‘Meer dan 3 miljoen vluchtelingen op 3 maanden tijd, één van de grootste migratiecrisissen van deze eeuw’
Internationale hulp is broodnodig, maar Soedan raakt in de vergetelheid
IPS / Thomson Reuters News Foundation / Nita Bhalla
19 juli 2023
In Soedan zijn zeker 3 miljoen mensen op de vlucht geslagen voor geweld, verkrachtingen en ontvoeringen. De meest kwetsbare Soedanezen zitten al 3 maanden zonder voldoende eten of water. Hulpverleners hebben het steeds moeilijker om hen te bereiken. ‘Vergeet ons niet.’
Vluchtelingen, vaak gewond door de oorlog die woedt in Soedan, uit Darfur komen toe in het ziekenhuis in Adré in Tsjaad.
© MSF / Mohammad Ghannam
In Soedan zijn zeker 3 miljoen mensen op de vlucht geslagen voor geweld, verkrachtingen en ontvoeringen. De meest kwetsbare Soedanezen zitten al 3 maanden zonder voldoende eten of water. Hulpverleners hebben het steeds moeilijker om hen te bereiken. ‘We bidden dat de internationale gemeenschap ons niet vergeet.’
In een wereld vol conflicten die om aandacht vragen, staat Soedan laag op de agenda. Daardoor is het moeilijk om de getroffen mensen de hulp te geven die ze nodig hebben.
Drie maanden geleden begonnen in Soedan gevechten die het dagelijks leven tot stilstand brachten. Scholen en ziekenhuizen hebben de deuren gesloten, de voedselvoorraad en het geld op de bank slinkt. Khartoem vroeg om fondsen om de crisis de baas te kunnen, maar vandaag zitten buitenlandse donoren al door de helft van die fondsen.
Het conflict tussen het Soedanese leger en de paramilitaire groep Rapid Support Forces (RSF) brak uit op 15 april. 3 miljoen mensen zijn op de vlucht geslagen. Duizenden mensen zijn omgekomen. Wie het geweld overleefd heeft, is getraumatiseerd.
Van de 3 miljoen mensen die op de vlucht zijn, hebben 700.000 mensen de grens overgestoken naar de buurlanden, stellen de Verenigde Naties. Ongeveer de helft van de bevolking, zo’n 25 miljoen mensen, zit in een diepe humanitaire crisis en heeft dringend nood aan hulp.
Volgens humanitaire hulpverleners is het dagelijkse leven in Soedan moeilijker aan het worden. En nu de ambassades verlaten zijn, taant de internationale aandacht voor het conflict. De situatie is zelfs nog aan het verslechteren. 1 op de 2 Soedanezen is momenteel afhankelijk van een vorm van hulpverlening.
1 op de 2 Soedanezen is momenteel afhankelijk van een vorm van hulpverlening.
De meest kwetsbare Soedanezen hebben geen andere optie dan thuisblijven, maar daar zitten ze zonder eten, elektriciteit of water.
Buitenlandse donoren zien zich genoodzaakt om de aandacht te verleggen naar crisissen zoals de oorlog in Oekraïne en zien hun budgetten steeds kleiner worden. Hulpverleners die zich wel kunnen blijven inzetten, vrezen dat Soedan in de vergetelheid raakt.
4 op de 10 lijdt honger
Belangrijke belangrijke donorlanden zoals Canada, Zweden, Japan, Noorwegen en Nederland voorzien steeds minder budget voor het Afrikaanse continent, onder andere doordat ze bespaarden op ontwikkelingssamenwerking om in eigen land de coronacrisis te bestrijden. Maar tegelijk steeg de nood aan hulpverlening in Afrikaanse landen van 2021 tot 2022 met bijna 13%. Dat blijkt uit data van de Verenigde Naties.
‘Natuurlijk zijn er meerdere conflicten in de wereld die allemaal aandacht vragen, maar het conflict in Soedan wordt opnieuw door de internationale gemeenschap genegeerd.’ Dat stelt een hulpverlener die werkt voor liefdadigheidsorganisatie met een focus op gezondheid die niet bij naam genoemd wil worden. ‘Wat we nu nodig hebben, zijn fondsen, veiligheid en actie van de internationale gemeenschap, zodat wij een of andere vorm van vrede kunnen kennen.’
Artsen Zonder Grenzen levert noodhulp aan het ziekenhuis in Rokero in Noord-Darfur.
© MSF
Het conflict tussen het Soedanese leger en de paramilitaire groep Rapid Support Forces (RSF) ibrak uit op 15 april. Van de 3 miljoen mensen die op de vlucht zijn, hebben 700.000 mensen de grens overgestoken naar de buurlanden, stellen de Verenigde Naties. Ongeveer de helft van de bevolking, zo’n 25 miljoen mensen, zit in een diepe humanitaire crisis en heeft dringend nood aan hulp.
Ondanks de onophoudelijke luchtaanvallen en geweerschoten zitten miljoenen mensen thuis vast, waaronder ouderen en mensen met een beperking. Zij kunnen zichzelf niet in veiligheid brengen en raken niet aan voedsel, water of medicatie.
Hulpverleners die hen willen ondersteunen, onder meer door te evacueren, worden geconfronteerd met heel wat uitdagingen. Ze lopen zelf een enorm risico, hun visumaanvragen dreigen vast te lopen in de bureaucratische mallemolen en het budget waarmee ze kunnen werken is ontoereikend.
1 op de 3 Soedanezen kampte al met een ernstig voedseltekort vóór de gevechten van start gingen.
Eddie Rowe, directeur van het VN-Wereldvoedselprogramma (WFP) in Soedan, zegt ‘bezorgd te zijn dat de toestand niet afneemt maar juist escaleert’. Volgens het WFP kampte 1 op de 3 Soedanezen al met een ernstig voedseltekort vóór de gevechten van start gingen. Door het conflict lijden miljoenen anderen nu ook honger.
