"Israël begaat oorlogsmisdaden" (HRW)
Jim Lobe en Dahr Jamail
03 augustus 2006
Het Israëlische leger maakt zich schuldig aan oorlogsmisdaden, besluit de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch na een onderzoek. Het faalt er systematisch in bij bombardementen een onderscheid te maken tussen Libanese burgers en Hezbollah-strijders. "Het beeld dat Israël ons probeert voor te houden is fout", zegt uitvoerend directeur van HRW Kenneth Roth. "In de vele door ons bestudeerde aanvallen waarbij burgerdoden vielen, waren er geen Hezbollah-troepen in de buurt."
Bij de twintig Israëlische aanvallen die de mensenrechtenorganisatie onder de loep nam, stierven 153 burgers in huizen of voertuigen. Daaronder bevonden zich 63 kinderen.
In geen enkele van de gevallen vonden HRW-onderzoekers bewijs dat er genoeg militaire redenen bestonden om de aanvallen te rechtvaardigen. Het risico op burgerslachtoffers was te groot en in veel gevallen niet eens een militair doelwit in de buurt was. In andere gevallen lijkt het Israëlische leger het zelfs met opzet op Libanese burgers gemunt te hebben, zegt HRW in het rapport ‘Fatal Strikes: Israel’s Indiscriminate Attacks Against Civilians in Lebanon’.
“Door systematisch te weigeren het onderscheid tussen soldaten en burgers te maken, maakt Israël zich schuldig aan een van de fundamenteelste oorlogsregels: de plicht om enkel militaire doelwitten aan te vallen”, concludeert het rapport. “De aanvalspatronen van het Israëlische offensief tonen aan dat de burgerdoden niet louter het gevolg zijn van vergissingen. Het gaat hier wel degelijk om oorlogsmisdaden.”
Het rapport baseert zich op interviews met slachtoffers en onafhankelijke getuigen, en op onderzoek op de plaatsen waar de aanvallen plaatsvonden.
Kana
Het rapport van HRW volgde luttele uren na de publicatie van haar voorlopige onderzoeksresultaten over de Israëlische aanval op een appartementsgebouw op het Zuid-Libanese dorp Kana, op 30 juli. HRW stelde daar de dood vast van 28 burgers onder wie 16 kinderen. Aan de hand van interviews en eigen onderzoek besloot HRW dat er in of rond het appartement geen Hezbollah-strijders actief waren geweest, zoals Israël eerst had beweerd.
Israël houdt vol dat het alle moeite doet om burgerslachtoffers te vermijden, maar beweert dat Hezbollahstrijders de Libanese burgers als levend schild gebruiken, door in hun huizen te schuilen en door raketten af te vuren vanuit dichtbewoonde gebieden.
Rode Kruis
“We vonden geen aanwijzingen voor Hezbollahstrijders in Kana”, zei eerder Kassem Shaulan, een 28-jarige arts en opleidingshoofd van het Rode Kruis in de naburige kuststad Tyrus, tegen IPS. “Als we mensen of lichamen ophalen uit dorpen, zien we gewoonlijk raketwerpers of Hezbollahstrijders als die er zijn. Maar in Kana kan ik zeggen dat het dorp 100 procent vrij was van beide.”
Shaulan raakte zelf gewond toen zijn ambulance werd geraakt door een raket. De ambulance vertoonde een gat middenin het rode kruis dat op het dak geschilderd was. “De Israëli’s vallen burgers en het Rode Kruis aan”, zegt de arts.
“Er zijn geen Hezbollahraketten afgevuurd van hieruit. Iedereen in dit dorp zal je dat vertellen, omdat het de waarheid is”, zei ook de 32-jarige Ali Abdel uit Kana.
Gedood in de vlucht
Het rapport maakt ook komaf met de argumenten van het Israëlische leger dat alleen de mensen die aan Hezbollah verbonden zijn, nog in Zuid-Libanon verblijven. Daardoor zouden alle aanvallen meteen legitiem zijn. Israël heeft toch pamfletten gedropt in de regio en zelfs mensen gebeld om hen te zeggen dat ze moeten vluchten als ze niet onder vuur willen komen liggen?
Maar het rapport benadrukt dat veel mensen het gebied gewoon niet konden ontvluchten: omdat ze ziek of gewond zijn, de middelen zoals geld en benzine niet hebben, of belangrijke diensten leveren aan de achtergebleven bevolking. Anderen zeggen dat ze te bang zijn om het gebied te verlaten, omdat de Israëli’s de wegen bombarderen. Het rapport toont inderdaad aan dat minstens 27 mensen omkwamen toen ze probeerden te ontkomen per auto.
Volgens ngo Amnesty International wil Israël van Zuid-Libanon een ‘vrije vuurzone’ maken en dat is volgens de organisatie in strijd met de internationale humanitaire wetten.
Human Rights Watch roept de VS op om een wapenembargo tegen Israël in te stellen tot het land met dergelijke aanvallen stopt. Aan VN-secretaris-generaal Kofi Annan vraagt het om een commissie op te richten die de incidenten moet onderzoeken en de verantwoordelijken moet aanwijzen.
Een dergelijke commissie moet ook de raketaanvallen van de Hezbollah tegen Israël onderzoeken. Sinds het begin van de vijandigheden op 12 juli vuurde die al 2.000 raketten af op dichtbevolkte gebieden in Israël. Daarbij kwamen 19 Israëlische burgers om, en vielen meer dan 300 gewonden. Ook hier gaat het om dezelfde redenen om oorlogsmisdaden, vindt de organisatie uit New York.