Censuur en arrestaties zetten kwaad bloed
Dag van de Woede in Libië
Hasna Ankal
17 februari 2011
Vandaag is het in Libië de eerder aangekondigde "Dag van de Woede" tegen president Kadhafi. Deze volgt op een aantal dagen van felle protesten die gewelddadig werden onderdrukt. Journalisten in Libië kregen gisteren te horen dat ze niet mogen berichten over het protest en niet aanwezig mogen zijn op plaatsen waar manifestanten samenkomen. Dat bevestigt Mohamed Abdel Dayem van het Committee to Protect Journalists (CPJ) vanuit New York aan MO*. Deze en andere censuurmaatregelen bemoeilijken de berichtgeving.
Volgens een twitterbericht van Jeel Ghatub is Mohamed Ashim die video’s van de protesten in de stad Benghazi heeft gepubliceerd, gearresteerd en is zijn familie bedreigd. Al Jazeera zegt dat ook de Libische schrijver Idris Al-Mesmari enkele uren na een interview met de zender is gearresteerd. In dat interview zei hij dat leden van de veiligheidsdienst die in Benghazi in burger gekleed waren, traangas, wapenstokken en heet water gebruikten tegen de protesteerders in de nacht van dinsdag op woensdag. Nog een andere blogger en auteur, genaamd Mohamed Suhaim, zou volgens een twitterbericht hetzelfde lot gekend hebben.
Door deze berichten zijn veel Libiërs extra voorzichtig in hun omgang met de media. Voor journalisten zelf is het ook niet makkelijk. Vluchten van Tripoli naar Benghazi zouden geannuleerd zijn en journalisten kregen een verbod om te berichten over de betogingen. CPJ houdt de situatie in de gaten en zegt dat het indien nodig contact zal opnemen met de Libische regering. ‘Elke maatregel die journalisten of burgers hindert om nieuws en informatie te verspreiden, zullen we veroordelen’, vertelt Mohamed Abdel Dayem die voor CPJ informatie verzamelt over omstandigheden voor journalisten in Noord-Afrika.
Censuur is niet ongewoon in Libië. In ‘Attacks on the press’, een overzicht van geweld tegen journalisten in 2010 dat gisteren op de site van CPJ is gepubliceerd, is te lezen dat journalist Mohamed al-Sarit werd lastiggevallen door agenten van de overheid na zijn online publicatie van een artikel over de armoede in het olie rijke land.
Satteliet en sociale media
Intussen meldt Al Jazeera dat het niet meer te ontvangen is op het netwerk van de kabeltelevisie dat eigendom is van de staat. Via sattelietnetwerken hebben Libiërs alsnog toegang tot de zender. Sociale media Twitter en Facebook waren gisteren een tijd in de namiddag moeilijk bereikbaar maar in de avond was de verbinding hersteld.
De laatste nieuwsberichten over Libië komen uit de steden Bayda en Zentan. In die laatste zijn honderden mensen op straat gekomen en staken ze hoofdkwartieren van veiligheidsdienten en een politiestation in brand om nadien tenten op te zetten in het centrum van de stad. Over Bayda is nu zeker dat minstens twee doden zijn gevallen na gevechten tussen veiligheidsdiensten en betogers. Ook zijn volgens Al Jazeera minstens 38 mensen gewond. Op Twitter melden Libiërs dat er in Bayda vanuit helicopters geschoten werd op betogers.
In Benghazi was het in de nacht van dinsdag op woensdag tot geweld gekomen tussen antiregeringbetogers enerzijds en de politie en supporters van het regime anderzijds. Daarbij zijn volgens Al Jazeera twintig mensen opgepakt. Benghazi is de tweede grootste stad van het land op zo’n 1000 kilometer ten oosten van de hoofdstad Tripoli. De protesten in Benghazi begonnen nadat familieleden van de gevangenen die in 1996 vermoord werden, de straat op gingen om te protesteren tegen de arrestatie van Fathi Terbil, hun woordvoerder en mensenrechtenadvocaat. Reden voor zijn arrestatie was niet duidelijk, maar volgens berichten werd hij later vrijgelaten.
Kort nadien zouden honderden pro-regime manifestanten naar Benghazi getrokken zijn en ook naar Syrte, Sebha en Tripoli volgens beelden van de Libische staatstelevisie.
Abu Slim
Zo’n 1200 gevangenen werden gedood op 29 juni 1996 in de Abu Slim gevangenis nadat zij protesteerden tegen de onmenselijke omstandigheden in hun cellen. Velen van hen zaten gevangen zonder een proces. Mensenrechtenorganisaties klaagden over de onduidelijkheid van de omstandigheden en over het feit dat familieleden van de vermoorde gevangen geen uitleg kregen over de doodsoorzaak.
Nu eisen mensenrechtenorganisaties samen met Libische burgers het aftreden van president Kadhafi die al 41 jaren het land bestuurt.