‘Op dit moment hebben 4 op de 10 inwoners dringend nood aan voedsel’, zegt Rowe aan de lijn vanuit de havenstad Port Soedan. ‘Dat komt neer op 19 miljoen mensen. Onze grootste uitdaging op dit moment is de toegang tot conflictgebieden. Daar zijn een aantal gezinnen die nog steeds moeite hebben om amper een keer per dag iets te eten.’
De gevechten brengen ook het huidige zaaiseizoen in gevaar. Boeren voelen zich niet veilig en kunnen moeilijk om met de stijgende prijzen van zaden en pesticiden.
Verkrachtingen en ontvoeringen
Door het conflict is hoofdstad Khartoem een oorlogszone geworden. Het geweld verspreidt zich ook in de regio’s Kordofan en Darfur. VN-Secretaris Generaal Antonio Guterres stelde vorige week nog dat het land op de rand van een burgeroorlog staat.
Meermaals werden akkoorden gesloten om tijdelijk een wapenstilstand te houden, maar die duurden nooit lang. Minstens 1133 mensen zijn al omgekomen.
Daarnaast brengt het conflict ook steeds meer ontvoeringen en verkrachtingen van vrouwen en meisjes met zich mee. Hulporganisatie Save The Children meldt dat sommigen onder hen amper 12 jaar oud zijn. In Khartoem en Darfur ligt het geschatte aantal verkrachtingen op 88, maar in werkelijkheid zal dat aantal veel hoger liggen.
Arif Noor, verantwoordelijke voor Save The Children in Soedan, zegt dat mensen vluchten omwille van hun veiligheid en die van hun dochters. ‘Dit is een bijzonder lelijke en angstaanjagende situatie.’
Ook Zuid-Soedan ziet vluchtelingen uit Soedan toekomen, zoals hier in het transitcentrum in de stad Renk. Er is slechts een beperkte toegang tot onderdak, water, voedsel en sanitaire voorzieningen.
© MSF / Nasir Ghafoor
In de conflictregio’s dreigt ook een enorm voedseltekort. De prijs van basisgoederen is stijl de hoogte ingegaan. Cash geld is schaars, want de banken zijn gesloten. Hierdoor zijn burgers amper in staat om voedsel te kopen. Ze zijn evenmin in staat om transport te betalen om de gevechten te ontvluchten.
Minstens 11 hulpverleners zijn al omgekomen sinds het begin van de oorlog.
Humanitaire organisaties hebben het moeilijk om hulp te leveren, omwille van de hoeveelheid luchtaanvallen. De ziekenhuizen worden getroffen en het personeel riskeert gewond te raken – of erger – gewoon door hun baan uit te oefenen. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) telt 50 incidenten in gezondheidscentra. Minstens elf hulpverleners zijn gestorven sinds het begin van de oorlog.
‘Ik vind die aanvallen afschuwelijk’, zei WHO-directeur Tedros Adhanom Ghebreyenus vorige week nog in een persconferentie. ‘En ook de toename van op gender gebaseerd geweld is een verschrikking.’ Incidenten in ziekenhuizen verhinderen dat vrouwen en meisjes toegang hebben tot ‘essentiële hulpverlening op het moment wanneer ze die het meest nodig hebben’.
Ahmed Ali Ahmed Ali, communicatiemedewerker van het Rode Kruis in Soedan, stelt dat de gevechten de elektriciteits- en watercentrales om zeep geholpen hebben in dichtbevolkte gebieden. Repareren is momenteel onmogelijk. ‘Bewoners hebben geen toegang tot basisbehoeftes zoals water en elektriciteit’, stelt Ali Ahmed Ali. ‘De infrastructuur is erg beschadigd en onze technische dienst kan er niet aan.’
Het WFP noteert bovendien verliezen ter waarde van 94 miljoen dollar, onder meer door de plundering van hun voorraad en door diefstal van voedsel, brandstof, generatoren en andere hulpmiddelen.
Hulpcorridor
Ook wie Soedan wil verlaten, dreigt in zeer moeilijke omstandigheden terecht te komen. Na een lange, gevaarlijke tocht naar de buurlanden zitten vluchtelingen dagenlang vast aan de grensovergang. Ook daar is een gebrek aan water en sanitaire voorzieningen. Dat vergroot de kans op ziektes.
Het grootste risico voor de hulpverlening is een gebrek aan interesse vanuit donoren.
Omdat er voorlopig geen einde lijkt te komen aan de vijandigheden, hebben hulporganisaties onderhandeld met de rivaliserende militaire groeperingen. Zo hebben ze intussen een aantal hulpcorridors kunnen installeren, al volstaat dat nog niet om alle nodige hulp te kunnen leveren.
Daarnaast is ook technische expertise noodzakelijk. Daarom vragen hulpverleners aan Khartoem om visa voor buitenlandse dokters, ingenieurs en logistiek medewerkers snel in orde te krijgen.
Maar het grootste risico voor de hulpverlening is een gebrek aan interesse vanuit donoren. Tot hiertoe hebben internationale donoren amper 1,5 miljard dollar toegezegd om Soedan te helpen. Dat is slechts de helft van het nodige bedrag.
‘Dit is een van de grootste migratiecrisissen van deze eeuw, met meer dan 3 miljoen vluchtelingen op 3 maanden tijd’, stelt Elsadig Elnour, directeur van Islamic Relief in Soedan. ‘Deze situatie is urgenter dan ooit. We bidden dat de internationale gemeenschap ons niet vergeten is.’
Dit artikel is eerder verschenen bij IPS-partner Thomson Reuters News Foundation