinese gast. Powell sprak zijn steun uit aan de verbetering van de relaties en hoopte op snelle vooruitgang, ook op het vlak van de militaire samenwerking.