Cocateelt blijft toenemen
María Isabel García
02 juli 2002
In Colombia wordt dit jaar op naar schatting 163.000
hectaren coca verbouwd - een stijging met 18.000 hectaren ten opzichte van
2001. De productie van coca - de plant die het basisingrediënt voor cocaïne
levert - neemt er dus nog toe, ondanks de sterk opgedreven inspanningen van
de Colombiaanse ordediensten om drugsplantages vanuit de lucht met
herbiciden te bestoken. Experts stellen dat alleen een hardere aanpak van de
drugsmaffia en de oplossing van de prangende sociale problemen in het land
soelaas kan brengen.
Volgens de medewerkers van het ‘Programa Plante’, een Colombiaans
overheidsprogramma voor landelijke ontwikkeling, telde Colombia in 1980 nog
maar 5.000 hectaren cocaplantages. Die oppervlakte steeg tot zowat 37.000 in
1992 en tot 145.000 hectaren vorig jaar. Dit jaar zouden de cocaboeren dus
op nog meer akkers aan de slag zijn. Volgens officiële cijfers verdienen nu
dan ook al zowat 200.000 Colombiaanse gezinnen hun brood met de teelt van
drugs - naast coca ook marihuana en papaver.
Sinds enkele jaren is het Colombiaanse leger begonnen cocavelden op grote
schaal met krachtige herbiciden te besproeien. Tegenwoordig worden er op die
manier elk jaar zo’n 60.000 hectaren cocaplantages vernietigd. Maar nog
sneller duiken er nieuwe akkers op.
Experts sommen uiteenlopende redenen op waarom de productie van drugs in
Colombia zo een hoge vlucht kon nemen, en waarom de overheid er niet in
slaagt de zaken onder controle te krijgen. De Colombiaanse overheid heeft
een traditie van zwakke instellingen en moet bovendien al 40 jaar optornen
tegen linkse rebellen die het in uitgestrekte delen van het platteland voor
het zeggen hebben. Een sterk individualisme, een gebrek aan nationaal
bewustzijn en de wijdverbreide corruptie ondermijnen de sociale controle en
het respect voor de wet. De snelle verstedelijking van het land in de jaren
50 en de grote sociale ongelijkheden zouden een goede voedingsbodem hebben
geschapen voor misdadige organisaties.
Volgens Ricardo Vargas, een drugsexpert van de niet-gouvernementele
organisatie Acción Andina, kan de bestrijding van de cocateelt geen succes
worden zolang voor methoden gekozen wordt die veel schade aanrichten en de
plaag niet bij de wortel aanpakken. De massale sproeibeurten met
bestrijdingsmiddelen treffen naast de akkers van kleine cocaboeren ook
velden met andere gewassen en de natuur; zelfs de bewoners van omliggende
gebieden blijven niet gespaard. Kleinschaligere acties die in overleg met
alle betrokken worden uitgewerkt, kunnen meer succes hebben, gelooft Vargas.
Zinvol is ook meer geld uit te trekken voor de compensatie van cocaboeren
die hun winstgevende teelt opgeven, en voor boeren die willen overschakelen
naar legale gewassen. Nog meer valt te verwachten van de bestrijding van
witwaspraktijken om te verhinderen dat het drugsgeld steeds weer in omloop
wordt gebracht, het uitschakelen van smokkelnetwerken en de ontbinding van
privé-milities waarmee drugsbaronnen hun belangen veilig proberen te
stellen.