Ontwikkelingslanden spendeerden vorig jaar een recordbedrag van 1,4 biljoen dollar aan hun buitenlandse schuld
Armste landen betalen zich blauw aan schuldaflossing en rente
Ontwikkelingslanden spendeerden vorig jaar een recordbedrag van 1400 miljard dollar aan hun buitenlandse schuld, blijkt uit cijfers van de Wereldbank. Torenhoge rentebetalingen zetten de begrotingen van veel landen onder druk, met grote gevolgen voor hun gezondheidszorg, onderwijs en het milieu.
Uit de gegevens van het laatste internationale schuldenrapport blijkt dat de financiële druk het grootst was voor de armste en meest kwetsbare landen die in aanmerking komen voor leningen van de International Development Association (IDA) van de Wereldbank.
De landen betaalden in 2023 een recordbedrag van 96,2 miljard dollar om hun schuld af te lossen. Meer dan een derde van dat bedrag bestond uit rentekosten (34,6 miljard dollar), vier keer zoveel als tien jaar geleden.
Gemiddeld bedragen de rentebetalingen van die armste landen nu bijna 6 procent van hun exportopbrengsten - het hoogste niveau sinds 1999. Voor sommige van deze landen lopen de betalingen op tot 38% van de exportopbrengsten.
Laatste reddingslijn
Sinds 2022 trekken particuliere schuldeisers zich bovendien meer en meer terug: ze innen meer geld dan ze als lening verschaffen aan de armste landen.
‘We zijn de laatste reddingslijn geworden voor arme economieën die worstelen om hun schulden in evenwicht te brengen met uitgaven voor gezondheidszorg, onderwijs en andere belangrijke ontwikkelingsprioriteiten’, zegt Indermit Gill, hoofdeconoom en senior vicevoorzitter van de Wereldbank.
‘In arme landen met een hoge schuldenlast fungeren multilaterale ontwikkelingsbanken nu als kredietverstrekker in laatste instantie, een rol waarvoor ze niet bedoeld zijn. Dat weerspiegelt een disfunctioneel financieringssysteem: met uitzondering van fondsen van de Wereldbank en andere multilaterale instellingen, stroomt er geld weg uit arme economieën terwijl het er naartoe zou moeten stromen.’
Duurdere rente
De covid-19-pandemie jaagde de schuldenlast van alle ontwikkelingslanden omhoog - en de daaropvolgende stijging van de wereldwijde rentetarieven heeft het voor veel landen moeilijker gemaakt om weer overeind te krabbelen. Eind 2023 bedroeg de totale buitenlandse schuld van lage- en middeninkomenslanden 8,8 biljoen dollar, een stijging van 8% ten opzichte van 2020.
In 2023 werd lenen in het buitenland aanzienlijk duurder voor ontwikkelingslanden. De rente op leningen van officiële schuldeisers verdubbelde tot meer dan 4 procent. De tarieven van particuliere schuldeisers stegen met meer dan een punt tot 6 procent - het hoogste niveau in 15 jaar.
De wereldwijde rentetarieven zijn sindsdien beginnen dalen, maar zullen naar verwachting boven het gemiddelde blijven van in het decennium voor corona.
Het nieuwe rapport belicht de belangrijkste trends in de International Debt Statistics-database van de Wereldbank - de meest uitgebreide en transparante bron van gegevens over de buitenlandse schuld van ontwikkelingslanden.
Transparantie
‘Uitgebreide gegevens over de schulden van overheden kunnen nieuwe investeringen vergemakkelijken, corruptie terugdringen en dure schuldencrises voorkomen’, verklaart Haishan Fu, hoofdstatisticus van de Wereldbank en directeur van de Development Data Group.
‘De Wereldbank heeft een leidende rol gespeeld bij het verbeteren van de transparantie van schulden over de hele wereld, vooral in economieën die in aanmerking komen voor IDA’, besluit hij.
Niets missen?
Abonneer je op (één van) onze nieuwsbrieven.