Bevolking moslimlanden wil een meer onafhankelijke VN
Ulrich Knapp
03 december 2008
In zeven landen met een moslimmeerderheid is onderzocht hoe de bevolking aankijkt tegen de Verenigde Naties. Hoewel de mensen de VN met gemengde gevoelens bekijken, is er in alle landen een breed draagvlak voor een grotere en sterkere VN, op voorwaarde dat de Verenigde Staten er een minder prominente rol vervullen. Dat blijkt uit een opiniepeiling van WorldPublicOpinion.org, een netwerk van onderzoekscentra.
Uit het rapport van de onderzoekers blijkt dat de bevolking in deze landen de VN over het algemeen zeer positief waarderen. De humanitaire hulp van de VN krijgt de meeste waardering, het minst tevreden zijn de mensen over het falen van de VN om een oplossing te vinden voor het Israëlisch-Palestijnse conflict. Ook is er grote ontevredenheid over de rol van de Verenigde Staten.
Opvallend
WorldPublicOpinion.org vroeg bijna 12.000 mensen uit Egypte, Turkije, Jordanië, Iran, Indonesië, de Palestijnse gebieden en Azerbeidjaan naar hun mening. Ook Nigeria, waar de bevolking voor de helft uit moslims bestaat, werd in het onderzoek meegenomen.
Volgens Steven Kull, directeur van WorldPublicOpinion.org is het opvallend dat de resultaten in deze landen grote gelijkenis vertonen met vergelijkbaar onderzoek in andere delen van de wereld. “Wereldwijd zijn mensen het er over eens dat de VN meer macht moet krijgen. Hoewel de bevolking van moslimlanden vaak zichtbaar teleurgesteld is in de VN, blijkt uit dit onderzoek het onderliggende verlangen voor een grotere en sterker VN.”
“Meer VN, minder VS”
Een grote meerderheid van de ondervraagden zouden graag een VN-veiligheidsraad met een eigen, blijvende vredesmacht zien. In Nigeria staat 80 procent van de bevolking achter dit idee. Ook wil een meerderheid dat de Veiligheidsraad de autoriteit krijgt om de mensenrechtensituatie in een land te onderzoeken. In Turkije is het draagvlak hiervoor met 47 procent het kleinst.
Driekwart van de ondervraagden gaven aan dat de Veiligheidsraad het recht moet hebben om militair in te grijpen als een land moedwillig terroristische organisaties steunt, of om ernstige mensenrechtenvergrijpen als genocide te voorkomen.
Onder de ondervraagden heerst de opvatting dat de VN gedomineerd wordt door de Verenigde Staten. Volgens Kull zou dit kunnen komen door het feit dat de VS haar vetorecht gebruikt om resoluties van de Veiligheidsraad over Israël tegen te houden.”
Behalve in Azerbeidzjan, is een meerderheid van de ondervraagden ervan overtuigd dat de VS de VN min of meer controleert en de VN naar haar pijpen kan laten dansen.Minder steun voor VN-acties
Het enthousiasme over initiatieven van de VN is onder de ondervraagden minder groot. De respondenten van het onderzoek werd gevraagd om verschillende VN-acties te beoordelen op een schaal van nul (geen resultaat) tot tien (bijzonder goed resultaat).
Met een 3,7 scoort de VN het laagst als het gaat om haar bemoeienissen met het Israëlisch-Palestijnse conflict. Ook met betrekking tot Darfoer krijgt de VN een dikke onvoldoende. Volgens Kull verwachten de mensen van de VN dat ze problemen oplossen en zijn ze teleurgesteld als dat niet gebeurt.
Pogingen van de VN om de gevolgen van klimaatverandering tegen te gaan, worden beoordeeld met een 4,6. Humanitaire hulp, georganiseerd door de VN krijgt het hoogste cijfer: gemiddeld een 5,9.