Klimaatbalans ligt in handen VS en China
Stephen Leahy (IPS)
28 oktober 2014
China en de Verenigde Staten zijn verantwoordelijk voor 35 procent van de wereldwijde CO2-uitstoot. Als ze efficiënt met energie zouden omgaan, kunnen ze een grote bijdrage leveren aan het verminderen van de opwarming van de aarde, blijkt uit een nieuwe analyse.
Dave Burham (CC BY-NC 2.0)
Hoewel het energieverbruik in China in de afgelopen twintig jaar sterk gestegen is, gebruikt de gemiddelde Amerikaan nog steeds vier keer meer elektriciteit dan een Chinese burger. Als het om energiezuinigheid gaat, is de Chinese staalindustrie echter veel minder efficiënt dan de Amerikaanse. Het omgekeerde is waar als het gaat om cementproductie, volgens een analyse van Climate Action Tracker, een samenwerking tussen onderzoeksbureaus Climate Analytics, Ecofys en het Potsdam Institute for Climate Impact Research.
Als China en de VS het best mogelijke energiebeleid integreren, ‘zouden ze beiden op weg zijn om de opwarming van de aarde onder de 2 graden Celsius te houden’, zegt Bill Hare, een klimaatwetenschapper bij Climate Analytics in Berlijn. Beide landen moeten het gebruik van kolen daarvoor “dramatisch verminderen”, zegt hij.
Op dit moment speelt geen van beide landen op een leidende rol op energiegebied, blijkt uit de analyse. ‘We hebben gekeken hoe China en de VS het zouden doen als ze allebei de beste praktijken op het gebied van elektriciteitsopwekking, industrie, bouw en transport zouden aannemen. Dat is voldoende om op de goede weg te komen’, zegt Niklas Höhne van Ecofys.
Leefruimte
‘Gebouwen in China zijn het meest energie-efficiënt. Ze zijn meestal nieuwer en gebruiken minder airconditioning en verwarming dan die in de VS’
Dat Amerikaanse burgers vier keer zoveel energie verbruiken als Chinese, komt onder meer doordat de leefruimte per persoon in de VS dubbel zo groot is als in China. Chinese gebouwen verbruiken bovendien minder energie. ‘Gebouwen in China zijn het meest energie-efficiënt. Ze zijn meestal nieuwer en gebruiken minder airconditioning en verwarming dan die in de VS’, zegt Höhne.
Energieverbruik in Chinese huishoudens groeit echter aanzienlijk. Als beide landen de standaarden van de Europese Unie (EU) zouden hanteren, zou dat echter leiden tot een gigantische reductie van de uitstoot, staat in het rapport. Ook autobezit draagt bij aan het hogere energieverbruik in de VS. Amerikanen bezitten tien keer vaker een auto dan Chinezen. Ook hier geldt dat “best practices”, zoals de emissiestandaarden voor Europese auto’s en een groeiend aandeel elektrische auto’s, een belangrijk verschil kunnen maken.
China en de VS verschillen sterk van elkaar, maar ze kunnen ook van elkaar leren, zegt Michiel Schaeffer, een wetenschapper bij Climate Analytics. Sterker nog, ze kunnen een leidende rol spelen door de beste praktijken in de wereld aan te nemen.
Extreem weer
De wereldwijde uitstoot van broeikasgassen groeit nog steeds elk jaar. Als niet binnen twee of drie jaar een afname wordt bereikt, wordt het extreem moeilijk en kostbaar om de wereldwijde temperatuurstijging onder de 2 graden te houden. Stijgende temperaturen worden in verband gebracht met miljarden dollars schade en extreme weersomstandigheden die gevolgen hebben voor tientallen miljoenen mensen.
Als zowel de VS als China de beste praktijken op het gebied van energie zouden hanteren, zou de Amerikaanse uitstoot tegen 2020 met 18 procent verminderen ten opzichte van het niveau in 2005 (ongeveer 5 procent onder het niveau van 1990). In China zou de uitstootpiek net na 2020 bereikt worden. Daarmee blijft de uitstoot binnen de cruciale grens die nodig is voor 2020 om een kans te hebben de opwarming van de aarde onder de 2 graden te houden.
Fossiele brandstoffen
De EU loopt momenteel voorop met een reductie van de emissie met 20 procent voor 2020, ten opzichte van het niveau in 1990. Afgelopen week werd een emissiereductie van 40 procent aangekondigd voor 2030. In een Climate Action-analyse uit juni van dit jaar staat dat de VS en andere rijke landen kun CO2-uitstoot voor 2030 met 35 tot 55 procent moeten terugdringen en in 2050 vrij moeten zijn van fossiele brandstoffen.
Hoewel die data nog ver in de toekomst liggen, betekenen ze dat na 2018 geen nieuwe CO2-infrastructuur meer gebouwd kan worden. Het gaat dan bijvoorbeeld om huizen, voertuigen, elektriciteitscentrales en fabrieken.