Bahrein, strategisch doodgezwegen

Nieuws

Bahrein, strategisch doodgezwegen

Bahrein, strategisch doodgezwegen
Bahrein, strategisch doodgezwegen

Maryam al-Khawaja

28 augustus 2013

In Bahrein wordt ondanks de zware repressie nog bijna dagelijks in 25 dorpen betoogd. Sinds dag één van de revolutie, februari 2011, eisen burgers dat de koning zijn belofte uit 2001 nakomt en Bahrein hervormt tot een echte constitutionele monarchie.

Ze eisen een grondwet die door de burgers en niet uitsluitend door de koning wordt geschreven. De Bahreinse sjiitische meerderheid eist gelijke rechten op, wat absoluut gerechtvaardigd is gelet op de systematische discriminatie en marginalisering door het soennitische regime die ze dagelijks moet verduren. En dus roept het regime steeds maar weer dat de demonstranten een sektarische agenda hebben. Van de beloofde hervormingen of de doorstart naar een nationale dialoog kwam nauwelijks iets terecht.

Dagelijks demonstreren 50 tot 500 mensen. Het lijkt bijna niets, maar dat is het niet in het kleine Bahrein. Dat is het ook niet als je weet dat tientallen mensen zonder vorm van proces om het leven zijn gebracht door overheidstroepen. Het Bahreinse Centrum voor de Mensenrechten schat het aantal politieke gevangenen nu op 2500 – dat is één per 500 inwoners. Van de oorspronkelijk 6000 werknemers die in 2011 werden ontslagen omdat ze deelnamen aan demonstraties op het Parelplein, keerden velen terug. Alleen kregen de meesten van hen een slechtere baan en werden velen gedwongen een eed van trouw aan de overheid te tekenen. Honderd mensen blijven werkloos. Ziekenhuizen staan onder militaire surveillance, het martelen van gearresteerde demonstranten blijft een dagelijkse praktijk en overheidstroepen gebruiken ongeoorloofd geweld tegen jonge kinderen. In de voorbije weken vonden tientallen huisinvallen plaats waarbij jongeren willekeurig werden gearresteerd.

Het Bahreinse Centrum voor de Mensenrechten schat het aantal politieke gevangenen nu op 2500 – dat is één per 500 inwoners.

Recent vaart Hamad bin Isa al-Khalifa, die zichzelf tot koning kroonde na daartoe in 2002 eigenmachtig de grondwet te hebben gewijzigd, zo op het oog een nieuwe koers. Hij wil niet langer het gezicht zijn van nieuwe repressieve maatregelen en gebruikt nu de Nationale Vergadering, in principe een volksvertegenwoordigend orgaan. Op 28 juli werd een speciale zitting daarvan samengeroepen om de terrorismewetgeving te strenger te maken. Wat, één, volgens juristen niet conform de Bahreinse grondwet verliep. En twee: de aanbevelingen verbieden onder meer elke samenscholing in de hoofdstad Manama en maken politieke dissidentie op sociale media strafbaar. De aanbevelingen werden meteen goedgekeurd door de regerende familie al-Khalifa, een zoveelste uitholling van de burgerrechten.

Dat de internationale gemeenschap hiervoor de ogen blijft sluiten heeft alles te maken met geopolitieke, economische en veiligheidsbelangen.

Lippen op elkaar

Buurland Saoedi-Arabië en de andere Golfstaten blijven vrezen dat een revolutie in Bahrein naar hen zal overslaan en steunen het regime. De Verenigde Staten spelen het spel mee omdat Bahrein, strategisch gelegen in de Straat van Hormoez, een basis van de Amerikaanse Vijfde Vloot huisvest. De VS legitimeerden de onwettige en zeer gewelddadige inval van de Golftroepen in Bahrein in maart 2011, en blijven ook militaire hulp en wapens naar Bahrein sturen, ondanks herhaalde oproepen van het Congres om de wapenhandel stop te zetten. Er is ook nog het Verenigd Koninkrijk, oude vriend en bondgenoot van de al-Khalifa’s. De Britse regering kauwt het Bahreinse overheidsdiscours kritiekloos na, namelijk dat de oppositie zich bezondigt aan geweld en dat hervormen nu eenmaal een traag proces is.

En dan is er Europa. Dertien mensenrechtenactivisten zitten in Bahrein een levenslange celstraf uit. Twee van hen zijn Europese (Deense) burgers. Ondanks een resolutie van het Europees Parlement of de vraag van Denemarken om een actieve campagne te beginnen voor de vrijlating van de politieke gevangenen, houdt de EU de lippen op elkaar.

We hebben de perceptie, de geopolitieke machtsspelen en de door Bahrein gul gesmeerde lobbymachinerie tegen. Maar laten we ernstig blijven, wie als staat of regio de mensenrechten hoog in het vaandel beweert te dragen, moet zichzelf ook de vraag stellen hoe consequent hij dan omgaat met strategische bondgenoten die de mensenrechten vertrappen. En wie niet overtuigd is, daag ik uit om te tellen hoeveel mensenrechtenactivisten er in Bahrein nog vrij rondlopen.

De Deens-Bahreinse Maryam al-Khawaja is mensenrechtenactviste, net zoals haar vader, Bahreins bekendste activist Abdulhadi, en haar zus Zaynab, die beiden in de cel zitten.