Europees rapport: hout slechter dan fossiele brandstoffen voor energie

Nieuws

'Als we niet weten welke bosbiomassa er voor bio-energie wordt verbrand, is geen effectief beleid mogelijk'

Europees rapport: hout slechter dan fossiele brandstoffen voor energie

Europees rapport: hout slechter dan fossiele brandstoffen voor energie
Europees rapport: hout slechter dan fossiele brandstoffen voor energie

IPS

29 januari 2021

De verbranding van biomassa voor energie produceert meer broeikasgassen dan steenkool, olie of gas. Dat is de opvallende conclusie van een studie in opdracht van de Europese Commissie. Het Wereldnatuurfonds pleit voor een strenger Europees beleid om lidstaten tot actie te bewegen.

CC0

CC0

Het rapport dat begin deze week werd gepubliceerd door het Joint Research Centre (JRC), stelt vast dat het grootste deel van de biomassa uit bos die in de Europese Unie (EU) wordt verbrand de uitstoot verhoogt - in vergelijking met fossiele brandstoffen. Bovendien houdt dat effect decennialang aan.

Dat betekent dus dat inzetten op biomassa de doelstelling van netto nuluitstoot tegen 2050 in het gedrang brengt, stelt het Wereldnatuurfonds (WWF) in een reactie. De verbranding van biomassa in de EU is verantwoordelijk voor een uitstoot van meer dan 350 miljoen ton CO2 per jaar.

Duurzaam gebruik biomassa

In mei 2020 werd de EU-biodiversiteitsstrategie 2030 aangenomen. De Commissie voorzag al van bij de aanname in de publicatie van dit rapport over het gebruik van bosbiomassa voor energieproductie. Bedoeling was om het Europese beleid te kunnen informeren over duurzaam gebruik van bosbiomassa voor energieproductie.

De verbranding van biomassa in de EU is verantwoordelijk voor een uitstoot van meer dan 350 miljoen ton CO2 per jaar.

‘Het EU-energiebeleid stimuleert momenteel de verbranding van biomassa terwijl het rapport van het Joint Research Centre aantoont dat daar gevaren aan verbonden zijn en dat het in strijd is met het EU-klimaatbeleid’, stelt het WWF. De conclusie van de EU is dat ‘nationale corrigerende maatregelen’ nodig zijn.

Zo schrijven de auteurs van het rapport dat houtige biomassa het potentieel heeft om zowel de klimaat- als de biodiversiteitscrisis aan te pakken ‘maar enkel als biomassa duurzaam wordt geproduceerd en efficiënt wordt gebruikt’. Ze erkennen dat dit een ‘kritiek punt is gezien het feit dat de Europese bossen over het algemeen niet in goede staat zijn’.

Scherpere regels

‘De Commissie onttrekt zich aan haar verantwoordelijkheid’, reageert Alex Mason, senior beleidsmedewerker bij WWF Europa. ‘Ze geeft in dit rapport in feite toe dat het bio-energiebeleid van de EU de klimaatverandering versnelt om vervolgens de bal in het kamp van de lidstaten te gooien om het probleem op te lossen.’

‘We hebben dringend nood aan een verscherping van de regels inzake biomassa binnen de Europese Richtlijnen voor Hernieuwbare Energie, voor er nog meer schade wordt aangericht’, zegt Mason.

Brandhout

De meeste Nationale Energie en Klimaatplannen (NECP) bevatten geen heldere beoordeling over de potentiële impact van biomassa als energiebron op de uitstoot van CO2, biodiversiteit, water en luchtvervuiling. Dat is met name het geval voor Centraal en Oost-Europa waar brandhout nog een belangrijke bron van energie is, vooral voor gezinnen op het platteland.

De meeste nationale plannen bevatten geen heldere beoordeling over de potentiële impact van biomassa als energiebron.

Volgens cijfers uit 2012 was 32 procent van de energie voor de verwarming van huizen in Bulgarije afkomstig van de verbranding van hout. ‘Uit de laatste Nationale Energieplannen van Bulgarije blijkt dat het land biomassa voor de verwarming van huizen nog met 44 procent wil uitbreiden en het land verder geen plannen heeft inzake hernieuwbare energie tot 2030’, zegt WWF. De maatregel zou betekenen dat het aantal gezinnen dat biomassa gebruikt als energiebron in Bulgarije zal groeien van 1,1 miljoen in 2016 tot 1,7 miljoen in 2030, wat neerkomt op drie vierde van de gezinnen.

Ook Hongarije heeft het in zijn klimaatplan over intenties om de capaciteit van biomassa met de helft uit te breiden.

Hout van onbekende afkomst

WWF merkt ook op dat tot 20 procent van het hout dat in de EU wordt verbrand, afkomstig is uit onbekende bron. ‘Als we niet weten welke bosbiomassa er voor bio-energie wordt verbrand, is geen effectief beleid mogelijk’, stelt de milieuorganisatie.

Verder blijkt ook uit het rapport dat in slechts één van de vierentwintig onderzochte scenario’s voor het gebruik van bosbiomassa op korte termijn, de uitstoot verlaagde. Die ‘korte termijn’ betekent trouwens dat de uitstoot uit biomassa pas na twintig jaar lager wordt dan die uit fossiele brandstoffen.

‘Als we niet weten welke bosbiomassa er voor bio-energie wordt verbrand, is geen effectief beleid mogelijk.’

Hervorming

Industriekoepel Bioenergy Europe zegt in een reactie op het rapport dat de implementering van de REDD II-duurzaamheidscriteria de negatieve impact zal minimaliseren. ‘Om deze implementatie te optimaliseren, zijn er boswetten en richtlijnen op maat nodig. Die dienen strikt opgevolgd en gecontroleerd te worden’, stelt de koepel in een reactie.

De koepel benadrukt ook dat het rapport zegt dat het grootste aandeel Europees hout (49 procent) voor energie-opwekking afkomstig is van bijproducten uit de houtindustrie, zoals schors en houtafval. Bovendien zou ook het primaire hout, goed voor 37 procent van de biomassa, vooral afkomstig zijn van boomtoppen, takken en ander minderwaardig hout.

Het JRC-rapport zal naar verwachting worden meegenomen in de in juni geplande voorstellen die de Commissie zal formuleren inzake een hervorming van de Richtlijn over Hernieuwbare Energie. De kwestie over beperkingen op gebruikte grondstoffen, is wat er momenteel eerder ontbreekt in de richtlijn. In 2018 uitten bijna 800 wetenschappers al hun bezorgdheid daarover in een open brief aan het Europese Parlement.