Herstel gaat voorbij aan Noord-Argentinië
Marcela Valente
28 februari 2006
Argentinië laat de zwaarste economische crisis uit zijn geschiedenis snel achter zich, maar het herstel blijft uit in het noorden van het land. De Verenigde Naties vinden dat de Argentijnse regering extra inspanningen moet leveren om de wijdverbreide armoede in die regio aan te pakken.
De negen provincies in het noorden van Argentinië lijken wel in een ander land te liggen. Van de 7,5 miljoen mensen die er leven, zaten er in 2004 nog altijd 4,5 miljoen onder de armoedegrens. Zelfs op het dieptepunt van de recessie die Argentinië in 2001 feitelijk bankroet deed gaan, telde de rest van het land niet zo’n groot aandeel arme mensen.
Met groeicijfers van rond de 9 procent is de Argentijnse economie sinds 2003 verbazend snel uit het dal geklauterd, maar het noorden hinkt ver achterop. De regio worstelt met oude problemen, die alleen met een grote en lang volgehouden politieke krachtinspanning kunnen worden opgelost, zegt Liliana de Riz. Zij leidde een team van onderzoekers die voor het Ontwikkelingsprogramma van de VN (UNDP) een rapport schreven over Argentinië na de crisis.
De statistieken spreken boekdelen over de kloof tussen het noorden van Argentinië en de rest van het land. Van elke 1000 kinderen die in het noorden ter wereld komen, worden er 22 dood geboren. Dat is ruim een kwart meer dan het gemiddelde voor het hele land. In Chaco, de allerarmste provincie, sterven twee keer meer zuigelingen dan in het zuidelijke Patagonië.
De negen arme provincies tellen ook dubbel zoveel analfabeten als gemiddeld. Ook de huisvesting en de toegang tot gezondheidszorgen laat er veel meer te wensen over. Die problemen kunnen zich nog toespitsen, want het noorden van Argentinië heeft een relatief jonge bevolking.
Ook in de noordelijke provincies is het ergste van de crisis voorbij. In 2002 zaten in sommige streken acht op de tien inwoners onder de armoedegrens; nu is dat aandeel gezakt tot zes op tien. Maar er moet veel meer gebeuren, vindt De Riz. Het federalisme in Argentinië is niet op samenwerking gericht, oordeelt de experte. De federale overheid heeft geen beleid de groei in achtergebleven gebieden aan te zwengelen.
Waarom profiteert het noorden van Argentinië niet automatisch van de relance in de rest van het land? Daarvoor ziet het UNDP veel oorzaken. De productiviteit in het noorden van Argentinië bedraagt maar de helft van het nationale gemiddelde. De regio trekt maar een tiende van de investeringen aan die heel Argentinië doet optekenen, en heeft nog een kleiner aandeel in de buitenlandse handel van het land. De huidige economische dynamiek in het noorden van het land is onvoldoende voor de ontwikkeling van de regio, schrijven de auteurs van het UNDP-rapport.
Buiten de overheidsdiensten is de werkgelegenheid in de negen noordelijke provincies minimaal, stelt het UNDP vast. In heel Argentinië biedt de privé-sector drie keer meer arbeidsplaatsen dan de overheid; in het noorden zijn er maar iets meer banen in bedrijven dan bij de overheid. Door het economisch herstel hebben in de rest van Argentinië de meeste mannelijke gezinshoofden weer werk gevonden. In het noorden blijven jonge mannen de meerderheid van de werklozen uitmaken.
Maar hier en daar hebben ook in het noorden van het land veelbelovende ondernemingen een nieuwe start genomen. De overheid moet een coherenter en langer volgehouden ondersteuningsbeleid voeren om die initiatieven wortel te doen schieten, beveelt het UNDP-rapport aan. De groeikansen voor het noorden liggen vooral in de landbouw, het toerisme, de mijnbouw en de bosbouw, stellen de UNDP-onderzoekers. Maar daarvoor zijn wel meer investeringen nodig, en betere opleidingskansen voor de bevolking. De Riz vindt dat de plaatselijke besturen en de federale overheid er vooral voor moeten kiezen industriële groeipolen te steunen, waar een concentratie aan dienstenbedrijven en producenten synergieën mogelijk maakt. (PD/MM)