Internationaal kunstenfestival in Pakistan gaat koppig door
Bena Sarwar
18 november 2008
Ongeveer 370 buitenlandse acteurs, muzikanten, dansers en poppenspelers nemen ondanks de talloze waarschuwingen van vrienden, familieleden en hun regering deel aan een internationaal kunstenfestival in Lahore, de culturele hoofdstad van “het gevaarlijkste land ter wereld”.
Het twaalfde World Performing Arts Festival begon op 13 november en duurt nog 23 november. Er zijn vertoningen van Pakistaanse en internationale dans, theater, film, muziek en poppentheater. Het is het grootste festival in de regio.
Het moeilijkste jaar ooit
Het is de 26ste keer dat de Rafi Peer Theatre Workshop (RPTW) een internationaal festival organiseert. Rafi Peer is de ‘peetvader’ van het moderne Pakistaanse theater. Hij stierf in 1974. De jongste zonen van Rafi Peer, Faizaan en Sadaan, stichtten in het begin van de jaren ‘80 de Theatre Workshop. Ze trokken de straten van Karachi op met poppentheater en toneelvoorstellingen. In 1992 organiseerden de zonen het eerste internationale poppentheaterfestival in Lahore. Van toen af aan hebben de Peerzadas (letterlijk ‘de zonen van Peer’) drie internationale festivals per jaar georganiseerd met poppentheater, dans, muziek en toneel. Op het World Performing Arts Festival wordt hier film aan toegevoegd.
Dit jaar is echter het “moeilijkste ooit”. Cruciale sponsors hebben het laten afweten omwille van de onzekere veiligheidssituatie in het land. “Een reis naar Pakistan wordt tegenwoordig uitdrukkelijk afgeraden door de meeste ministeries van Buitenlandse Zaken”, zegt Faizaan aan IPS. “De Zwitserse Raad voor Culturele Relaties Pro Helevetia betaalde bijvoorbeeld voor de reizen van onze Franse en Duitse artiesten. Dit jaar doen ze dat niet meer, uit veiligheidsoverwegingen”, legt Faizaan uit.
“Andere organisaties droegen een groot deel van de kosten om hun artiesten naar hier te laten komen, als vorm van promotie. Als het bijvoorbeeld 15.000 dollar kostte om een groep naar hier te krijgen, moesten wij slechts 3000 dollar bijleggen. Tegenwoordig wil niemand meer investeren in Pakistan. Op die manier hebben we 250 Europese artiesten verloren”. De Theatre Workshop is afhankelijk van private sponsors om hun budget van veertig miljoen roepie (ongeveer 400.000 euro) te halen. De staatssteun is verwaarloosbaar: de overheid neemt enkel de huur van het terrein en de veiligheidsvoorzieningen voor haar rekening.
“Twee jaar geleden konden we nog 800 buitenlandse artiesten verwelkomen. De kunstenaars die hier vandaag zijn, zijn hier geraakt door onze persoonlijke toewijding en ongelooflijke inspanningen. Ik heb alle artiesten een brief gestuurd waarin ik schreef dat je in goede tijden overal heen kan reizen, maar dat het in mindere tijden is dat je aan onze kant moet staan.”
De meeste buitenlandse artiesten op het internationaal festival komen uit de buurlanden Iran, Afghanistan en India. Verder zijn er artiesten uit Tsjechië, de VS, Groot-Brittannië, Ierland, Italië, Duitsland, Oostenrijk, Noorwegen, Nederland en Frankrijk. De aanwezigheid van ongeveer 700 Pakistaanse collega’s toont aan dat de taal van muziek, kunst en cultuur geen grenzen kent.
Allah made me funny
De Amerikaanse cabaretier Azhar Usman uit Chicago toert de wereld rond met zijn “Allah made me funny”-show. “De situatie in Pakistan wordt sterk overdreven door de media. Op televisie zie je een gefabriceerde realiteit. Het laat mij koud. Je kan overal ter wereld losgeslagen gekken tegenkomen.”
Usman ondervond wel problemen om een visum te krijgen wegens zijn Indiase afkomst. De honderdvijftig Indiase deelnemers aan het festival hadden exact hetzelfde probleem: Pakistani en Indiërs die elkaars land willen bezoeken, worden ondanks de vredesgesprekken geconfronteerd met steeds strengere bureaucratische maatregelen.
De beroemde Britse stand-up comedienne Shazia Mirza bracht een overvolle zaal aan het lachen met haar politiek incorrecte, droge en zelfverzekerde Britse humor. Ze is van Pakistaanse origine en had het land eerder bezocht. Nu trad ze er voor het eerst op. Mirza zegt dat ze met twijfels naar Pakistan vertrok, maar snel inzag dat al haar angsten ongegrond waren. “Ik was niet zeker of ze met zichzelf zouden kunnen lachen”, vertelt Mirza, “het was een grote verrassing en een fantastische ervaring. Ze verstonden alle hints en waren niet beledigd.”
De lokale bevolking die het festival bezoekt, is verrast door de verhoogde veiligheidsmaatregelen. “Al die veiligheidsposten zijn heel intimiderend. Mijn tas werd driemaal gecontroleerd. We hebben onze wagen heel ver van hier moeten laten staan”, zegt Alefia Hoessein, die haar dochter en twee vriendinnetjes naar het Tsjechisch poppentheater brengt. “Maar het is goed dat ze zoveel voorzorgsmaatregelen treffen”.