Als het van het Steunpunt Armoedebestrijding afhangt, beschikt iedereen over een minimumhoeveelheid gas en elektriciteit. Het zijn basisrechten, stellen ze in hun tweejaarlijks rapport, net als kinderopvang en cultuur.
Didier Verbeke weet nog goed hoe het was om in armoede te leven. ‘Ik had zo nu en dan een job, maar nooit vast werk. Ik had wel twee kinderen die ik moest zien te onderhouden.’ Toen hij vijftien was, verliet hij vroegtijdig de middelbare school. Zonder diploma had hij het moeilijk werk te vinden. Hij is nu 46 jaar, maar zijn verweerde gezicht doet hem een stuk ouder lijken. Sinds twee jaar heeft hij een vast contract bij ‘Luttes Solidarités Travail’ (LTS), een Naamse vereniging waar armen het woord nemen en waar Didier Verbeke al vierentwintig jaar lid van is.
Zijn persoonlijke ervaringen benut hij nu om mensen te helpen die in dezelfde precaire situatie verkeren als hijzelf amper twee jaar geleden. Hij nam deel aan de dialogen die het Steunpunt Armoedebestrijding organiseerde tussen allerhande personen, verenigingen en organisaties om te weten te komen hoe publieke diensten in België de armste lagen van de bevolking beter kunnen helpen. De bevindingen zijn neergepend in het tweejaarlijkse rapport van het Steunpunt, dat dit jaar de titel ‘Publieke diensten en armoede’ draagt.
Didier is sterk gekant tegen de verstrengde reglementering van de inschakelingsuitkering, een werkloosheidsuitkering op basis van de doorlopen studies. Sinds 1 januari 2015 moeten jongeren jonger dan 21 jaar die een inschakelingsuitkering aanvragen onder meer in het bezit zijn van een middelbaar diploma of een alternerende opleiding hebben afgerond. ‘Mensen in armoede staan al met hun rug tegen de muur als ze een uitkering aanvragen’, zegt hij. ‘De voorwaarden die ze nu krijgen opgelegd houden geen rekening met die situatie.’ Volgens het Steunpunt leidde deze nieuwe reglementering tot ‘de uitsluiting van heel wat werkzoekenden, waarvan niet iedereen de weg vindt naar de OCMW’s.’
Wat staat er in het verslag?
Het verslag van het Steunpunt Armoedebestrijding hoopt publieke diensten te verbeteren voor mensen in armoede. In het verslag verwijzen publieke diensten zowel naar publieke opdrachten als naar de actoren die deze moeten uitvoeren. ‘We vragen een universele en toegankelijke dienstverlening, aangevuld met aangepaste ondersteuning en maatregelen voor wie dit nodig heeft.’ zegt Henk van Hootegem van het Steunpunt. ‘Door bijvoorbeeld graduele inkomensgrenzen te voorzien, kan beter rekening worden gehouden met de verschillende armoedesituaties en wordt verhinderd dat het ‘alles of niets’ is.’
Hieronder de belangrijkste thema’s van het het verslag:
‘De toegang tot kwaliteitsvolle kinderopvang is niet voor iedereen gelijk.’
Het Steunpunt wil dat de justitie dichter bij de mensen komt te staan. Het rapport stelt dat mensen die in armoede leven zich vaak niet bewust zijn van hun rechten. Ides Nicaise, professor armoede en maatschappelijke integratie aan de KU Leuven en medewerker van het Steunpunt, geeft als voorbeeld daklozen. ‘Die mensen hebben ook rechten, maar vaak zijn ze zich daar niet van bewust.’ Ze hebben recht op hulp van het OCMW en maken kans op een leefloon. Om ervoor te zorgen dat iedereen die rechten kan opnemen, moet de justitie toegankelijker worden en communiceren in een voor iedereen begrijpbare taal.
Verder beschouwt het verslag cultuur als een fundamenteel recht dat waardigheid kan bieden. Het wil komaf maken met de drempels die mensen in armoede steeds ervaren wanneer ze dat recht op cultuur willen waarmaken.
Ook kinderopvang wordt als een basisrecht gezien. ‘Voor elk gezin dat dat wenst, zou het niet alleen de combinatie tussen arbeid en gezin mogelijk maken, maar ook de opvoeding en het samenleven in het gezin ondersteunen en bijdragen tot een optimale persoonlijke en sociale ontwikkeling voor elk kind. De toegang tot kwaliteitsvolle kinderopvang is echter niet voor iedereen gelijk.’ Zo staat er in het verslag te lezen.
Het Steunpunt wil de effectiviteit van het recht op gezondheid garanderen door zowel aan de toegankelijkheid van de gezondheidszorg te werken als aan de levensomstandigheden van mensen. In het geval van mensen die in armoede leven vormen factoren als ‘huisvesting, werk, onderwijs en woonmilieu een belangrijke verklaring voor hun slechte gezondheidstoestand en voor de sociale gezondheidsongelijkheden’.
Ook de thematiek energie en water komt aan bod. Het rapport vindt bijvoorbeeld dat iedereen zou moeten beschikken over een minimumhoeveelheid gas en elektriciteit. Soms hebben huishoudens met een budgetmeter zonder minimumlevering niet de middelen om deze op te laden. Er zijn veel gezinnen die hierdoor zonder gas of elektriciteit vallen.
Geen bindend advies
Natuurlijk is het rapport van het Steunpunt niet bindend. Het dient als advies voor beleidsmakers. ‘Maar over de jaren heen merken we toch dat onze voorstellen doorsijpelen naar het beleid’, zegt Ides Nicaise. ‘Zo hebben we bijvoorbeeld de armoedetoets kunnen doordrukken. Hier hameren we al jaren op. Vooral de Vlaamse overheid staat hier ver in.’ De armoedetoets is een methode om te voorkomen dat wetten mensen in armoede benadelen. ‘Het is vooral een manier om slechte maatregelen te voorkomen.’ ‘De armoedetoets staat in het regeerakkoord, we hopen echt dat het zal veralgemenen.’
Lees hier het integrale verslag
Maar het Steunpunt is niet altijd zo succesvol, geeft Nicaise toe. ‘Toen Johan Vande Lanotte indertijd de inschakelingsuitkering wilde aanpassen, gaf het Steunpunt een negatief advies. Hij wou het recht op uitkering laten afhangen van een contract, maar daar waren wij tegen. Het is een contract met een machtsonevenwicht tussen de twee partijen. Mensen in armoede bevinden zich in een precaire situatie. Vande Lanotte was niet opgezet met ons advies, en heeft de wet uiteindelijk toch doorgedrukt.’
Of het Steunpunt haar ambities wat moeten inperken nu België onder Charles Michel een centrumrechtse regering heeft? Ides Nicaise: ‘Natuurlijk is het risico op sociale schade groter in een rechts beleid, maar ook met deze regering willen we blijven dialogeren.’ ‘Het is ons plan om met deze regering het leefloon op te trekken tot de Europese armoedegrens.