Indiase dorpelingen lijden onder oorlog met maoïsten

Nieuws

Indiase dorpelingen lijden onder oorlog met maoïsten

Sujoy Dhar

14 mei 2010

Dipali Sahu herinnert zich nog goed hoe veiligheidstroepen haar huis bestormden tijdens een grootschalige operatie tegen maoïstische rebellen in het oosten van India. De operatie startte een jaar geleden, maar de gevolgen blijven voelbaar in het dorp.

“Ze trapten de deur in en stormden het huis binnen op zoek naar rebellen. Ze sloegen ons, ik werd geraakt aan het hoofd, bloedde en huilde”, vertelt de vijftigjarige vrouw in haar dorp in Pirakata in het oosten van West-Bengalen. Ook haar man en schoonzoon werden geslagen.

Veel dorpelingen werden opgepakt als vermeende maoïsten en maanden in gevangenschap gehouden. “Mijn broer werd zonder reden opgepakt door de veiligheidstroepen. Hij bleef maanden in de cel en kwam pas vrij nadat hij voor 300 euro aan gerechtskosten had betaald”, zegt Sujan Sahu uit hetzelfde dorp.

Meer dan een jaar na de dodelijke campagne tegen maoïstische rebellen in de regio Lalgarh, blijft de verbittering bij de dorpelingen diep. De naar schatting 22.000 maoïstische rebellen, die zich in het woud  verbergen, blijven sporadisch aanvallen uitvoeren op de politie in dit deel van het land. Het zijn meestal de dorpelingen die daarvoor de prijs betalen.

Armoede

Hoewel de Indiase economie inmiddels de derde grootste in Azië is en grote delen van de Indiase bevolking er beter aan toe zijn, blijft de situatie in West-Bengalen voor de bevolking uitzichtloos. De dorpelingen voelen zich aan hun lot overgelaten door de overheid en de armoede vormt een voedingsbodem voor de ultralinkse rebellen.

Begin 2009 bereikte de rebellie een hoogtepunt in Lalgarh toen rebellen een politiebureau overmeesterden. Maar in juni vorige jaar lanceerde de politie een succesvol tegenoffensief dat gepaard ging van talrijke mensenrechtenschendingen.

De situatie in Lalgarh is inmiddels gestabiliseerd, maar de regio is er erg aan toe. Elke ontwikkeling is tot stilstand gekomen en de dorpen kampen met een acuut gebrek aan water. “We hebben hier geen water meer”, zegt een dorpeling. “Alle bronnen zijn opgedroogd, en er zijn geen diepere putten geboord.”