Israël verbant internationale waarnemersmissie uit Hebron
Mathijs Clarysse
07 februari 2019
De Israëlische premier Benjamin Netanyahu maakt een einde aan de internationale waarnemersmissie in Hebron, de bezette Palestijnse stad op de Westelijke Jordaanoever. De missie, die bestaat uit onafhankelijke waarnemers uit Europa en Turkijke, rapporteert sinds 1994 over geweld onder de Palestijnen en de Israëlische kolonisten maar wordt door Netanyahu nu afgedaan als ‘een internationale macht die tegen Israël opereert’.
Een checkpoint in Hebron
Sete Ruiz (CC BY 3.0)
De Israëlische premier Benjamin Netanyahu maakt een einde aan de internationale waarnemersmissie in Hebron, de bezette Palestijnse stad op de Westelijke Jordaanoever. De missie, die bestaat uit onafhankelijke waarnemers uit Europa en Turkijke, rapporteert sinds 1994 over geweld onder de Palestijnen en de Israëlische kolonisten maar wordt door Netanyahu nu afgedaan als ‘een internationale macht die tegen Israël opereert’.
De Temporary International Presence in Hebron (TIPH), zoals de waarnemersmissie voluit heet, werd in 1994 opgericht als reactie op het Goldstein Bloedbad. Baruch Goldstein, lid van de radicale Joodse organisatie Jewish Defense League, pleegde toen een aanslag op de Ibrahimi moskee in Hebron. 29 Palestijnen lieten daarbij het leven en meer dan 100 raakten gewond. Om het veiligheidsgevoel in Hebron te verhogen kreeg de TIPH de opdracht melding te maken van geweld of inbreuken op het internationaal recht.
Hebron is de grootste Palestijnse stad op de Westelijke Jordaanoever. De stad is opgedeeld in twee zones. H1 wordt bestuurd door de Palestijnse Autoriteit en telt zo’n 175.000 Palestijnen. H2, in het oosten van de stad, valt onder Israëlisch gezag en is naast de 40.000 Palestijnen die er wonen de thuis van een kleine 1000 Israëlische kolonisten. Ze leven in afgeschermde nederzettingen die door het Israëlische leger worden bewaakt.
‘Zelfs de hulpdiensten krijgen vaak geen toegang tot bepaalde wegen waardoor ze eindeloos moeten omrijden’
‘De stad is bezaaid met checkpoints en wegversperringen waar Palestijnen tijdrovende en vaak gewoon vernederende inspecties moeten ondergaan’, vertelt Issa Amro, een Palestijnse activist die in Hebron woont. ‘Zelfs de hulpdiensten krijgen vaak geen toegang tot bepaalde wegen waardoor ze eindeloos moeten omrijden.’ Hoewel de nederzettingen onder internationaal recht als illegaal worden bestempeld, blijft Israël de verdere uitbreiding ervan ondersteunen.
De missie, bestaande uit 64 waarnemers uit Noorwegen, Zweden, Italië, Zwitserland en Turkije, werd vaak een gebrek aan daadkracht verweten gezien ze geen bevoegdheid heeft om tussen te komen bij conflicten en de rapporten niet openbaar worden gemaakt. Daarenboven moest het mandaat iedere zes maand vernieuwd worden tussen de Palestijnse Autoriteit en de Israëlische regering. Net daar ziet Netanyahu nu van af.
De bevindingen van de waarnemersmissie waren dan ook al langer een doorn in het oog van Israël. De Israëlische krant Hareetz kon in december een vertrouwelijk rapport van de TIPH inkijken. Daaruit zou blijken dat Israël in Hebron systematisch ernstige inbreuken pleegt op het internationaal recht, waaronder de conventie van Genève.
‘Israël wil hier geen getuigen van de misdaden die ze begaan’
Het rapport beschrijft hoe de Palestijnen in Hebron het recht op gebed en vrij verkeer worden ontzegd en hoe de Israëlische kolonisten hen het dagelijkse leven moeilijk maken. Amro bevestigt de situatie. ‘Iedere dag worden we geconfronteerd met geweld en vernederingen door de kolonisten en het leger.’ Het verbaast hem dan ook niet dat de waarnemers Hebron moeten verlaten. ‘Israël wil hier geen getuigen van de misdaden die ze begaan.’
In navolging van het vertrek van de TIPH ziet ook de Wereldraad van Kerken zich genoodzaakt zijn waarnemers uit de H2 zone in Hebron terug te trekken. Secretaris-generaal Olav Fykse Tveit laat in een mededeling weten de veiligheid van zijn vrijwilligers niet te kunnen waarborgen. Onder het Ecumenical Accompaniment Programme in Palestine and Israel (EAPPI) stuurt de Wereldraad van Kerken sinds 2002 vrijwilligers naar de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jerusalem om toe te zien op eventuele mensenrechtenschendingen.
EAPPI spreekt van een onophoudelijke intimidatie door Israël
In januari werd het programma door NGO Monitor, een pro-Israëlische onderzoeksinstituut, beschuldigd van antisemitisme. Het EAPPI weerlegt die aantijgingen en spreekt van een onophoudelijke intimidatie door Israël.
Peter Prove, directeur van de Wereldraad van Kerken, ziet met met zijn waarnemers ook de weinige hoop op een uitweg verdwijnen. ‘Ik denk dat een duurzame vrede onmogelijk is zonder de aanwezigheid van een breed internationaal gedragen waarnemersmissie. Een missie die ter plaatste rapporteert en zijn bevindingen met de wereld kan delen.’